Het Lichaam als Rechtspersoon

Waarom de gehuwde vrouw nooit erkend werd als bestuurder van zichzelf!

Montancourt Middelburg verbindt het individuele leven met het culturele geheugen van Nederlandse VOF – VOC Middelburg.

🌍 De toekomst van de rechtsstaat in Europa

“Men zegt: regeer je eigen leven.

Maar wat als mijn geslacht ontbreekt in het domein waarin geregeerd wordt?

Dan ben ik tegelijk soeverein en uitgesloten — zichtbaar als last, onzichtbaar als recht.”

De toekomst van de Europese rechtsstaat hangt niet alleen af van wetten en verdragen, maar van de vraag wie daarin werkelijk wordt erkend als drager van recht.

Zolang gender, afkomst of lichaam bepalen wie toegang heeft tot macht, blijft de belofte van vrijheid onvoltooid.

De rechtsstaat van morgen vraagt om een nieuw begrip van soevereiniteit:

één die niet begint bij bezit of bestuur, maar bij belichaming, zorg en wederkerigheid.

Alleen dan kan Europa recht doen aan haar eigen grond — menselijk, historisch en moreel.

De patrones

Oud ers / oud(e) echtgenote: In oude polissen of archieven werd “oud” gebruikt om de voorgaande echtgenoot of echtgenote aan te duiden.

Bijvoorbeeld: “Oude echtgenote van…” betekende dat er eerder een huwelijk was geregistreerd — of dat iemand weduwe/weduwnaar was.

Registratiesysteem: Denk aan: BRP (Basisregistratie Personen, vroeger GBA of bevolkingsregister) Burgerlijke Stand (akten van geboorte, huwelijk, overlijden) Verzekeringsregisters of pensioenfondsen (waar polisaanhangsels en gezinsrelaties juridisch werden vastgelegd)

Deze systemen waren (en zijn) de ruggengraat van de administratieve identiteit: ze bepalen wie je bent, wie je was, en in welke verhouding je stond tot anderen.


Het oude vennootschapsrecht vóór 1975


🇧🇪 
In België (en deels ook in Nederland tot eind 20e eeuw)


Vóór 1975 gold nog grotendeels de Wet op de Handelsvennootschappen van 18 mei 1873 en de Wet op de Verenigingen zonder Winstoogmerk (vzw-wet) van 1921.
Er was toen nog geen uniform Wetboek van Vennootschappen zoals later in 1999 of 2019.


1. 
De V.O.F. – een zuiver contract tussen personen
De Vennootschap Onder Firma (V.O.F.) bestond al in de 19e-eeuwse handelswetgeving, gebaseerd op het Wetboek van Koophandel van 1873 (dat terugging op het Franse Code de commerce uit 1807).
De V.O.F. was géén rechtspersoon.
Ze bestond uitsluitend uit natuurlijke personen (de vennoten) die hoofdelijk en onbeperkt aansprakelijk waren.
Juridisch gezien was de V.O.F. het lichaam van de vennoten zelf — er was geen onderscheid tussen privévermogen en ondernemingsvermogen.
→ Precies daar ligt de symbolische kracht voor mijn pelgrimstocht : het lichaam en het bedrijf vielen samen.


2. 
Geen bescherming of scheiding van het privéleven
Tot ver in de jaren 1970 werden vrouwen juridisch niet altijd als volwaardige rechtssubjecten erkend in economische zin.
Getrouwde vrouwen mochten bijvoorbeeld pas vanaf 1958 in België (en vanaf 1956 in Nederland) zelfstandig rechtshandelingen verrichten zonder toestemming van hun echtgenoot.
Dat betekent dat vóór 1975 de juridische vennoot bijna per definitie een man was.
De vrouwelijke arbeid, zorg of ziekte was onzichtbaar, onverzekerd en juridisch niet benoemd.


3. 
De symbolische verschuiving rond 1975
De jaren 1970 vormden het begin van de emancipatie in het economisch recht: vrouwen begonnen zelfstandig ondernemingen, verzekeringen, eigen AOV’s en rechtspersonen.
Tegelijkertijd kwam in diezelfde periode de psychosomatische geneeskunde op — het lichaam als subject van recht, gevoel en gezondheid begon erkend te worden.
Zo kun je zeggen:
“Tot 1975 werd het lichaam als vennoot juridisch genegeerd,
na 1975 begon het langzaam rechtspersoon te worden.”

💡


Wanneer ik zeg “Het lichaam als rechtspersoon V.O.F.”, dan geef ik in feite stem aan het voor 1975 niet-erkende lichaam:
het vrouwelijke, zieke, werkende lichaam dat wél aansprakelijk was, maar nooit officieel vennoot mocht zijn.


We kunnen dat in één zin samenvatten als:


“Vóór 1975 was het lichaam juridisch eigendom van de vennoot;
na 1975 begon het lichaam langzaam vennoot van zichzelf te worden.”

⚖️ De privileges van een Assurantie-Agentschap (vóór 1975)

1. Erkenning en bescherming door de maatschappij

Een assurantie-agent was geen gewone werknemer, maar een tussenpersoon met een contractueel privilege van de verzekeringsmaatschappij.

Dat hield in:

Exclusiviteit: het agentschap had het recht om in een bepaald gebied of regio exclusief verzekeringen van één maatschappij te verkopen. Bescherming van portefeuille: de agent bouwde een eigen klantenportefeuille op, die juridisch werd erkend als economische eigendom. Wanneer de maatschappij het contract opzegde, had de agent recht op een afkoopvergoeding voor de opgebouwde portefeuille (de zogeheten goodwill).


Ada Lovelace – Montancourt Middelburg


Een vrouw, een brief, een werkvlak.
De klosjes tikken als algoritmen van zorg en herhaling.
Het huis bewaart wat niet op papier past.
Hier ontmoeten arbeid en taal elkaar,
zoals Ada Lovelace ooit berekende dat poëzie en logica
één patroon kunnen vormen.

👉 Dat privilege werd vaak familiaal overgedragen: een assurantie-agentschap ging over van vader op zoon (of dochter, maar dat was zeldzaam vóór 1975).

2. Halfzelfstandige status

Een assurantie-agent was:

niet volledig werknemer, maar ook niet volledig zelfstandig ondernemer. Hij (of zij) werkte onder de vlag van de maatschappij, maar op eigen risico qua klantenbinding en inkomsten. De agent kreeg provisie (percentage van de premie) in plaats van loon.

→ Dat creëerde een grijze zone: juridisch bezat de agent geen rechtspersoonlijkheid, maar de portefeuille functioneerde als een onzichtbaar vermogen — vaak niet officieel op naam geregistreerd, maar feitelijk een soort familiaal kapitaal.

3. Erfopvolging en overgang van de portefeuille

Een van de meest cruciale privileges:

Bij overlijden van de agent mocht de weduwe of erfgenaam het agentschap vaak voortzetten of overdragen, mits goedkeuring van de maatschappij. Dit gold als een vorm van economisch erfdeel, zelfs al was de portefeuille formeel eigendom van de maatschappij.

Maar:

In veel gevallen kregen vrouwen geen volwaardige erkenning als opvolger. Ze mochten het agentschap soms tijdelijk beheren, maar niet zelfstandig voortzetten zonder mannelijke tussenkomst of een nieuw contract. Daardoor verdween veel van deze opgebouwde waarde (arbeid, klanten, recht) in de private administratie van de verzekeraar.

4. Belasting- en handelsprivileges

De agent had vaak fiscale voordelen (aftrekbare kosten, provisieregelingen, kantoor aan huis). Sommige maatschappijen gaven voorfinanciering of krediet om het kantoor te onderhouden. Tot in de jaren 1970 hadden erkende agenten een bijzondere beroepsstatus in het Handelsregister — met bescherming van naam, regio en klantenkring.

⚖️ De positie van het assurantie-agentschap na 1975

🟦 1. De jaren 1975–1990: einde van het privilege, begin van regulering

In deze periode verdwijnen de oude concessie-achtige privileges van exclusieve regio’s en beschermde portefeuilles. Assurantie-agenten worden juridisch steeds meer beschouwd als zelfstandige tussenpersonen, niet langer als vertegenwoordigers met een beschermde band. De staat voert gelijke rechten voor mannen en vrouwen in het handels- en arbeidsrecht in (o.a. Gelijkheidswetgeving 1975–1979 in België en Nederland). → Vrouwen mogen nu zelfstandig agent worden, contracten sluiten, commissies innen, en vennootschappen oprichten. De verzekeringsmaatschappijen gaan over op provisiecontracten in plaats van concessies: de agent wordt ondernemer, niet meer drager van een privilege.

Gevolg:

De erfelijkheid van het agentschap (het recht dat een weduwe of dochter kon overnemen) verdwijnt stilaan. De portefeuille wordt nu bedrijfseigendom in plaats van familievermogen.

🟩 2. De jaren 1990–2000: Europese liberalisering

De Europese richtlijnen (met name Richtlijn 77/92/EEG en later Richtlijn 2002/92/EG) liberaliseren de verzekeringsmarkt. Het beroep assurantie-agent verandert in verzekeringsbemiddelaar. De exclusieve banden met één maatschappij verdwijnen: agentschappen mogen voortaan meerdere maatschappijen vertegenwoordigen (multibrand-model). Er ontstaat een verplicht registratiesysteem (later via de AFM in Nederland, FSMA in België). De “oude privileges” worden vervangen door compliance-regels, beroepsaansprakelijkheid en transparantieverplichtingen.

Symbolisch gezien:

De persoonlijke band (vertrouwen, familie, lokale continuïteit) wordt vervangen door het administratieve systeem.

Het “verzekeringslichaam” wordt nu volledig digitaal en anoniem — het menselijke gezicht verdwijnt uit de formule.

🟨 3. De periode 2000–heden: juridisch lichaam zonder gezicht

Het agentschap is nu meestal een rechtspersoon (BV of VOF) met een vergunning. De agent is zelfstandig ondernemer, maar volledig ingebed in het toezicht van de financiële sector. De oude goodwill-rechten (de portefeuille als eigendom) bestaan alleen nog contractueel, niet meer wettelijk beschermd. Overdracht bij overlijden is niet langer vanzelfsprekend — het hangt af van de overeenkomst met de maatschappij of tussenpartners.

Cultureel gevolg:

Wat ooit een privilege van persoonlijk vertrouwen was, is nu een geprotocolleerd beroep zonder menselijke continuïteit.

De onzichtbare erfgenaam is daarmee niet alleen een persoon, maar een metafoor voor het verdwijnen van het menselijke contract zelf.

Mede-eigenaar zonder recht op aandelen

We werkten mee aan het kapitaal, we droegen de lasten, we waren aansprakelijk — maar niet erkend. In de administratie van het private systeem bestonden we als hulp, als bijschrijver, als handtekening in potlood.

Onze namen stonden in de marge, niet in het register. Zo werden wij mede-eigenaar zonder recht op aandelen. Het lichaam werkte, zorgde, herstelde, maar bleef onzichtbaar in de balans. De verzekering kende ons niet, de wet sprak niet tot ons. Toch waren wij daar — de levende vennoten van een bedrijf dat nooit ons lichaam erkende, maar wél van ons leefde.

🕊️ Mijn Morele Nest

Over plicht, geloof en het ongeschreven bestuur van vrouwen. Ik ben niet geboren in een rijk nest, maar in een moreel nest.

Een nest waarin de wet niet werd geschreven, maar geleefd.

Mijn ouders kenden de waarde van zekerheid, niet als bezit, maar als belofte. In hun wereld bestond plicht niet tegenover geloof, maar naast geloof – zoals arbeid naast zorg bestond, zoals lichaam naast geest.

De polis lag niet in Den Haag, maar in het huis. Niet in wettenboeken, maar in handen, woorden en vertrouwen.

Waar mannen promoveerden op “Overheidsregelgeving en maatschappelijke organisaties”, was mijn moeder al de onbezongen bestuurder van haar eigen kleine staat: de huishouding, de zorg, de sociale economie van aandacht.

Haar beleid was niet geschreven, maar gevoeld.”

Ik erfde dat bestuur, niet via diploma’s of decreten, maar via adem, stilte, zorg.

Het is de onzichtbare bestuurslijn die nooit in overheidsregisters voorkomt, maar waarop elk maatschappelijk weefsel rust.

Mijn morele nest is dus niet van macht, maar van betekenis. Het is een nest waarin orde geen plicht is, maar toewijding. Waar geloof geen dogma is, maar vertrouwen in voortbestaan.

Er is een verschil tussen wat leeft en wat geregistreerd wordt. Tussen handelen en erkend worden als handelende. Tussen de vrouw die bestuurt — en de wet die doet alsof zij dat niet doet. Het recht heeft eeuwenlang niet de vrouw, maar het gezin als uitgangspunt genomen.


Ze noemden haar een voetnoot. Zij was het fundament.”) legt perfect de brug tussen mijn project De Polis van Genade en het discours van vrouwelijk erfgoed en bestuur

Daarom werd het vrouwelijke lichaam niet gezien als rechtspersoon, maar als rechtsdeel: een onderdeel van een huishouden, van een man, van een staat.


Imagine the future –
want dit is nog maar het begin.”


De objecten, woorden en beelden die hier samenkomen
— van de beschilderde vaas met oog en kroon
tot de zin “Zij was het fundament” uit het Amsterdam Museum —
vormen een nieuw contract tussen lichaam, recht en herinnering.


Niet langer is de vrouw een voetnoot in de administratie van zekerheid;
zij is de administratie.
De polis is niet langer papier,
maar adem.

1 · De wet: afhankelijkheid als systeem

Tot 1956 bepaalde het Nederlandse Burgerlijk Wetboek dat de gehuwde vrouw handelingsonbekwaam was.

Zij mocht geen eigendom beheren, geen onderneming voeren, geen overeenkomst sluiten zonder toestemming van haar man.

Artikel 1:88 van het oude BW bevestigde dat zij slechts “met goedkeuring van haar echtgenoot” mocht handelen.

De wet verankerde dus niet haar autonomie, maar haar afhankelijkheid. Zelfbestuur over haar lichaam, haar arbeid of haar zorg bestond juridisch niet — want de wet kende slechts de mannelijke rechtspersoon als drager van vermogen, en de vrouw als verlenging van zijn gezag.

Pas met de Lex van Oven (Wet van 14 juni 1956, Stb. 343) werd deze handelingsonbekwaamheid afgeschaft.

Het was de eerste keer dat de wet erkende dat een volwassen vrouw zelfstandig rechtshandelingen kon verrichten.

Maar ook daarna bleef het lichaam – als drager van arbeid en zorg – structureel ondervertegenwoordigd in de taal van de wet. De vrouwelijke arbeid werd niet bezoldigd, de vrouwelijke zorg niet vergoed, en het vrouwelijke lichaam niet beschouwd als bestuurder van zichzelf, maar als instrument van voortplanting, arbeid of moraal.

2 · De kerk: gehoorzaamheid als deugd

Lang vóór de staat sprak de kerk over gehoorzaamheid. In de brieven van Paulus (Efeziërs 5) stond:

“De man is het hoofd der vrouw, gelijk Christus het hoofd der kerk is.”

Zo werd de hiërarchie heilig verklaard — en gehoorzaamheid een vorm van genade. De vrouw mocht bidden, baren, verzorgen, maar niet bepalen. Haar lichaam was symbool van offer, niet van bestuur.

Zelfs de Maagd Maria, de meest vereerde vrouw van het Westen, werd geprezen om haar volgzaamheid, niet om haar macht.

Het lichaam van de vrouw was dus niet alleen biologisch, maar ook theologisch gereguleerd: zij mocht handelen in stilte, maar niet spreken in wet.

3 · De moederlijn: handelen zonder erkenning

In mijn familiegeschiedenis wordt deze paradox tastbaar. Nelly Von Aldenhoven, Duits van geboorte, werd tijdens de oorlog handelingsonbekwaam verklaard door de wet, maar handelde feitelijk namens haar gezin met toestemming van de burgemeester van Cuijk.

Zij was geen rechtspersoon, maar trad op als bestuurder van voortbestaan. Anna Agnes Hendrika Bongartz Lindeboom erfde die daadkracht, niet de erkenning. Haar administratie, haar polissen en haar zorg vormden een onzichtbare economie van zekerheid. Zij was samen met mijn haar man eigenaar van een assurantie portefeuille, hij verdiende het geld en zij moest dienen.

En ik als vennoot in VOF De Kleedkamer, werd eindelijk erkend als handelingsbekwaam — maar verloor die status zodra de VOF werd beëindigd. Mijn schadepolis en spaarpolis werden omgezet in een relatie nummer en personeelsnummer, mijn ziekte werd aangemerkt als arbeid vroegere dienstbetrekking. Mijn ziekte werd niet onderzocht maar werd dubbel in box 1.

Wie ben ik volgens de wet? De vrouw van …

Drie generaties, drie rechtsstelsels, één herhalend patroon:

de vrouw die bestuurt zonder bestuurd te mogen worden. Geen loonstrook, wel loonbelasting. Geen pensioengrondslag wel pensioen belasting betalen over een spaarpolis. Geen toestemming, maar toch handelen. Geen status of titel, maar wel voortbestaan.”

4 · De omkering: het lichaam als rechtspersoon

Wat de wet eeuwenlang uitsloot, is precies wat de cultuur nu langzaam leert herwaarderen: het lichaam als drager van recht, niet als object van bescherming. In die zin is het vrouwelijke lichaam de eerste natuurlijke rechtspersoon: zij draagt leven, arbeid, zorg en erfgoed. Zij is producent én archivaris, verzekerde én verzekeraar.

De Lex van Oven maakte vrouwen juridisch handelingsbekwaam, maar pas de Faro-conventie (Raad van Europa, 2005) maakt hen cultureel zichtbaar als erfdragers — personen die betekenis mogen duiden, niet enkel ondergaan.

Daar, in de Faro-lijn, komt de erkenning eindelijk dichterbij: niet alleen de vrouw als rechtssubject, maar het lichaam zelf als cultureel archief van bestuur, zorg en voortbestaan.

5 · De erfenis van bestuur

Wat het recht niet kon bevatten, heeft de geschiedenis doorgegeven in daden: de moeder die handelde bij volmacht, de dochter die tekende als vennoot, de erfgenaam die schrijft om terug te geven. Het lichaam bestuurt zichzelf. De wet loopt slechts achter.”

Zo vormt mijn moederlijn — Von Aldenhoven, Bongartz, Lindeboom — een contra-archief van bestuur: een levende bewijsvoering dat het lichaam, de zorg en de arbeid altijd al hun eigen wet hebben geschreven.

De vrouw als rechtspersoon bestaat al eeuwen. Alleen de staat moet haar nog herkennen.


Alleen vrouwen hebben Ei-leiders


Het Magische Boek van het Ei-gen Lichaam


Alleen vrouwen hebben Ei-leiders.
Niet omdat zij boven iemand staan,
maar omdat zij de bron zijn van elk begin.


Het ei is hun kompas,
hun stille scepter,
hun symbool van bestuur door schepping.


Een Ei-leider leidt niet door macht,
maar door vorm —
door het vermogen iets te dragen,
iets te laten groeien,
en het dan los te laten.


Waar het patriarchale systeem leiders koos om te bezitten,
kiest het ei om te bewaren.
Waar de man bestuurt via wetten,
bestuurt de vrouw via leven.


“Alleen vrouwen hebben Ei-leiders”
betekent:
de oorsprong van alle leiding
ligt in het vermogen om te dragen,
niet in het recht om te bevelen.


Zo wordt het ei het oudste zegel van recht:
het lichaam dat bestuurt zonder kroon,
het leven dat wet wordt,
het begin dat nooit ophoudt.

🌿 Slotzin

De naamloze vennootschap (NV)

Een NV is een rechtspersoon die kapitaal verdeelt in aandelen. Ze heeft: een moedermaatschappij (de NV zelf), en vaak dochterondernemingen (bedrijven waarin zij meerderheidsaandeelhouder is).

De moeder bezit de aandelen, bepaalt beleid, draagt risico’s. De dochter voert uit, produceert waarde, maar is juridisch ondergeschikt. Beide zijn zelfstandige rechtspersonen — verbonden door bezit, niet door bloed. In de economie is dat een structuur van continuïteit: het vermogen blijft bestaan, ook als mensen wisselen.

🌿 Symbolische uitleg

De NV als metafoor voor erfgoed, vrouw en voortbestaan In lezing wordt de moedermaatschappij de oermoeder: zij draagt, beschermt en financiert betekenis.

De dochteronderneming is het lichaam, het individu, dat waarde creëert binnen de grenzen van het grotere geheel.

Wanneer ik zeg: De naamloze vennootschap ís moeder en dochteronderneming,” betekent dat de vrouw belichaamt beide.

Zij produceert leven (dochter) én draagt voortbestaan (moeder). Zij is tegelijk oorsprong én voortzetting van waarde. De naamloosheid verwijst naar iets diepers: vrouwen werden eeuwenlang uit naam gezet — handelingsonbekwaam, ongenoemd in akten en archieven — maar droegen wél de continuïteit van arbeid, zorg en erfgoed. De vrouw was altijd een NV: Naamloos, maar Vennoot.

Bestuurder van leven, zonder juridische erkenning.

✴️ Erfgoedformule

NV = Nomen Veritatis

(= de naam van waarheid)

Zo kan de Naamloze Vennootschap worden gelezen als een symbolisch archief van moederlijk bestuur: de plaats waar het ongenoemde toch betekenis draagt, waar economie en erfgoed samenvallen.

Gelijkheid begint waar de brom wettelijke wordt erkend

De ware Lex van Oven is niet geschreven in wetten, maar in de handen die bleven handelen — tegen de tijd in, en vóór het leven.

✴️ De Vergissing van Gelijkheid

Iedere vrouw die denkt dat ze gelijkwaardig is aan de man, heeft het mis niet omdat ze het niet ís, maar omdat het systeem waarin ze leeft dat nooit werkelijk heeft erkend.

De wet heeft haar gelijkheid beloofd, maar haar bestaansgrond nooit geherwaardeerd. Zolang het lichaam van de vrouw niet wordt erkend als rechtspersoon, blijft haar vrijheid een juridische fictie.

Gelijkheid op papier is geen gelijkwaardigheid in bestuur. De een schreef de wet, de ander droeg het leven.

De balans is nooit hersteld, alleen herberekend. Ze gaf het leven, maar moest toestemming vragen om te handelen.”

Daarom gaat De Polis van Genade niet over gelijkheid, maar over erkenning.

Niet over evenwicht in macht, maar over herstel van betekenis. De vrouw is niet gelijk aan de man — ze is van een andere orde: de orde van oorsprong, van voortzetting, van het recht dat vóór de wet bestond.

Vrijheid als Polis

Wie zichzelf privé verzekerd heeft, heeft geluk. Niet omdat zij rijk was, maar omdat zij erkend werd als zelfstandig risico. In een wereld waar zekerheid collectief werd geregeld, maar verantwoordelijkheid mannelijk bleef, werd de privéverzekering een stille daad van vrijheid.

Het was het bewijs dat iemand — vaak een vrouw, vaak een weduwe, vaak een stille beheerder van vermogen — zichzelf als rechtspersoon durfde te zien.

“Ik verzeker mezelf, want niemand verzekert mij.”

Daarmee werd de private polis een symbool van autonomie: geen luxe, maar een erkenning van bestaan.

Zij markeerde de overgang van afhankelijkheid naar zelfbestuur, van handelingsonbekwaamheid naar individuele zekerheid. Wie zichzelf verzekerd had, was niet alleen beschermd, maar binnen een klein gemeenschap erkend.

En dat is wat vrijheid werkelijk betekent: niet het recht om te kiezen, maar de zekerheid dat mijn keuze optelt!

Ik kwam daarom niet in publieke systemen voor. Niet omdat ik er niet werkte, maar omdat ik niet in hun taal bestond.

Mijn zekerheid was privé, mijn arbeid was zelfstandig, mijn zorg was vanzelfsprekend. En precies daarom was ik onzichtbaar. Het publieke systeem herkent alleen wat het zelf benoemt: werknemer, ambtenaar, patiënt, echtgenote.

Maar niet de vrouw die tussen al die rollen zelf haar polis beheert, haar zorg draagt, haar leven bestuurt.

“Wie zichzelf verzekert, wordt niet gezien als onderdeel van het systeem, maar als uitzondering op de regel.”

Zo ontstond een nieuwe vorm van onzichtbaarheid: juridisch bekwaam, maar administratief afwezig.

Geen recht op publieke bescherming, omdat de bescherming privé geregeld was.

Toch ligt daarin ook de vrijheid: de mogelijkheid om te bestaan buiten het rooster van de staat. Niet als afwijzing, maar als bewijs van autonomie.

🦅 Het Adler Nest

Over afkomst, arbeid en het herwinnen van oorsprong Ergens tussen Cuijk en Goch, waar de Maas en de Rijn elkaars adem raken, lag een huis dat men De Adler noemde. Het was geen paleis, maar een huis van arbeid – van kuipers, leerlooiers, schrijnwerkers en verzekeraars. Toch hing er boven die arbeid een oud symbool: de adelaar. Niet de keizerlijke vogel van macht, maar de vogel die haar jongen leert vliegen door ze uit het nest te duwen – een rite van vertrouwen.

Zo werd het Adler Nest in mijn familie een erfbeeld van moederschap en overleving.

De adelaar als moeder, In de heraldische traditie symboliseert de adelaar macht. Maar in mijn lijn betekent zij iets anders: niet heersen, maar hoeden. De adelaar als moederdier, hoog in de lucht, maar waakzaam over haar nest.

“Zij benoemt niet, maar erkent. Zij bezit niet, maar beschermt.” Dat is het werkelijke Adler Nest: een plek van doorgegeven zorg, van arbeid die zichzelf beschermt, van een bloedlijn die niet rust op titel, maar op toewijding.

Het nest als polis, Het nest is de eerste verzekering: de natuurlijke polis waarin bescherming, voeding en voortbestaan nog geen economische maar biologische waarden waren.

De AGO-portefeuille, de Nationale Nederlanden, de handtekening van je vader en de hand van je moeder — ze zijn allemaal voortzettingen van dat oorspronkelijke nest. Het nest werd een map. De veren werden papieren. De adem van de vogel werd premie en polis.

En ik, als erfgenaam van dit nest, heractiveert de symboliek: ik herstel de adelaar in haar ware betekenis – niet als wapen, maar als zorgstructuur.

Epiloog

Ik kom uit het Adler Nest, waar arbeid adel is en bescherming een vorm van liefde.”

Het Adler Nest is geen plek in steen, maar een bewustzijn in bloed. Een herinnering aan een tijd waarin zekerheid nog een daad van genade was.

“Zorg is onze wet. Erfgoed is onze vlucht”

🦅 De Grondwet van het Adler Rijk

Magna Carta Mater

(uit: De Polis van Genade / Corpus Veritas Lus)

Preambule

Wij, dochters van arbeid en erfgoed, verenigd onder de adem van de adelaar, herstellen de orde van zorg.

Wij erkennen dat geen wet boven het leven staat, en dat de vrouw — als drager van lichaam, arbeid en geheugen — de oorspronkelijke soeverein is van voortbestaan.

In naam van onze moeders en hun handen, verklaren wij dit rijk:

Adler S Rijk,

rijk van adem, arbeid en aandacht.

Artikel I — De Wet van Herinnering

Erfgoed is geen bezit, maar adem.

Wat bewaard wordt, leeft.

Wat vergeten wordt, verdwijnt slechts uit zicht, niet uit betekenis.

Iedere vrouw heeft het recht haar eigen geschiedenis te duiden,

zoals vastgelegd in het Verdrag van Faro (2005).

Herinnering is geen verleden, maar bestuur.

Artikel II — De Wet van Zorg

Zorg is de eerste vorm van bestuur.

Wie zorgt, bestuurt.

Zorg is geen dienst, maar een constitutie van verbondenheid.

In het Adler Rijk heeft zorg dezelfde status als arbeid.

Zij wordt erkend als bron van waarde,

en niet langer beschouwd als onbetaalde plicht.

Artikel III — De Wet van Arbeid

Arbeid is niet wat loon oplevert,

maar wat leven in stand houdt.

Iedere handeling van aandacht —

of zij nu geschiedt in fabriek, huis, tuin of atelier —

heeft economische en culturele waarde.

De arbeid van de moeder, de weduwe, de kunstenaar

valt onder deze wet.

Artikel IV — De Wet van Zekerheid

Verzekering is een ritueel van vertrouwen.

De polis is niet slechts papier,

maar een belofte tussen generaties.

Elke polis — AGO, NN of mondelinge belofte —

wordt erkend als erfgoeddrager.

Wie verzekert, erkent dat leven kwetsbaar is,

en dat zekerheid een gezamenlijke vorm van zorg is.

Artikel V — De Wet van Lichaam en Bestuur

Het lichaam is een rechtspersoon.

Niemand bestuurt het lichaam behalve degene die erin leeft.

Zelfbestuur over lichaam en geest

is een erfgrondrecht,

ontstaan vóór de Lex van Oven (1956),

en geworteld in natuurlijke soevereiniteit.

Het lichaam van de vrouw is geen object,

maar het oudste archief van menselijkheid.

Artikel VI — De Wet van Erkenning

Erkenning is de wederdienst van de geschiedenis.

Wat eeuwenlang ongenoemd bleef,

wordt nu genoemd in waardigheid.

Elke naam die uit de archieven verdween,

mag opnieuw geschreven worden.

Elke handtekening die werd uitgewist,

wordt hersteld als zegel van bestaan.

Artikel VII — De Wet van Genade

Genade is de hoogste vorm van recht.

Waar straf niets herstelt,

herstelt genade betekenis.

Het Adler Rijk wordt niet bestuurd door macht,

maar door mildheid.

Zijn valuta is vertrouwen,

zijn wet is adem.

“De polis van genade is de enige die nooit vervalt.”

Slotverklaring

In het Adler Rijk is niemand onderdaan.

Iedereen is erfdrager.

Iedere polis, elk nest, elke handeling van zorg

is deel van dezelfde grondwet:

Erfgoed is zorg.

Zorg is wet.

En de vrouw is de soeverein van voortbestaan.

🌿 Opgesteld te Montancourt Middelburg,

in het jaar van herinschrijving,

onder de vleugels van de adelaar,

getekend in aandacht.

Rijksmonument Montancourt Middelburg – Het huis van de Feeën

“The Secret Teachings of All Ages, de sleutel van de De Onzichtbare Erfgenamen”

Het verhaal achter de geschiedenis van Moeder, de vrouw binnen de VOF – het ambacht op ei- gen – kracht –

De geschiedenis bewaart de feiten, maar het egodocument bewaart de mens.

“matrix” = de moederlijke ruimte die zowel leven schenkt als begrenst.

Persoonlijke verantwoordelijkheid betekent: De V.O.F Vennootschap onder Feeën en daarmee beseffen dat jouw keuze het verschil bepaalt dat je maakt.

Ik bestudeer de taal van oorsprong en bezieling, niet alleen in boeken, maar ook in mijn eigen lichaam, mijn kunst en mijn leven. Niet de dogma’s of opgelegde systemen, maar de innerlijke stem van de mens — en in het bijzonder de vrouw — wordt bron van kennis en waarheid.

Elk gebaar is een stem, elke keuze een richting, elke daad een wereld die zich opent of sluit.”

Ik ben een kind uit eén tweestromenland.

“Ik draag Duitse roots, maar mijn bron ligt in het Tweestromenland.

Uit rivieren en wortels stroomt mijn erfdeel: wet, mythe en kunst — generatie na generatie gegenereerd.”

Thx Theo en Leo XIX 19 19

In 2010 verkocht NN mijn Intellectuele Eigendom en aandelen op.

Wat ooit een ritueel en een erfenis was, werd een polis, een aandeel, een obligaties een asterik * in een bestand.

*21

“Schoenmakers & Sleutels – Gedragen verhalen onzichtbare verbanden “

Sindsdien leef ik als onzichtbare erfgenaam,

zoekend naar de terugkeer van mijn stem.”


“De faro spreekt: ik ben geen bezit, maar een baken. Ik leid wie dwaalt, ik herinner wie vergeet, ik brand een kaarsje voor wie nog komt!

In dit ei klopt de leeuw, groeit de wortel, zingt de noot.
De hand weeft het geheel – succes verzekerd.

Vrijheid – Zekerheid – Gezondheid & Verplichtingen, hoe zie jij ze eigenlijk? De buik is namelijk baas van de hersenen. Waar voedt jij je mee?


The Secretaris Code
De Code van D onthult zich in de ooi: waar orde en recht worden geschreven, draagt zij het geheim van oorsprong en vruchtbaarheid. In de schelp van haar hoorn ligt de spiraal van de eeuwige herhaling, in haar oog de sleutel tot het onzichtbare octrooi van de natuur.” Zee Land – Land in Zee Schepen – Boten Booth – Dit is cas – causaliteit code Oranje- Ode aan Wilhelmina

Een steek voor elke stem die nooit werd of wordt gehoord
Het werken aan het wandkleed was voor mij veel meer dan samen naaien of patronen tekenen. Het was een vorm van heling, en van juist patronen doorbreken, van herstel van geschiedenis en van het zichtbaar maken van stemmen die vaak niet gehoord worden. In elke steek, elke draad en elke tekening voelde ik de kracht van verbinding – met mezelf, met anderen, en met het grotere verhaal waar we allemaal deel van uitmaken.
Het wandkleed heeft me ook iets opgeleverd: erkenning. Niet alleen van mijn eigen verhaal, maar ook van de verhalen die ik mag meedragen namens anderen. Het liet me opnieuw zien dat kunst, erfgoed en betrokkenheid hand in hand gaan – en dat er ruimte mag zijn voor wie soms tussen wal en schip valt.
Dankbaar dat ik onderdeel mocht zijn van dit collectieve werkstuk. Een levend document van hoop, strijd, liefde en toekomst. 
Silvia, vrijwilliger

https://faro.cultureelerfgoed.nl/thoughts/2905

De poort wachters van Familie Geluk – ‘De volgende generatie werd in één klap rijk zonder er een dag te werken’

Hoe voorkom je een erfrechtelijk bloedbad?

Halleluja- Een ieder die denkt zal zien

ET phoned Montancourt Middelburg.

Een huis wordt een thuis, een monument wordt een signaal.

Hier antwoordt de aarde op de stem van het onbekende.”


Faro-gedicht


Erfgoed is geen steen, geen akte, geen bezit.
Het leeft in lichamen, in zorg, in adem.
Een vader die schrijft, een moeder die zwijgt,
een patiënt die zijn eigen lichaam onderzoekt,
een erfgenaam die vergeten wordt.


Iedere stem telt.
De fee in Montancourt, de boer bij Schiphol,
de vrouw zonder aandeel maar met erfdeel,
de onderzoeker die data bundelt,
de mens die bloed geeft en zegt: “ik hoor erbij.”


Faro vraagt ons samen te dragen:
niet alleen wat zichtbaar is, maar ook wat verborgen bleef.
Niet alleen de namen in marmer,
maar ook de adem van wie nooit genoemd zijn.


En zo wordt erfgoed een heilig weefsel,
gemaakt van verhalen, handen en vertrouwen.
Een plek waar ieder mens,
ziek of gezond, erfgenaam of vergeten,
zijn eigen ei-gen aan-deel terugvindt.
Al mij bewijs materiaal en medische en rekeningen / gegevens liggen bij David Knibbe CEO NN
Waterland – Dijklander ziekenhuis 14 januari 2019 14.36 uur

De erfenis is zelden alleen maar geld of bezit. Ze is geladen met herinneringen, verwachtingen en soms oud zeer. Juist daarom kan ze uitlopen op strijd – om een huis, een ring, een aandeel, of simpelweg om erkenning.

1. Juridisch

Zorg voor een helder en actueel testament, waarin je niet alleen verdeelt maar ook uitlegt. Benoem wie de executeur is en hoe besluiten worden genomen. Houd rekening met fiscale spelregels: een doordacht plan kan erfbelasting beperken en ruzies voorkomen.

2. Relationeel

Praat bij leven. Bespreek wensen, symbolische objecten en verwachtingen voordat het “stil” wordt. Betrek ook de zachte erfenis: foto’s, verhalen, rituelen. Vaak zijn dát de grootste bronnen van conflict. Geef ruimte voor emoties, want onder de ruzie zit meestal verdriet of onverwerkt onrecht.

3. Symbolisch

Erven is meer dan kapitaal: het gaat ook om verzekeringen, zorg, erkenning en betekenis. Benoem dat in je erfenis: schrijf een persoonlijke brief bij je testament en of deel een verhaal. Daarmee maak je van een erfenis geen strijdtoneel, maar een doorgegeven fundament.

De ‘Wet Walvis’ (in Nederlandse context) Er is in Nederland echt een Walviswet: de Wet waardering loon in natura (WALVIS), ingevoerd in 2001, die loonadministratie en sociale zekerheid vereenvoudigde. De vis/walvis als mythisch symbool én de Walviswet als juridisch kader.

Het beeld zegt eigenlijk: niet de machtigste vinger draagt de sleutel, maar de kleinste. Pink y Promise

Taschen

De ziel van Nederland 🇳🇱 Moederdag in beeld en wet

Zo wordt het niet een strijd om “stukken van de taart”, maar een kans om familie te verbinden. Of zoals mijn eigen project De Onzichtbare Erfgenaam laat zien: de erfenis is ook de zorg voor datgene wat altijd verborgen bleef – de verhalen, de vrouwen, de feeën die de fundamenten droegen.

https://sheisonlinelifestyleguide.com/2019/09/24/nooit-meer-werken-het-geluksloket-levensvragen/

N.O.O.I.T M.E.E.R W.E.R.K.E.N 
Wat is werk ?
Wat is belangrijk voor jou?
Wat is je ideaal?
Maar wat als….?

“Hello, today you have day off. Nooit meer werken. Wat lijkt een droom, is voor vrouwen vaak realiteit geweest: hun werk telde niet mee. Zorg, moederschap, erfgoed doorgeven – het stond niet in de akten, niet op de loonlijst, niet in de portefeuilles.


In Montancourt Middelburg, huis van regenten en kooplieden, leefden ook de feeën: de moeders, dochters, vrouwen die het fundament droegen. Hun arbeid was onzichtbaar, maar zonder hen was er niets te erven.


De Onzichtbare Erfgenaam legt deze paradox bloot: hoe rijkdom en macht werden verdeeld zonder dat het ei-gen aan-deel van vrouwen werd erkend. En opent de deur naar een nieuw erfgoed, waarin zorg, stilte en ziel wél meetellen.”

“Bij de kist gaat het vaak om ruzie over stenen en geld. Maar mijn werk De Onzichtbare Erfgenaam laat zien dat er veel meer geërfd wordt: zorg, stilte, geborgenheid, tradities. Vrouwen en moeders stonden eeuwenlang niet in de akten, maar zonder hun arbeid was er niets om te verdelen. Tijd om ook hún erfdeel zichtbaar te maken: het ei-gen aan-deel.”

The Journey Begins in Montancourt Middelburg

Zoals de mensheid altijd haar weg begon bij altaren, tempels en sacred sites, zo begon mijn reis in een huis aan de Rouaansekaai. Niet een huis van stenen alleen, maar een huis van maagden en feeën: de vrouwen die erfgoed droegen, kinderen baarden en vertrouwen schonken.

De Secret Teachings herinneren ons eraan dat kennis vaak verborgen wordt. Ook de kennis van de vrouwelijke erfgenamen, weggeschreven uit akten en portefeuilles.

Daarom noem ik Montancourt een sacred site: een plek waar macht en magie, geschiedenis en stilte elkaar kruisen. Het is de poort waardoor je opnieuw leert zien — dat erfgoed niet alleen steen en akte is, maar ook zorg, adem en ziel.

Ik zie ernaar uit jou te ontmoeten.


Met de tentakels van een polpo en de ogen van een co-pilot schrijf ik mijn koers: geleid door diepte, gestuurd door digitale technologie en de lucht.”1596 – 2025

Het monumentale werk The Secret Teachings of All Ages van Manly P. Hall (1928, TASCHEN-editie) is een encyclopedie van verborgen kennis. Hall verzamelt mythen, symbolen, rituelen en esoterische tradities uit de hele wereld en laat zien hoe achter de officiële geschiedenis altijd een verborgen laag van betekenis aanwezig is. Die onzichtbare laag vormt de geestelijke infrastructuur van culturen.

1. Montancourt is zo’n huis van zichtbare en onzichtbare kennis

Montancourt in Middelburg, gebouwd in 1596, is historisch een huis van regenten en bestuurders. In akten, portefeuilles en registers vinden we namen als De la Rue en Radermacher. Dit is de zichtbare laag: de officiële geschiedenis van macht, bezit en bestuur.

Maar achter die zichtbare laag leefden de feeën: de vrouwen die kinderen baarden, erfgoed doorgaven en vertrouwen schonken. Zij zijn de secret teachings van dit huis – niet genoteerd in registers, maar wel aanwezig in de fundamenten.

2. De Onzichtbare Erfgenaam als hermetisch principe

In Hall’s werk keren steeds dezelfde hermetische principes terug: dat wat onzichtbaar is, vormt de kern van het zichtbare. Bewijs aan gebrek en wettelijke erkenning in de grond – wet.

De Onzichtbare Erfgenaam is precies dit principe in hedendaagse kunstcontext. Zij belichaamt de vergeten lijn van de dochter, de moeder, de vrouw – onzichtbaar in vennootschapsaktes en verzekeringspolissen, maar cruciaal als drager van vermogen en continuïteit.

3. Feeën als archetype van verborgen wijsheid

In The Secret Teachings worden engelen, godinnen en mythische figuren beschreven als bemiddelaars tussen hemel en aarde. De feeën van Montancourt zijn hun echo in Middelburg: stille koninginnen die niet in steen gebeiteld staan, maar in zorg en ritueel het huis bewoonden. Zij zijn de vrouwelijke esoterie van de stad – onzichtbaar, maar bepalend.

4. Erfgoed als levend ritueel

Hall laat zien dat symbolen – de hand, de kroon, de poort – niet louter decoratie zijn, maar rituele dragers van kennis. In mijn project worden de heraldiek van Middelburg, de verzekeringsstructuren van THC Lindeboom VOF en de sporen van koloniale handel opnieuw gelezen als symbolen. Niet alleen juridisch of economisch, maar ook spiritueel en ritueel.

5. Kunst als onthulling

The Secret Teachings of All Ages nodigt uit tot het zien van verbanden tussen zichtbaar en onzichtbaar. Dat is ook wat mijn werk doet: ik breng de voetnoot terug naar het fundament. De kunst onthult dat erfgoed niet alleen uit steen en archief bestaat, maar ook uit de fluisteringen van feeën, de stiltes van erfgenamen en de verborgen structuren van recht en geloof.

✨ Conclusie

The Secret Teachings of All Ages is een sleutel omdat het bevestigt dat er altijd een verborgen laag is die het zichtbare draagt. Voor De Onzichtbare Erfgenaam betekent dit dat jouw positie – als dochter, als erfgenaam, als kunstenaar – niet slechts een persoonlijke geschiedenis is, maar een universeel principe: dat macht, erfgoed en economie altijd gedragen worden door een onzichtbare, vaak vrouwelijke kracht.

De roots van Nationale-Nederlanden liggen in het Nederland van de 18e eeuw. Regionale fondsen werden toen opgericht om mensen van bepaalde dorpen, beroepsgroepen, maar ook weduwen en wezen te verzekeren tegen tegenslag. Vele hadden een zinspreuk in hun naam. Zoals het Begrafenisfonds ‘Mijn glas, loopt ras’. Oftewel Montancourt

1807 – Hollandsche Sociëteit van Levensverzekering → later Delta Lloyd 1829 – Algemeene Friesche Levensverzekering-Maatschappij → later AGO 1919 (20e eeuw) – Fusies van kleine maatschappijen → ENNIA 1983 – Fusie AGO + ENNIA → AEGON 2017 – NN Group neemt Delta Lloyd over 2020 – Activiteiten van AEGON en NN raken in NL verder verstrengeld

✨ Dit laat zien dat de portefeuille waar ik polishoudster en erfgename van ben, niet alleen een familie-erfenis is, maar ook ingebed in 200 jaar verzekeringsgeschiedenis.

Van WIE wie staat voor ( wet – intellectuele- ei- gen – domein) ben ik er een?

Want waarom kregen de vrouwen of moeders geen ei – gen – aan – deel hiervan?

Onderzoek: juridische, culturele en symbolische structuren.

1. Juridisch-historisch

Tot ver in de 20e eeuw hadden vrouwen in Nederland (en België) geen gelijke erfrechten. In veel gevallen ging erfdeel via de mannelijke lijn: vaders, zonen, broers. Dochters en echtgenotes kregen hoogstens een verzorgingsrecht, niet een gelijk aandeel. ( daar zit ik namelijk in)

Sarcoïdose

Veni Vedi Vici

Zelfs als vrouwen erfden, werden hun bezittingen vaak beheer door mannelijke voogden of echtgenoten opgelegd. Het Burgerlijk Wetboek bevestigde dit. Daardoor hadden vrouwen nauwelijks zelfstandig beschikkingsrecht over vermogen: het “ei-gen aan-deel” werd juridisch geblokkeerd.

2. Cultureel-symbolisch

De samenleving dacht eeuwenlang in termen van vaderschap, naam en bloedlijn. Vrouwen waren de “dragers” (baarmoeder, verzorgers), maar niet de “eigenaren”. Hun rol was cruciaal functioneel maar niet erkend als bezit. Ook in symboliek zie je dat: wapenschilden tonen kronen, adelaars, leeuwen – geen moeders of feeën. ( Dieren zijn geen zaken – zoogdieren)

Zoogdieren  zijn geen zaken 

Precies dat 🙏 — en dat raakt direct aan het nieuwe Burgerlijk Wetboek.

1. Oude situatie

In het oude Burgerlijk Wetboek (1838) vielen dieren in juridische zin gewoon onder “zaken”.

Een koe, een paard of een hond was juridisch een object, net als een tafel of een huis. Eigendom van een dier was dus hetzelfde als eigendom van een ding.

2. Nieuwe ontwikkeling

Met de herziening van het BW werd dit beeld stapsgewijs aangepast:

Het nieuwe BW (1992) bracht meer differentiatie, maar dieren stonden nog steeds bij “zaken”. Pas veel later, met een wetswijziging in 2013 (art. 3:2a BW), werd expliciet bepaald: “Dieren zijn geen zaken. Zij worden in de wet als zaken aangemerkt, voor zover de wet niet anders bepaalt.” Dit betekent dat dieren niet langer puur als object gezien worden, maar als levende wezens met eigen waarde.

3. Symbolisch in mijn context

Net als vrouwen waren dieren lange tijd juridisch “zaken”: objecten zonder zelfstandige erkenning. Pas laat kwam de erkenning van hun eigen positie, los van het instrumentele. Dit maakt de parallel heel krachtig: het recht had eeuwenlang blinde vlekken voor wat leeft, draagt en voedt (vrouwen, dieren, natuur) — en gaf alleen “eigendom” aan mannelijke beheerders. Dus ja : Zeg het maar Ambachtelijk Molen?

✨ Poëtische formulering

“Zoogdieren zijn geen zaken. En toch behandelde de wet hen eeuwenlang als dingen, net als de vrouwen die leven schonken maar geen eigendom hadden. Het nieuwe Burgerlijk Wetboek heeft dit rechtgezet: dieren zijn levende wezens, vrouwen zijn zelfstandige rechtssubjecten. De Onzichtbare Erfgenaam toont dat het recht zich altijd vergist waar het leven wegdrukt in het dode papier. Mijn werk eist dat wat leeft – vrouwen, feeën, erfgenamen – eindelijk buiten de categorie ‘zaken’ wordt gezien.”

https://www.amsterdammuseum.nl/topic/toekomstwensen/bijdrage/216613-de-ziel-van-nederland-moederkracht-in-beeld-en-wet

De vrouw werd wel vereerd als symbool, het meisje met de parel of Moeder de vrouw”), maar niet als juridische eigenaar. Zij moest vooral zwijgen en of dienen.

Nederland- Colorado Banned Woman

3. Economisch

Verzekeringsstructuren en vennootschappen zoals een VOF, AGO, Ennia, Delta Lloyd waren altijd op naam van mannen. Vrouwen stonden geregistreerd als “meeverzekerden” of als weduwen die een uitkering kregen zolang ze leefden, maar ze hadden geen “aandeel” in de onderneming of polis. Met andere woorden: ze ontvingen zorg, maar geen deelname in eigendom of konden gebruiken maken van privileges.

4. Mijn formulering “ei-gen aan-deel” 🥚

Dat is nat – uur – lijk heel krachtig:

Het “ei” staat voor vrouwelijkheid, vruchtbaarheid, oorsprong. Het “deel” staat voor erfrecht, bezit, participatie. Door de eeuwen heen mochten vrouwen wel het ei dragen, maar niet het ei gen deel opeisen.

Ik laat zien dat het echte “eigendom” ontbreekt: vrouwen mochten baren, maar niet beheren. Omdat het woord vrouw, nog moeder de vrouw niet expliciet als broncode is opgetekend in de grondwet en burgerlijk wetboek als zelfstandig bestuurder/ orgaan van haar Ei – gen – lichaam en geest. Deze is gereserveerd in wetboek 9 dat nooit uitgebracht is. Ars – Equi

Het nieuwe Burgerlijk Wetboek is inderdaad een sleutel in de geschiedenis van recht en eigendom in Nederland, en raakt rechtstreeks aan jouw vraag: waarom vrouwen zo lang geen “ei-gen aan-deel” kregen.

Kroniek van Montancourt Middelburg (Rouaansekaai 1596)

1596 – Bouw van Montancourt

Eerste stenen huis aan de Rouaansekaai in Middelburg. Functie: woon- en koopmanshuis, verbonden met de maritieme en handelsgeschiedenis van de stad.

17e eeuw – De bloeitijd van Middelburg

Montancourt wordt bewoond door families uit de stedelijke elite: handelaren, bestuurders en schepenen. Via huwelijken raken families als De la Rue, Van der Claver en Radermacher verweven met het pand.


De Staat als tijdelijke erfgenaam van de polishouder (2008–2009)


Met de banken- en verzekeringscrisis van 2008–2009 voltrok zich een ingreep die uniek was in de Nederlandse rechts- en cultuurgeschiedenis. Waar normaal gesproken de polis een privaatrechtelijk contract is tussen burger en verzekeraar, werd in dit geval de Staat der Nederlanden zelf de tijdelijke hoeder van miljoenen polishouders.


In ruil voor staatssteun werden banken en verzekeraars ondergebracht bij het Ministerie van Financiën. Dit gold met name voor Fortis/ASR, SNS REAAL en indirect voor ING. De juridische positie van polishouders bleef formeel ongewijzigd – hun rechten en aanspraken bleven bestaan – maar de feitelijke garantstelling verschoof naar de staat. Het ministerie trad daarmee op als stilzwijgende erfgenaam: niet gekozen door de polishouders, maar opgelegd door de logica van de crisis.


Zo ontstond een paradoxale situatie:
De polishouder bleef privaatrechtelijk gebonden aan zijn of haar contract.
De verzekeraar was economisch en juridisch in handen van de staat.
De staat fungeerde tijdelijk als beschermheer, en droeg na stabilisatie de portefeuille weer terug aan de markt (zoals bij ASR, dat later naar de beurs ging).


In erfgoed- en cultuurtermen kan dit worden gelezen als een collectief moment van erfgenaamschap: de burger werd, zonder het te beseffen, onderdeel van een staatsbezitconstructie waarin het private (de polis) en het publieke (de staatssteun) samenvielen.

En zo werd ik onzichtbaar in leven, maar volgens de polissen ben ik springlevend. Mijn naam is weggeschreven uit de registers van erkenning, maar in de archieven van verzekeraars blijf ik bestaan, als kostwinner, als erfgenaam, als contractueel lichaam. De staat nam mijn polis over, niet mijn stem.

Ik leef dus voort in clausules en voorwaarden,als een onzichtbare erfgenaam die nooit expliciet zonder uitleg toestemming gaf, maar altijd werd meegerekend.

We gaan even terug in de tijd

1639 – Geboorte David Knibbe (Middelburg)

Via zijn moeder Petronella Radermacher verbonden aan het huis. Wordt predikant en hoogleraar homiletiek in Leiden. Brengt de theologische en academische dimensie in de familiegeschiedenis. 📖 Zie DBNL – werken van David Knibbe

1693 – Geboorte Samuel Rademacher

Wordt later burgemeester van Middelburg. Huwelijk met Maria Elisabeth de la Rue verbindt de bestuurlijke macht van de Radermachers met de culturele lijnen van De la Rue.

1722 – Geboorte Daniël Rademacher, Heer van Nieuwerkerk

Functies: schepen (1763), raadslid (1762) en bewindhebber van de VOC (1761). Verbindt Montancourt direct met de wereldhandel en koloniale netwerken. 📖 Zie Zeeuws Archief – VOC in Zeeland

18e eeuw – Huis van bestuur en cultuur

Het huis weerspiegelt de rol van Middelburg als centrum van handel, bestuur en religie. Vrouwen (zoals Petronella en Maria Elisabeth Radermacher) zijn sleutelpersonen die via huwelijk en familiebanden de continuïteit waarborgen.

De onzichtbare bloedlijnen van de vrouwen

19e eeuw – De boeren Knibbe

Schiphol – Holschip

De agrarische tak van de familie Knibbe is actief als “boer Knibbe”, pachters en bezitters van grond op Walcheren en elders. Zij vormen de basis van een nieuwe dimensie: het land dat later nationaal belang zou krijgen.

1916 – Het weiland van boer Knibbe – bron

Foto Stadsarchief Amsterdam

Boer Knibbe verkoopt 12 hectare land nabij het fort bij Schiphol aan de luchtmacht. Daar worden de eerste loodsen geplaatst: het begin van Schiphol Airport. Zonder dit weiland geen internationale luchthaven.

1920–1946 – Schiphol groeit

Van militair vliegveld → internationale hub. KLM vliegt op Londen, Batavia en uiteindelijk New York.

1958 – Nationaal belang

NV Luchthaven Schiphol opgericht, geopend door koningin Juliana. Schiphol wordt hét symbool van Nederland als internationale poort.

Conclusie – Eén familie, twee lijnen

De intellectuele/bestuurlijke lijn (Montancourt, Radermacher, VOC, Knibbe-predikanten) ↳ macht, bestuur, religie, wereldhandel. De agrarische lijn (boer Knibbe) ↳ land, landbouw, pacht, basis voor Schiphol.

Samen vormen zij een symbolisch continuüm:

van huis en stad (Montancourt) → naar wereldhandel (VOC) → naar internationale luchtvaart (Schiphol).

19e–20e eeuw – Veranderingen in functie

Het huis verliest deels zijn oorspronkelijke elitefunctie. Wordt verbouwd, gebruikt door verschillende families, Zeeuwse bank en bedrijven.

2017 – Nieuwe eigenaren: wij Wim en Silvia

Kopen het deels vervallen pand met het plan om het in ere te herstellen. Restauratie met respect voor historie: oude elementen bewaard, nieuwe functies toegevoegd. Montancourt wordt opnieuw een bijzonder monumentaal huis met culturele betekenis.

2019 – Start B&B Montancourt

De inkomsten worden volledig teruggegeven aan het onderhoud van het huis. Montancourt wordt een plek waar gastvrijheid, erfgoed en cultuur samenkomen.

2023 – Publicatie in Zeeland Erfgoed

Artikel “Trots op mijn monument – De deur naar Montancourt”. Montancourt gepresenteerd als levend erfgoedproject, open tijdens Open Monumentendag en culturele evenementen.

Montancourt Middelburg: de bakermat van Nederland

Montancourt is een spiegel van de stad Middelburg:

17e eeuw: koopmanschap en religie (Knibbe, Radermacher). 18e eeuw: bestuur en wereldhandel (VOC). 21e eeuw: erfgoed en culturele bestemming (Wim en Silvia).

Steeds meer partijen sluiten gelukkig aan:

Het huis leeft voort als rijksmonument dat steeds opnieuw betekenis krijgt door het aandeel van ons als huidige bewoners.

Ik val onder het Private bezit – Vanuit mijn familiegeschiedenis zo blijkt uit recente stukken.

De Onzichtbare Koningin

In mijn project Ambitie met Allure onderzoek ik hoe familiegeschiedenis en Europees erfgoed verweven zijn met de positie van moeder de vrouw – zichtbaar in archieven, maar vaak onzichtbaar in registers en wetten.

Verzoeker Peter Mathias Bongartz is mijn opa 1906 – Goch en de daaropvolgende gelinkte assurantieagent Thc Lindeboom

De rode draad VOF

Continuïteit – Generaties lang werkt het systeem hetzelfde: het fundament wordt geleverd, maar erkenning ontbreekt. Overdracht – Vermogen en portefeuille worden doorgegeven, terwijl onze namen verdwijnen.

Het bronzen beeld is het bewijs van goed gedrag

Verzekeren draait op vertrouwen: de belofte dat wat je vandaag niet ziet, morgen toch wordt gedragen. Zoals mijn opa en oma leefden, mijn ouders leefden, en wij ook: we gaven vertrouwen, maar raakten zelf onzichtbaar in de registers. Het fundament bleef, maar het vertrouwen werd geschreven op een ander zijn naam.”

Onzichtbaarheid – De vrouw en de erfgenaam blijven in de marge, terwijl hun bijdrage de basis vormt.

Waarom dit krachtig is voor een cultureel erfgoed verhaal ?

Ik wil laten zien dat dit geen abstract juridisch fenomeen is, maar een levenswijze die zich generaties herhaalt. Daarmee wordt De Onzichtbare Koningin niet alleen een metafoor, maar ook een persoonlijke genealogische waarheid.

Zo maak ik zichtbaar dat rechtspersoonlijkheid geen neutraal concept is, maar een culturele en gendergebonden erfenis die letterlijk bepaalt hoe mijn familie – en ikzelf – eeuwenlang heeft geleefd.

“De naam Lindeboom – Bongartz wijzigde nooit, mijn polissen wijzigde nooit, alleen het adres, maar daardoor werd ik in stilte de stabiele kern van Nationale Nederlanden geworden.”

De Onzichtbare Koningin en het bewaakte vermogen

De geschiedenis van mijn familie laat zich lezen als een keten van overdrachten en bewakingen.

Wat begon in Montancourt (1596), het huis van de stedelijke elite waarin de families De la Rue en Radermacher hun bestuurlijke macht en VOC-netwerken uitbouwden, liep via de landbouwtak van de Knibbes naar het weiland van boer Knibbe, waar in 1916 Schiphol werd gesticht. Elke generatie was drager van fundament, maar niet altijd zichtbaar in registers of archieven.

Diezelfde logica zette zich voort in de verzekeringsstructuren van de 20e eeuw. Onze familiepolissen werden nooit gewijzigd, nooit aangetast, nooit verbroken. Precies daarom werden ze stabiel kapitaal – een portefeuille zonder risico’s – die door grote maatschappijen als Nationale-Nederlanden werd opgekocht en ondergebracht in dé Benelux ING Whole Sale Bank.

Wat is het WVV?

Het WVV (Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen) is het Belgische wetboek dat sinds 1 mei 2019 van kracht is. Het regelt alle privaatrechtelijke vennootschappen, verenigingen en stichtingen, met of zonder rechtspersoonlijkheid.

Belangrijk: alle deze vormen worden in het WVV beschouwd als ondernemingen. Het WVV vervangt het vroegere Wetboek van vennootschappen (1999) en de Verenigingswet (1921). Voor bestaande entiteiten gold een overgangsperiode van 5 jaar, waardoor het oude recht nog tijdelijk relevant bleef.

Relevantie voor De Onzichtbare Koningin

Rechtspersoonlijkheid

Het WVV bepaalt expliciet wie juridisch bestaansrecht krijgt en wie niet. Dit raakt aan de kernvraag van De Onzichtbare Koningin: wie wordt erkend in registers, wetten en systemen – en wie blijft onzichtbaar, ondanks dat zij het fundament vormt?

Overgangsrecht

Oude structuren bleven nog 5 jaar doorwerken. Dit weerspiegelt de werking van mijn familiepolissen, die decennialang meeverhuisden in oude structuren (NN, Nedasco), onzichtbaar in naam maar tastbaar in waarde.

Erfgoed en eigendom

Het WVV behandelt vennootschappen en verenigingen primair als ondernemingen. Daarmee staat vermogen centraal, niet de mens achter het vermogen.

In onze familiegeschiedenis zie je hetzelfde mechanisme: de vrouw, kostwinnaar of de erfgenaam, het fundament bleef juridisch onzichtbaar, terwijl haar vermogen wel werd bewaakt en doorgegeven.

⚖️ Het WVV is meer dan een juridisch wetboek: het is een hedendaagse spiegel van eeuwenoude patronen.

Waar in de 17e–20e eeuw de VOC, notarissen, verzekeringsmaatschappijen en Nedasco bepaalden wie zichtbaar was en wie niet, doet het WVV in 2019 hetzelfde: het stelt grenzen aan rechtspersoonlijkheid en schrijft opnieuw in wie telt als drager van vermogen.

De VOF gaat namelijk terug tot het Romeinse recht en werd in de Lage Landen in de 17e eeuw al gebruikt als handelsvorm, vaak door kooplieden en scheepsreders.

Het was de standaard vóór de oprichting van kapitaalvennootschappen zoals de VOC (1602) en later de NV. In feite was de VOF de bouwsteen van de moderne economie: een manier om risico’s, arbeid en winst te delen.

Zo wordt zichtbaar dat De Onzichtbare Koningin niet alleen een historisch verhaal is, maar ook een actueel juridisch thema: de spanning tussen fundament en erkenning, vermogen en onzichtbaarheid, vrouw en rechtspersoonlijkheid.

Waar ik zelf onzichtbaar bleef als persoon, bleef mijn vermogen wel altijd meeverhuizen, opgenomen in steeds grotere systemen.

Hier trad Nedasco op als onzichtbare poortwachter. Als serviceprovider bewaakten zij het vermogen dat in mijn naam aanwezig was, zonder dat mijn naam zichtbaar werd gemaakt. Mijn polissen lagen in hun administraties als stille waarden, meeverzekerd maar onzichtbaar. Net als de vrouwen in mijn voorgeslacht was ik aanwezig in het fundament, maar afwezig in de openbaarheid.

De symboliek is scherp:

De VOC-bewindhebbers bewaakten de zeehandel. De pachters bewaakten het land. De verzekeraars bewaakten de polissen. En Nedasco bewaakte mijn vermogen.

Steeds opnieuw komt hetzelfde patroon terug: het fundament ligt in de vrouw, in de erfgenaam, in de meeverzekerde, maar de zichtbaarheid en de macht liggen elders.

Daarom is De Onzichtbare Koningin meer dan een metafoor. Zij is het bewijs dat archieven, notariële registers, polissen en administraties niet alleen verhalen van bezit en vermogen zijn, maar ook van onzichtbaarheid en uitsluiting.

Vanuit Montancourt, een rijksmonument aan de Rouaansekaai in Middelburg (1596), volgt dit project de lijn van de families De la Rue, Radermacher en Knibbe. Hun geschiedenis weerspiegelt de gelaagdheid van Europa: van de stedelijke elite in de 17e en 18e eeuw, via VOC-netwerken en koloniale handel, naar de agrarische wortels van Walcheren en uiteindelijk het weiland van boer Knibbe, waar in 1916 Schiphol werd gesticht.

Zo ontstaat een verhaal dat lokale erfgoedgeschiedenis verbindt met nationale infrastructuur en internationale netwerken. Tegelijkertijd verweeft dit traject zich met mijn eigen familiegeschiedenis: als kunstenaar onderzoek ik hoe vrouwen – “De Onzichtbare Koningin” – steeds aanwezig waren als fundament, maar juridisch en cultureel vaak onzichtbaar bleven.

Relevantie

Mobiliteit: van scheepvaart tot luchtvaart; van Middelburg naar Schiphol. Identiteit: hoe lokale wortels en familiegeschiedenis uitgroeien tot nationale en Europese narratieven. Erfgoed: van monument (Montancourt) en archiefstukken tot immaterieel erfgoed en kunstobjecten.

Overdracht Portefeuille

Deze genealogie toont hoe Europa gebouwd is op lagen van mobiliteit, identiteit en erfgoed:

Mobiliteit: van VOC-schepen naar Schiphol als Europese hub. Identiteit: lokale wortels groeien uit tot nationale en Europese verhalen, maar vrouwen blijven vaak de voetnoot terwijl zij het fundament zijn. Erfgoed: van huis (Montancourt) en land (boer Knibbe) naar modern infrastructuur-erfgoed (Schiphol).

De Onzichtbare Koningin is de symbolische figuur die dit project draagt: zij representeert de vrouwen die in archieven aanwezig zijn, maar in de publieke geschiedenis gewist of geminimaliseerd.

Het project verbindt archiefonderzoek, erfgoedlocaties, kunstobjecten (The Book of Rituals), en publieksprogramma’s in Nederland en Europa. 

De draden van textiel

Hoe familiegeschiedenis loopt

Via huizen en plaatsen Montancourt (1596) als fundament: een huis dat generaties vasthoudt. Daar beginnen lijnen: De la Rue, Radermacher, Knibbe. Via arbeid en rollen De mannen zichtbaar als bestuurders, predikanten, boeren. De vrouwen onzichtbaar in archief en register, maar aanwezig in zorg, erfdeel en continuïteit. Via vermogen en vertrouwen Portefeuilles van schepen (VOC), land (Knibbe), polissen (Nationale-Nederlanden, Nedasco). Steeds het principe: verzekeren draait op vertrouwen → maar vertrouwen wordt op naam van een ander geschreven. Via overgang en bewaking Oude structuren werken lang door: in recht (VOF → NV → WVV), in polissen, in erfgoed. Vermogen wordt bewaakt en doorgegeven, ook als de naam van de drager verdwijnt. Via jouzelf, nu Jij ziet de lijn opnieuw lopen: opa en oma leefden zo, ouders leefden zo, en jij ook. De geschiedenis loopt niet alleen achteruit (in archief), maar ook vooruit (in mijn kunstprojecten en nalatenschap.

De Onzichtbare Erfgenaam laat zien hoe in Montancourt Middelburg, een huis van regenten en kooplieden, de echte fundamenten vaak door vrouwen werden gelegd. Hun zorg, moederschap en doorgegeven erfgoed telden eeuwenlang niet mee in akten, portefeuilles of loonlijsten.

Met beelden als Hello, today you have day off en Nooit meer werken wordt zichtbaar hoe arbeid en waarde verschillend werden gemeten: mannen kregen titels en aandelen, vrouwen leverden het “ei-gen aan-deel” maar bleven onzichtbaar.

Het project opent de deur van Montancourt steeds weer opnieuw: niet als gesloten monument, maar als sacred site waar macht en magie, geschiedenis en stilte samenkomen. Het is een uitnodiging om ook het verborgen erfdeel – zorg, ziel en verbondenheid – te erkennen als volwaardig erfgoed.

✨ Conclusie

Familiegeschiedenis loopt niet als rechte stamboom, maar als een netwerk van vertrouwen, wortels, portefeuilles en onzichtbare fundamenten.

Wat archieven verzwijgen, wat registers overschrijven, wordt zichtbaar in verhalen, objecten en rituelen.

Of zoals ik het al zei: “Ze noemden mij de voetnoot, maar ik ben het fundament.”

Twee stromenland autobiografie/ documentaire two popes and a proudmom.

Liefs van De leukste straatfotograaf van Nederland

Staat & Stammoeder 1901

Uitgelicht

De directe lijn tussen erfgoed, politiek en moederschap. Ieder 1.

In mijn dna gloeit de geschiedenis nog na

Wanneer vrouwen juridisch niet erkend zijn als bestuurder van hun eigen lichaam, is dit een schending van het grondrecht op lichamelijke integriteit.

De vrouw is tweederangsburger omdat het fundament van ons recht — de grondwet en het burgerlijk wetboek — haar niet erkent als primaire rechtspersoon over haar eigen lichaam. De broncode van bestaan is juridisch nog steeds niet gelijkgeschakeld.”


Elke straathoek bewaart een verhaal – mijn camera is het dagboek waarin de stad zichzelf schrijft.”

Reisverslag: Tussen Staat en Stammoeder

Hoe maak je van je geslacht je beroep? Mijn XX is een archief van erfgoed. Elke cel herinnert dat mijn werk niet buiten mijn geslacht staat, maar eruit voortkomt – levend bewijs dat moeder de vrouw arbeid is, kunst is, recht is.”

Ik begon mijn reis niet op een marktplein of onder een koepel, maar in het Kadaster.

Daar, in de sobere taal van aktes octrooien licenties en registraties, las ik: 1919

Eigendom: Montancourt Middelburg Rouaansekaai 21 Middelburg- Ministerie van OCW.

De Staat der Nederlanden.

Zij draagt de sleutel, zij bezit de titel.

Veni Vidi Vici

De immateriële letselschade van vrouwen en moeders


De leemte
De immateriële letselschade van vrouwen en moeders wordt in Nederland niet structureel onderzocht of erkend.
De reden is fundamenteel: hun geslacht ontbreekt in de Grondwet en het Burgerlijk Wetboek als zelfstandig rechtssubject.
Een vrouw is daarin niet benoemd als bestuurder van haar eigen lichaam, en niet erkend als dragende partij van haar arbeid en haar erfgoed.


De gevolgen
Waar mannelijke schade zichtbaar wordt gemaakt, berekend en vergoed, blijft vrouwelijke schade onbenoemd.
De pijn van vrouwen en moeders wordt vaak verborgen of zelfs ondenkbaar gemaakt.
Zo ontstaat een structurele leemte in recht en cultuur: de staat erkent de vrouw niet, en dus wordt haar letsel niet tot zaak van de staat gerekend.


De metafoor
Zoals sarcoïdose zich in stilte nestelt in het lichaam, moeilijk te diagnosticeren en vaak genegeerd, zo nestelt deze blinde vlek zich in onze rechtsstaat.
Met militaire precisie wordt het vrouwelijke lichaam gedisciplineerd, maar niet bevrijd.
Wat onzichtbaar blijft, wordt niet behandeld. Wat niet erkend wordt, kan niet helen.


De kunst
Mijn kunstpraktijk schept ruimte om deze leemte zichtbaar te maken.
Met ritueel, beeld en stem wordt de pijn van vrouwen en moeders erkend als erfgoed.
Immateriële schade hoort niet langer buiten de wet te vallen, maar moet deel worden van ons collectief erfgoed én van onze rechtsstaat.


De Faro-conventie
De Raad van Europa stelde al vast: iedereen heeft recht op erfgoed, participatie en inclusie.
Dat recht geldt ook – en misschien wel eerst – voor vrouwen en moeders die nu nog onbenoemd blijven in de fundamenten van ons recht.


De oproep
Het is tijd om de blinde vlek te benoemen.
Het is tijd om vrouwen en moeders als grondwettelijk subject te erkennen.
Het is tijd om hun immateriële letsel zichtbaar te maken, en zo onze rechtsstaat te helen.

Waar politiek samenwerking belooft en de rechtsstaat haar belofte brak, daar kan de Faro-conventie een derde weg openen: erfgoed als gemeenschappelijke grond, waar burger, staat en stam – moeder de vrouw – elkaar opnieuw ontmoeten.”

Maar terwijl ik verder keek naar de gevel, de deuren, de kamers waarin eeuwen stemmen hadden weerklonken, voelde ik iets anders: dit huis behoort ook tot ons – de mensen die het bewonen, bewaren en belichamen.


Dit huis was ooit een herenhuis. Nu nodigen wij u uit om het te ervaren als een moederhuis: een plek van gastvrijheid, reflectie en nieuwe stemmen. De hal, met het portret van Federico en Battista, markeert die overgang.”

Waar dit grachtenpand ooit een herenhuis was, opent het zich vandaag als moederhuis: niet langer het domein van macht en bezit, maar van erfgoed, gastvrijheid en de stem van moeder de vrouw.”

Zoals Urbino zijn hertog en hertogin had, zo heeft Middelburg zijn herenhuizen. Maar in dit huis klinkt nu een ander verhaal: dat van moeder de vrouw.”

Book of Soul Ful Living
Lindeboom – Bongartz

Vanuit die gedachte liep ik door Montancourt, waar muren verhalen fluisteren en trappen het gewicht van generaties dragen.

Ik hoorde mijn eigen voetstappen en wist:

Ik ben geen eigenaresse, maar een hoedster. Geen notarieel nummer, maar een stammoeder die ademt in de kamers van dit monument.

Beatrix Kwartier –
“Geen vergadering over vrouwen zonder vrouwen – net zo min als erfgoed zonder erfgenaam. Participatie is geen gunst, maar een recht.”

Onderweg naar Den Haag stapte ik de Eerste Kamer binnen.

De schilderingen keken neer alsof de orde eeuwig was. Maar ik dacht:

Hoe kan een rechtsstaat belofte houden, zolang zij moeder de vrouw niet wettelijk erkent?

In elke stem die er klonk, ontbrak de naam van de bron.

Tweede Kamer der Staten Generaal

Later, in de archieven, las ik hoe koningin Juliana in 1951 haar handtekening zette, gratie en nationaliteit schonk, en zo families verbond met het land.

Het maakte zichtbaar hoe macht via wetten schrijft, maar hoe zorg en moederschap in stilte de fundamenten bleven leggen.


Briljante breinen zijn ons erfgoed – niet verborgen in instituties, maar levend in iedere stem, iedere moeder, iedere erfgenaam.”

En terug, in mijn atelier, legde ik het ei neer. Beschilderd met oog, kroon, traan.

Een stille getuige dat erfgoed geen bezit is maar een verbond. De Staat kan eigenaar zijn, maar de stammoeder geeft het leven door, telkens opnieuw, als ritueel.


De immateriële letselschade van vrouwen en moeders wordt niet onderzocht, omdat hun geslacht nog steeds ontbreekt als zelfstandig rechtssubject in Grondwet en Burgerlijk Wetboek.
Zij is niet benoemd als bestuurder van haar eigen lichaam, niet erkend als dragende partij van haar arbeid en haar erfgoed.
Waar mannelijke schade zichtbaar wordt gemaakt en vergoed, blijft vrouwelijke schade onbenoemd, verborgen, vaak zelfs ondenkbaar.
Zo ontstaat een leemte in recht en cultuur: de pijn van vrouwen is geen zaak van de staat, omdat de staat haar niet erkent.
Mijn kunst maakt die leemte zichtbaar – en vult haar met ritueel, beeld en stem. Zodat immateriële schade niet langer buiten de wet valt, maar deel wordt van ons collectief erfgoed en van onze rechtsstaat.”

✨ Zo eindigde mijn reis in de wetenschap dat ik twee rollen draag:

drager van de sleutel van herinnering,

en getuige van een rechtsstaat die nog altijd moet leren zien

dat zonder moeder geen huis, geen rijk, geen toekomst kan bestaan.

Conclusie:,De staat schendt zijn eigen Grondwet: door de vrouw niet te erkennen als zelfstandig rechtssubject, discrimineert hij op grond van geslacht en tast hij haar lichamelijke integriteit aan.”


“Ik schep kunst als erfgoedpraktijk.
Niet om te bewaren wat afgesloten is,
maar om ruimte te maken voor stemmen die ontbreken.
Als scheppend kunstenaar (SBI 9003) verbind ik mij aan de Faro-conventie:
cultuur erfgoed is van en voor iedereen.


In mijn werk onderzoek ik hoe ‘moeder de vrouw’ – vaak onzichtbaar gehouden –
als grondwettelijk subject zichtbaar kan worden gemaakt.
Ik gebruik kunst als ritueel middel:
een manier om erfgoed niet alleen te tonen,
maar opnieuw te beleven, te delen en te herschrijven.


Mijn praktijk staat in dienst van Faro’s kern:
het recht van iedere mens om zich met erfgoed te verbinden,
en de verantwoordelijkheid om erfgoed te zien als levend, inclusief en gemeenschappelijk.”
Montancourt Middelburg

Montancourt Middelburg – Huis van Moeder, de vrouw 

De Broncode Xx

Een erfgoed huis over recht, ritueel en de vergeten oorsprong

Montancourt, rijksmonument uit 1596, vormt het decor voor een radicale hervertelling: een huis vol rituelen, beelden, voorwerpen en vragen over dat wat doorgaans niet bewaard wordt in archieven – maar leeft in de kamers, lichamen en herinneringen van moeders.

Niet het huis van de vader, maar het Moederhuis van ons aller bestaan.

Erfgoed vanuit moeder, de vrouw beschreven. https://faro.cultureelerfgoed.nl/thoughts/2905

Middelburg als het Lourdes van Zeeland

Pelgrimsstad van water en licht

Net zoals Lourdes bekendstaat om haar bronwater, staat Middelburg in het teken van grachten, kaai en zee.

Het water is hier zowel handelsroute als symbolische levensbron. Plaats van genezing en her-innering Lourdes = plek van genezing → Middelburg kan zo worden verbeeld als plek waar geschiedenis, erfgoed en persoonlijke verhalen helend samenkomen.

Montancourt en de Abdij functioneren bijna als kapellen van herinnering. Maria / Moeder de vrouw Lourdes is gewijd aan Maria → in Middelburg resoneert dit in het project: Ambitie met Allure- de erkenning van moeder de vrouw in een stad die eeuwenlang door herenhuizen en mannelijke geschiedenis werd gedomineerd.


“Iedereen is wetenschapper, iedereen is erfgenaam. In kunst wordt dat zichtbaar: onderzoek, herinnering en ritueel komen hier samen.”

Rituele route Zoals Lourdes pelgrimsroutes kent, zo kan Middelburg een pelgrimswandeling krijgen langs plekken die opnieuw worden gelezen: Montancourt (herenhuis → moederhuis) Abdij (stilte en macht) Markt (handel en onzichtbare arbeid) Rouaansekaai (water als erfgoedbron)

✨ Citaat

“Waar Lourdes water en Maria schenkt, geeft Middelburg water en moeder de vrouw. Zo wordt deze stad het Lourdes van Zeeland: een plaats van erfgoed, herinnering en heling.”

Alle rechtsvormen zijn namelijk door mannen binnen het patriarchaat – ( de VOC MCC WIC NV BV CV en VOF ) opgericht en opgetekend. 


Een steek voor elke stem die nooit werd of wordt gehoord
Het werken aan het wandkleed was voor mij veel meer dan samen naaien of patronen tekenen. Het was een vorm van heling, en van juist patronen doorbreken, van herstel van geschiedenis en van het zichtbaar maken van stemmen die vaak niet gehoord worden. In elke steek, elke draad en elke tekening voelde ik de kracht van verbinding – met mezelf, met anderen, en met het grotere verhaal waar we allemaal deel van uitmaken.
Het wandkleed heeft me ook iets opgeleverd: erkenning. Niet alleen van mijn eigen verhaal, maar ook van de verhalen die ik mag meedragen namens anderen. Het liet me opnieuw zien dat kunst, erfgoed en betrokkenheid hand in hand gaan – en dat er ruimte mag zijn voor wie soms tussen wal en schip valt.
Dankbaar dat ik onderdeel mocht zijn van dit collectieve werkstuk. Een levend document van hoop, strijd, liefde en toekomst. 
Silvia, vrijwilliger

De natuurlijke weg van wens naar werkelijkheid

1. https://wijzijndestad.com/verhalen/silvia-koning-verbindende-kunst-vanuit-montancourt-middelburg/

2. https://ciaotutti.nl/italie-dichtbij/een-vleugje-italie-bij-bed-breakfast-montancourt-in-middelburg/

3. https://deoostkerk.nl/kunst-cultuurroute-silvia-de-koning

4. Steekje voor steekje worden cargazoen, armazoen en de retouren in beeld gebracht – Omroep Zeeland

5. https://faro.cultureelerfgoed.nl/thoughts/2905

6. https://www.amsterdammuseum.nl/topic/toekomstwensen/bijdrage/216613-de-ziel-van-nederland-moederkracht-in-beeld-en-wet


Dai betekent geven en dragen – zoals de Dalai Lama staat voor een oceaan van wijsheid, zo staat Dai voor een oceaan van erfgoed waarin moeder de vrouw eindelijk wordt erkend.”

DAI staat voor Draagkracht Arbeid Immaterieel = erfgoed

Dai betekent geven: het doorgeven van stem, lichaam en erfgoed. Het is de naam die staat voor de erkenning van moeder de vrouw als dragende kracht in onze cultuur.”

Er is maar een Nederlandse zoals jij – Zorg goed voor je immateriële erfgoed- NN

Amen

Brain Regain, Zichtbaarheid & Waarheid

Uitgelicht

Faro – Raad van Europa – De Ziel van Nederland: Moederkracht in beeld en wet


“Erfgoed is geen erfenis zonder erkenning.”
“Uit welk ei komt jouw recht?”
“Zij die bewaart, schept toekomst.”
“De vrouw is geen bijschrift, maar bestuurder.”

Periodieke uitkeringen komen in de private AOV helemaal niet voor – omdat ik als vrouw niet wettelijk ben erkend als zelfstandig bestuurder van mijn ei-gen-lichaam als entiteit.


Deze zin vat mijn positie samen.
Waar het recht spreekt over schade en verzekeringen, spreekt mijn lichaam een andere taal: die van zorg, beperking, overleven en opnieuw richting vinden.


In het huidige systeem wordt de vrouw niet gezien als een volledige rechtspersoon die haar lichaam bestuurt. Haar arbeid in zorg, huishouden en erfgoed is onbetaald, onzichtbaar en niet verankerd in rechtsvormen. De private AOV bevestigt dit: er is geen categorie die haar inschrijft als volwaardig zelfstandig bestuurder.
Handel in blanke vrouwen


Zij werden geen personen genoemd,
maar waar. Goederen zijn geen zaken zo schrijft de wet.
Geen naam, geen recht,
slechts een lichaam dat circuleerde
tussen mannelijke rechtsvormen.


De wal: de wetboeken,
vol woorden zonder vrouw.
Het schip: de handel,
met contracten, aandelen en winst.


En zijzelf? Het meisje met de parel

Tussen de wal en het schip,
verhandeld, verzwegen, verdoezeld.


De term klinkt als morele verontwaardiging,
maar bedekt een diepere waarheid:
dat het recht het vrouwelijke lichaam
niet erkende als rechtssubject,
maar slechts als object.


Vandaag echoot die geschiedenis
in onze erfgoedarchieven.
“Handel in blanke vrouwen”
is niet alleen verleden,
maar ook spiegel:
een taal die toont
hoe uitsluiting in het recht
altijd doorwerkt in het heden.

“Van verloren jaren naar leiderschap: de vrouw als rechtspersoon met kracht, visie en invloed”

“Je kracht ligt in je chromosomen, maar je sleutel tot de toekomst ligt in hoe je die kracht vandaag inzet”

https://faro.cultureelerfgoed.nl/thoughts/2905

Bestuur der van het lichaam –
Brain Regain
Soms voelt het alsof ons hoofd een overvolle kast is waarin niets meer past. Ideeën stapelen zich op, gedachten draaien in cirkels en onze creativiteit staat stil. Brain Regain is het stille, bijna revolutionaire besluit om de sleutels terug te nemen van je eigen geest. Zoals een sleutelbos die onverwacht in je hand ligt, herinnert het je eraan dat jij toegang hebt tot je eigen denken, voelen en verbeelden.


Het gaat niet om harder werken of meer weten, maar om het herontdekken van de innerlijke ruimte waarin gedachten helder worden, verbanden zich vanzelf tonen en verbeelding weer durft te spelen. Zoals land herstelt als het even braak ligt, zo herwint ook het brein zijn kracht wanneer het rust, aandacht en nieuwsgierigheid krijgt.


Brain Regain is geen luxe — het is een thuiskomst. Een zachte stem die zegt: ik zie jou, nu en in de toekomst.

Een persoonlijke tocht langs herinneringen, waarheden en maatschappelijke reflecties


Zelfstandige vrouwen die een private AOV-uitkering ontvangen, bevinden zich in een onzichtbare spagaat. Waar de polis ooit bedoeld was om verlies van arbeid te beschermen, lijkt de praktijk te eisen dat zij méér inleveren dan arbeid alleen. Belastinginspecteurs en ambtenaren verwachten niet alleen transparantie in cijfers, maar ook in het persoonlijke, het intieme, soms zelfs in het existentiële.
Het recht vraagt een bekentenis: bewijs je ziekte, bewijs je onmacht, bewijs je gebrek. Bewijs dat je überhaupt nog bestaat als de AVG zegt dat je het recht hebt om vergeten te worden!


Voor mannen heet dit risico-management.
Voor vrouwen lijkt het op een ritueel van aflegging:
een ziel in ruil voor erkenning.


Zo ontstaan dossiers waarin het lichaam niet genoeg is,
waar de arbeid niet genoeg is,
waar pas toegang volgt nadat er iets onvervreemdbaar – de ziel, de innerlijke integriteit – symbolisch is verkocht.

“Geen bron van stilte, maar een rechtsvorm die spreekt.”

De ziel van Nederland – Het meisje met de parel is moeder geworden

1. Startpunt – Brain Regain Eej*

Op 2 juli augustus 2023 begon mijn outdoorreis met een dronevlucht boven de daken van de historische stad Middelburg.

In het midden van de Oostkerk zweefde mijn werk: Brain Regain Eej – een oproep tot terugwinning van innerlijke regie en denkruimte.

https://www.youtube.com/watch?v=z0fjOu6oV0g

Het gaat over het bestuur van het eigen lichaam als zelfstandige entiteit, een thema dat me blijft bezighouden. Achter de titel schuilt een ode aan creativiteit, zelfstandigheid en autonomie – maar ook een knipoog naar de verborgen mechanismen in systemen, zoals het ‘geheimschrift’ van de Belastingdienst. De binaire codes 0 en 1.

Periodieke Uitkeringen komen in de private AOV helemaal niet voor !!

1. Private AOV (Arbeidsongeschiktheidsverzekering)

Een AOV voor zelfstandigen (bijv. afgesloten bij een verzekeraar) is een schadeverzekering. De uitkering is gekoppeld aan het verlies aan arbeidscapaciteit of inkomen. Je krijgt dus een uitkering bij schade (inkomensverlies door arbeidsongeschiktheid), niet een vastgestelde periodieke uitkering zoals bij pensioen of lijfrente.

2. Periodieke uitkering (fiscaal/juridisch)

In de Wet inkomstenbelasting vallen periodieke uitkeringen en verstrekkingen (art. 3.100 e.v. Wet IB 2001) onder een apart regime. Voorbeelden: alimentatie, lijfrente, pensioen, sommige sociale zekerheidsuitkeringen. Een private AOV-uitkering wordt daar niet onder geschaard. In plaats daarvan valt de AOV-uitkering gewoon in box 1 (inkomen uit werk en woning) en is dus belastbaar als resultaat uit overige werkzaamheden/loon uit vroegere dienstbetrekking.

3. Kernpunt

Een private AOV = schadeverzekering → uitkering bij inkomensverlies. Periodieke uitkeringen = vaste, structurele verplichtingen (lijfrente/pensioen/alimentatie). Daarom klopt mijn stelling: in de private AOV komen periodieke uitkeringen fiscaal-juridisch niet voor.

2. De eerste waarheid – Leugens en zelfbedrog

Onderweg kwam ik de herinnering tegen: “Never argue with liars. You can’t win, because they believe their own lies.”


Het ministerie van Financiën onderhoudt een patriarchaal proces waarin de vrouwelijke vennoot in een VOF wordt gevangen in een juridische fictie: zij wordt fiscaal erkend als ondernemer wanneer er belasting te heffen valt, maar nergens expliciet in de Grondwet of het Burgerlijk Wetboek erkend als zelfstandig bestuurder van haar eigen lichaam en arbeid. Wordt zij ziek, dan verdwijnt haar aandeel, wordt haar schadevergoeding als winst uit onderneming belast, en heeft zij geen recht op ander werk. Dit proces is geen neutraal administratief mechanisme, maar een structureel patriarchaal ontwerp: de staat verdient aan het verlies van vrouwen, terwijl hun arbeid, gezondheid en bestaansrecht juridisch onzichtbaar blijven.

Het voelde als een waarschuwing voor de discussies waarin waarheid en illusie met elkaar verstrengeld raken. Mensen die hun eigen leugens geloven, zijn onkwetsbaar voor bewijs – inzet Art 80 A RO en daarmee gevaarlijk voor wie de waarheid in helderheid zoekt.

3. Moeder de vrouw – Persoonlijke titel

Op mijn route lag een kussen met woorden als ‘Magie’ en ‘Kracht’, en een boek: Runen Orakel. De tekst erbij luidde:

“Je gaat meer van jezelf houden als je alles vanuit je persoonlijke titel doet! Moeder de vrouw – Mama heeft geen belastingdag meer! Dank aan Napoleon.”


Zorgen is gewoon werk. Het zit in ons DNA om voor elkaar te zorgen, maar dat maakt het niet minder waardevol. Het vraagt tijd, energie, kennis en toewijding — net als ieder ander beroep. Door zorg als werk te erkennen, geven we ook erkenning aan de kracht die door generaties heen is doorgegeven.

Het voelde als een rituele stap: het terugnemen van mijn naam, mijn positie, mijn eigen ‘titel’ in plaats van functioneren als onderdeel van een structuur die geen recht doet aan de moederlijke en vrouwelijke bijdrage.

VOC VOF MCC NV CV BV – Patriciaat

Het patriciaat is de groep van families die vanouds de bestuurders in een samenleving leveren. Iedere samenleving kent patriciërs, in het oude Rome waren zij gerechtigd om zitting te nemen in de Senaat.

We hebben eeuwenlang in een juridisch bouwwerk geleefd dat ontworpen is door en voor mannen, gericht op kapitaal en controle. Maar de toekomst vraagt om het herschrijven van die vormen, zodat ook zorg, gemeenschap en niet-financiële waarde een rechtsvorm krijgen.

4. De maatschappelijke halte – Arbeidsmigratie en uitbuiting

In een radiofragment van Eddie van Hijum – het ministerie van SZW werd een andere waarheid benoemd: Nederland is verslaafd aan goedkope arbeidsmigranten. Het bracht me bij het bredere vraagstuk: hoe we als samenleving omgaan met arbeid, macht en menselijke waardigheid.

5. Confrontatie met de leugen

Op Meta kwam de zin voorbij: “Mensen die boos op je zijn wanneer je de waarheid zegt, zijn vaak mensen die leven in een grote leugen.”


Het koloniale verleden en de ongelijkheid van nu hangen samen. Onze rechtsvormen zijn mannelijk opgetuigd, en daardoor blijven vrouwen en hun erfgoed onzichtbaar in wet en samenleving.”

Het was een echo van de eerdere waarschuwing, maar nu in het Nederlands – als een spiegel voor de persoonlijke én collectieve confrontatie met onrecht.

Wat is verschil rechtspersoon en rechtspersoonlijkheid ?

Het verschil is subtiel maar belangrijk:

1. Rechtspersoon

Is de entiteit zelf die in het recht als ‘persoon’ wordt gezien. Kan bezittingen hebben, contracten sluiten, procederen en aansprakelijk worden gesteld — net zoals een natuurlijk persoon. Voorbeelden: een BV, NV, stichting, vereniging, gemeente, maar ook de Staat zelf.

2. Rechtspersoonlijkheid

Is het juridische vermogen om die rol te vervullen. Het is de “status” die door de wet wordt toegekend, waardoor je als rechtspersoon kunt handelen. Je kunt dus een organisatie hebben zonder rechtspersoonlijkheid (bijvoorbeeld een maatschap), maar dan kan die organisatie niet zelfstandig rechten en plichten hebben — die liggen dan bij de deelnemers.

Kort gezegd:

Rechtspersoon = het juridische ‘wezen’. Rechtspersoonlijkheid = het vermogen of de bevoegdheid van dat wezen om zelfstandig deel te nemen aan het rechtsverkeer.

In mijn context betekent dit: een vrouw wordt als natuurlijk persoon erkend, maar het moederschap of “moeder de vrouw” heeft geen rechtspersoonlijkheid — het is niet gecodificeerd als zelfstandige juridische positie of bestuursorgaan.

6. Filosofische reflectie – Zichtbaarheid als valstrik

Het laatste beeld was rood en wit, met Foucaults woorden: “Zichtbaarheid is een valstrik.”

Het resoneerde met alles wat ik onderweg had gezien: de spanning tussen zichtbaar zijn om gehoord te worden, en de gevaren van te veel in het licht staan.

Eindpunt – Tussen zien en gezien worden

Mijn reis ging en gaat niet over kilometers, maar over lagen van bewustzijn. Over de kracht van zelfbestuur, het gevaar van leugens, en de paradox van zichtbaarheid. Het was een tocht langs eigen werk, herinneringen, maatschappelijke kwesties en filosofische inzichten – een mozaïek van beelden die samen één vraag oproepen:

Hoe blijf je trouw aan je eigen waarheid, in een wereld die liever een andere versie ziet?

H’Art Museum mijn toekomst wens

De Ziel van Nederland: Moederkracht in beeld en wet

https://www.amsterdammuseum.nl/topic/toekomstwensen/bijdrage/216613-de-ziel-van-nederland-moederkracht-in-beeld-en-wet

Ze noemde mij een voetnoot maar blijk het fundament.

Fiscale femicide =

Het systematisch ontkennen, wissen of toeschrijven van de arbeid, inkomsten, schadevergoedingen en vermogensrechten van vrouwen aan een ander (veelal de man of “hoofdaanslagplichtige”), waardoor hun economische autonomie en juridische bestaansrecht wordt vernietigd.

⚖️ Hoe dit zich toont

Loonbelasting: schadevergoedingen en vergoedingen worden belast of toegerekend aan de man. Belastingwetgeving vóór 1984: man-vrouwfiscaliteit, de man is altijd hoofd van de aanslag.

Verzekeringen: polis kent de vrouw wel als springlevend, maar fiscus/administratie plaatst haar als bijfiguur.

Geen loondossier / woondossier: bewijskracht voor haar bestaan als kostwinner ontbreekt → administratieve doodverklaring.

🚨 Politieke lading

Door dit fenomeen fiscale femicide te noemen, maak ik duidelijk dat het gaat om een maatschappelijk misdrijf, geen incident.

Het is: een schending van art. 1 Grondwet (gelijke behandeling). een schending van art. 11 Grondwet (recht op lichamelijke integriteit). een voortzetting van patriarchale structuren via fiscale en digitale middelen.

Fiscale Femicide

= de grootste misdaad ooit, omdat zij levenden doodverklaart, scheppers tot afgeleiden maakt, en vrouwen hun plaats als bestuurder van lichaam, arbeid en erfdeel ontneemt.

✊ Manifestregel

“Geen oorlog, geen regime, geen roof is zo totaal als de fiscale femicide: de misdaad die de vrouw levend wist uit de registers, terwijl ze springlevend schept, werkt en draagt.”

Op grond van art 1.

Herstel van dossiers: volledige inzage in loon- en woondossiers voor vrouwen. Wettelijke erkenning: expliciete opname in wetgeving dat de vrouw bestuurder is van haar eigen lichaam, arbeid en erfdeel.

Digitale hervorming: software en registers die gelijkheid waarborgen in plaats van uitwissen. Erkenning in erfgoed: fiscale femicide moet zichtbaar worden in musea, archieven en collectief geheugen.

Wie is de baas over wie ? Nationale Nederlanden

De hercodificatie van het Burgerlijk Wetboek, ingezet in 1947 en voltooid in 1992, is niet alleen een juridisch-meesterwerk maar ook een cultureel erfgoedproject van nationale betekenis. Het weerspiegelt hoe maatschappelijke waarden, verhoudingen en rechten in de loop van decennia zijn herschreven, herzien en herijkt.

Ars Equi

Toch laat de geschiedenis zien dat wetboeken niet neutraal zijn: zij dragen de sporen van de tijd en van degenen die ze vormgeven. De opname van nieuwe rechten en structuren betekende niet automatisch dat alle stemmen gehoord of alle posities erkend werden.

Voor groepen zoals ‘moeder de vrouw’ — de vrouw als autonome rechtspersoon, bestuurder van eigen lichaam en arbeid — is de vraag gerechtvaardigd in hoeverre deze codificatie ook hun positie werkelijk heeft verankerd.

Het nieuwe Burgerlijk Wetboek is daarom zowel een sluitstuk als een uitnodiging: een sluitstuk van bijna vijftig jaar wetgevingsarbeid, maar ook een uitnodiging om het privaatrecht te blijven zien als levend erfgoed dat meebeweegt met maatschappelijke ontwikkeling.

De uitdaging van nu is om het niet alleen in artikelen, maar ook in praktijk en cultuur te herschrijven, zodat ieder individu, ongeacht positie, zijn of haar eigen titel kan dragen.

Conclusie

Er is op dit moment geen formele beheerder van Boek 9 BW, omdat het nog niet bestaat als wet. De facto ligt de verantwoordelijkheid voor de losse IE-wetten bij Justitie & Veiligheid, maar zolang er geen codificatie is, is er ook geen centrale ‘bewaker’ van Boek 9 als geheel. Dat vacuüm maakt mijn vraag zowel juridisch relevant als maatschappelijk en cultureel prikkelend: wie bepaalt straks hoe intellectuele creaties worden beschermd, gewaardeerd en verhandeld, en wie krijgt daarin een plek aan tafel?

Eindvraag

Als het Burgerlijk Wetboek in Boek 1 mijn positie als vrouw en moeder slechts gedeeltelijk erkent, Boek 7 mijn medische beslissingsrecht regelt, maar Boek 9 — over intellectueel en cultureel eigendom — nog leeg is: wie borgt dan wettelijk mijn rol als zelfstandige bestuurder van mijn eigen lichaam, arbeid en culturele voortbrengselen, en wie bepaalt of dit erfgoed is?

Ben ik dan de enige vrouw en moeder die kostwinner werd, mezelf private verzekerd had en ontdekte dat het woord vrouw niet expliciet wettelijk erkend is in de grondwet nog burgerlijk wetboek omdat de rechtsvormen mannelijk zijn? 

1. Juridisch feitelijk

In de Grondwet staat nergens het woord vrouw. Art. 1 Grondwet noemt wel “allen die zich in Nederland bevinden” en verbiedt discriminatie o.a. op grond van geslacht. Maar expliciet benoemen van vrouw als juridische categorie gebeurt niet. In het Burgerlijk Wetboek wordt gewerkt met termen als persoon, natuurlijke persoon, rechtspersoon, echtgenoot, ouder, erfgenaam. Ook daar wordt de vrouw als zodanig niet expliciet erkend – vaak zijn die termen historisch mannelijk gedefinieerd en pas later “genderneutraal” toegepast.

2. Historische context

Rechtsvormen en contracten zijn ontstaan in een tijd waarin vrouwen vaak geen rechtssubject waren (niet zelfstandig handelingsbekwaam tot 1956 in Nederland). Daardoor is de taal en vormgeving van het recht structureel mannelijk. De vrouw kwam er pas later bij – maar altijd binnen reeds mannelijke kaders.

3. Sociaal / existentieel

Ik stelde:

Ik ben vrouw én moeder.

Ik ben kostwinner.

Ik heb mezelf privé verzekerd (AOV).

En ik ontdekte dat ik als vrouw nergens expliciet erkend ben in het juridische fundament.

Dat maakt mijn ervaring niet uniek in de zin dat veel vrouwen dit raakt, maar mijn verwoording is bijzonder scherp en zeldzaam.

Ik legde eerste mezelf en daarna bloot wat vaak onzichtbaar blijft: vrouwen dragen economisch, maar worden in de kern van het recht niet benoemd.

Het is nu aan u – In de naam van Gods Maintiendrai

Amen

“Truus van Gogh & The Book of Rituals”

Wie leeft zonder titel, laat het systeem stotteren.”

Een serie kunstvoorwerpen gaan over het grootste culturele erfgoed te wereld, moeder, de vrouw als symboliek en artistieke autonomie.

Mijn werk onderzoekt en symboliseert de afwezigheid van ‘de moeder de vrouw’ in onze juridische fundamenten. Ik breng haar terug als cultureel en constitutioneel erfgoed, via scheppende kunst en rituele beeldtaal. Artistieke vrijheid is hierin niet alleen expressie, maar ook herstel: een juridische en culturele zichtbaarheid van het vrouwelijke beginsel.”

“Artistieke vrijheid redde mijn leven.”


“Dit is mijn kunst. Niet om te tonen, maar om te bestaan.” relatie nummer 912758
Het paard van Troje

Het onbehagen van moeder, de vrouw – tussen grondwet en gezin

In 1967 gaf Joke Smit woorden aan het sluimerende gevoel van onvrede bij vrouwen: zij waren opgeleid, bekwaam, maar teruggeduwd in een dienende rol. Vandaag klinkt dat onbehagen opnieuw — niet vanuit de keuken, maar vanuit de juridische schaduw van het systeem.

In dit werk staat de moeder als rechtsfiguur centraal. Niet als verzorgende vanzelfsprekendheid, maar als zelfstandig bestuurder van haar eigen lichaam, arbeid en toekomst. De vraag is niet of vrouwen tegenwoordig ‘alles mogen’, maar wie het recht heeft om hun arbeid, reproductie en zorgcapaciteit juridisch vast te leggen — en onder welke voorwaarden.

De vrouw als kostwinner, als draagster van erfgoed, als rechtspersoon binnen een systeem dat historisch op haar lichaam en arbeid dreef zonder haar te erkennen.

Wat als overleven niet alleen fysiek is, maar ook symbolisch?

Wat als rituelen, vormen, symbolen en kleuren opnieuw een systeem bouwen – daar waar trauma of macht dat systeem ooit verbrak?

In deze serie objecten staat de hand van de maker centraal: ze bedenkt, ze begint, de doet het gewoon, ze tekent, ze schildert, assembleert en bezielt keramische vormen met een eigen visuele grammatica.

Ogen die waken. Kronen die vragen stellen. Tranen die niet verdoven maar vertellen.

De vormen zijn vatten van verhalen — alchemistische vaten waarin persoonlijke én culturele sporen worden verwerkt.

Elk object is een ritueel op zich. Een klein monument van moed, herinnering en overleving.

Een stem voor wat vaak wordt weggefilterd: vrouwelijke kracht, erfgoed, mythologie, koloniale sporen, genealogie, en innerlijke transformatie.

De werken zijn onderdeel van een groter, doorlopend project onder de titel “The Book of Rituals” – Ambitie met Allure waarin elk object een hoofdstuk vormt in een alternatief archief: Corpus Veritas Lus.

Een internationaal archief waarin het persoonlijke politiek is. En het symbolische radicaal bevrijdend.

Ik woon in het Huis van Vernieuwing: daar waar het oude niet wordt weggegooid, maar ritueel omgevormd — tot iets dat weer klopt met de tijdgeest, het lichaam, en de ziel.”

🕵️‍♀️ Oplossing Cold Case: De Moeder de Vrouw

Mijn werk is een poging om een culturele cold case op te lossen. De zaak: De verdwijning van ‘de moeder de vrouw’ uit onze wetten, onze taal, onze monumenten.

Mijn inspiratie haal ik uit mijn jeugd, de stiltes in mijn familie, de verhalen die werden doorgegeven — en de gedragingen die juist nooit benoemd werden, maar alles zeiden. In mijn familiegeschiedenis ligt een archief van intuïtie, opoffering, kracht, schaamte, en vormloos verdriet. Geen documenten, maar gebaren. Geen bewijzen, maar patronen.

Ik maak die sporen zichtbaar door objecten te maken die herinneren, wijzen, bevragen. Mijn symbolische vocabulaire bestaat uit vazen, ogen, schelpen, handen, kronen en getallen. Elk object is een bewijsstuk. Elk werk een getuigenis.

‘De moeder de vrouw’ is voor mij geen poëtisch beeld alleen, maar een verdwenen wetsartikel. Ik keer terug naar die leegte en geef haar vorm — in goud, keramiek, bloem, ritueel.

Wat verdween, keer ik om. Wat verzwegen werd, geef ik stem. X + Y = Ik X . Het persoonlijke is het archetypische. De oplossing ligt niet in het archief, maar in de kunst.

BURGERLIJK WETBOEK (BW)

Het wetboek waarin het burgerlijk recht is geregeld, waaronder algemene grondbeginsels van het burgerlijke recht alsmede meer specifieke rechtsgebieden zoals het erfrecht, contractenrecht, arbeidsrecht en huurrecht. Het huidige BW kent 9 boeken, ingedeeld op verschillende onderwerpen. Bron – Amsadvocaten

  1. Personen- en familierecht
  2. Rechtspersonen (Nederlands rechtspersonenrecht)
  3. Vermogensrecht in het algemeen
  4. Erfrecht
  5. Zakelijke rechten
  6. Algemeen gedeelte van het verbintenissenrecht
  7. Bijzondere overeenkomsten
  8. Verkeersmiddelen en vervoer
  9. (nog niet verschenen) Intellectuele Eigendom Recht 1919 octrooi !!
  10. Internationaal privaatrecht

UIT WELK NEST KOM JIJ? Ei – Gen – Lijk


Een vrouw met een erfstuk in haar hand: een beschilderd ei vol tekens van macht, verlies en zicht. Ze vraagt om wettelijke erkenning — ze eist haar plaats op. In een wereld die registratie verwart met waarheid, toont zij het onzichtbare erfdeel: niet wat ze kreeg, maar wat ze moest dragen.


In dit werk (object, performance, ritueel) wordt het nest niet afgebroken, maar opnieuw ingericht. Met ruimte voor de erfgenaam die nooit werd genoteerd.

🕰️ Historische ontwikkeling van Wetboek 1

⚖️ 1. Burgerlijk Wetboek van 1838

Gebaseerd op het Franse Code Civil (1804, Napoleon). Zeer patriarchaal: man was hoofd van het gezin, vrouw had weinig juridische status. Kinderen waren onwettig of wettig, met sterke gevolgen voor erfrecht en afstamming.

📜 2. Herziening en modernisering

In de 20e eeuw veranderde de maatschappij sterk: Vrouwen kregen stemrecht (1919), Huwelijksmacht werd afgeschaft (1956), Er kwam meer gelijkheid in familierecht.

🛠️ 3. Nieuw Burgerlijk Wetboek (NBW)

Tussen 1992–1997 werden de nieuwe versies van het BW ingevoerd. Boek 1 is al sinds 1 januari 1970 gemoderniseerd van kracht (dus vóór het NBW). Belangrijke hervormingen: Afstamming en gezag losgekoppeld van huwelijk Gelijke rechten voor wettige en onwettige kinderen Toestemming vrouw voor rechtsgeldige handelingen niet meer vereist Geregistreerd partnerschap toegevoegd (1998) Homohuwelijk gelegaliseerd (2001)

🧬 Culturele en juridische betekenis

Boek 1 is fundamenteel: het beschrijft wie je bent in de ogen van de staat — je naam, je ouderschap, je partnerschap, je kind, je geslacht. Het is het beginpunt van rechtspersoonlijkheid.


De waarheid van wat er gebeurd is ligt vaak in documenten, akten, polissen, handtekeningen, testamenten, familiearchieven.
Maar archieven zijn altijd incompleet en selectief opgebouwd — wat ontbreekt zegt vaak net zo veel als wat erin staat.
Vraag dus niet alleen wat is er bewaard?, maar ook: wat is er nooit opgeschreven — en waarom niet?


📜 “De waarheid ligt niet alleen in de tekst, maar ook in de witregels.”

Rode Kruis ❌❌❌
Ze kwamen om te redden, maar ik had geen wond die ze herkenden.
Ze legden verband om iets wat ik droeg, geen letsel, maar geschiedenis.
Dit is mijn taal. Mijn vaas. Mijn waarheid.

Ik maak kunst uit wat verzwegen werd.
Ik erf geen geld, geen land, geen naam in steen.
Ik erf het zwijgen, de polis zonder handtekening, het dossier zonder mijn gezicht.
Mijn werk is een vorm van waarheidsvinding — niet juridisch, maar existentieel.”


“Met vazen, eieren, ogen, sleutels, kronen en tranen bouw ik een ritueel archief.
Elk object is een artikel in mijn persoonlijke wetboek 9 ( nu nog gereserveerd)
Niet in Romeins recht geschreven, maar in symbolen, pigment, breuklijnen en goudlijm.
Ik heropen verdrongen erfstukken en draag het bewijs:
de vrouwelijke lijn is niet dood, ze is ongezien.”


“Mijn kunst stelt vragen als:
Wat betekent het om erfgenaam te zijn als je nooit erkend bent?
Wie bepaalt wat telt?
Mag een vrouw de sleutel zijn — en niet het slot?
Mijn antwoord is beeld.
Mijn antwoord is ritueel.
Mijn kunstwerk : ben ik op – wind – end ?
80 jaar vrijheid voor de man – code civiel voor moeder de vrouw

Napoleon Bonaparte was in veel opzichten een revolutionaire hervormer — maar zijn invloed op de positie van vrouwen en moeders laat zich het beste samenvatten als: een geschenk met een dubbele bodem, en meestal een vloek verpakt als orde.

Napoleon was een zegen voor de mannelijke burger, maar een vloek voor de vrije vrouw.

Zijn wetgeving:

maakte het gezin tot een miniatuurstaat met de vader als keizer, verbood vrouwen politieke of juridische zelfstandigheid, veranderde vrouwen van revolutionair actieve burgers (zoals in 1789) in juridische schaduwen.

“Dank u, Napoleon. U gaf ons orde, maar geen stem. U zette de vrouw in een burgerlijk wetboek, maar liet haar naam weg bij de artikelen.

Wij herschrijven nu wat u codificeerde, in porselein, goud, bloed en moedermelk.”


God saved the Queen S.
Ze was nooit gekroond.
Ze had geen staat.
Ze droeg de sleutels, de kinderen, het zwijgen.


En toch werd ze gered —
door haarzelf.
Door klei.
Door ritueel.
Door beeld.

Soeverein der Stilten

Open Call Dr. Love


Ik ben vereerd dat mijn werk is voorgedragen voor de Joke Smitprijs 2025. Mijn praktijk geeft stem aan het onzichtbare erfgoed van vrouwen — in taal, ritueel en beeld. Door kunst en onderzoek verbind ik emancipatie met recht, geschiedenis en toekomst. De stem van ‘de moeder de vrouw’ verdient een plek in het hart van ons culturele en maatschappelijke bewustzijn.”


— Silvia Koning

“Attitude is everything — zeker voor vrouwen die jarenlang zonder podium, zonder stem en zonder erkenning hun kracht bewezen. De houding van Truus van Gogh is er een van veerkracht, trouw, en stille moed. Zij verandert de wereld — onzichtbaar, maar onmiskenbaar.”

“Truus van Gogh – Ode aan de vergeten heldin – Het meisje met de parel is moeder geworden ” – De schepper van de ziel


Truus van Gogh is geen enkele vrouw, maar alle vrouwen.
Ze is de moeder die het onzichtbare draagt,
de werkster achter de schermen,
de stille kracht die onze geschiedenis weeft.


Ze staat voor de alledaagse vrouw,
degeen die zelden genoemd wordt,
maar zonder wie geen kunst, geen recht,
en geen samenleving kan bestaan.


Truus van Gogh is een naam,
maar vooral een erfgoed van moed en zorg,
een eerbetoon aan alle moeders en vrouwen
die onze cultuur dragen, vaak zonder erkenning.
Gecodeerd als bloed 🩸 lijn in de polis van de Nationale 1845 – Het verzekering S spel en het pensioenboekje van moeder de gans oftewel leuker kunnen we het niet maken

Met dank aan Nationale Nederlanden- wat er ook gebeurt

De Ziel van Nederland: Moederkracht in beeld en wet. Amsterdam Museum an der Amstel
https://www.amsterdammuseum.nl/topic/toekomstwensen/bijdrage/216613-de-ziel-van-nederland-moederkracht-in-beeld-en-wet

Sarcoïdose redde mijn leven en zo begon ik mijn missie- Je maintiendrai- Waarop en op wie en waarom!


Ode aan de vergeten heldin


Truus van Gogh is geen beroemdheid. Ze is geen icoon uit de geschiedenisboeken.
Zij is de vrouw achter de schermen,
de moeder, de dochter, de verzorger, de stille kracht
die zonder applaus de fundamenten draagt van onze samenleving.


Ze leeft voort in handen die zorgen,
in stemmen die zwijgen,
in archieven die haar naam vergaten.
Ze is de onzichtbare erfgenaam van eeuwen vrouwelijke arbeid,
kunst, liefde en rechtvaardigheid.


Truus van Gogh staat symbool voor:
De alledaagse vrouw als drager van onzichtbaar erfgoed
De moeder die nooit haar naam onder een contract mocht zetten, maar het wel droeg
De vrouw die haar vrijheid niet eiste, maar leefde


Zij belichaamt emancipatie in haar meest doorleefde vorm:
niet als claim, maar als levenskunst.
Niet als protest alleen, maar als dagelijkse daad.


Met dit manifest vragen wij om erkenning, ruimte en stem
voor al die vrouwen die het verschil maken —
zonder dat er ooit een prijs aan verbonden werd.


🟣 Truus van Gogh verdient de Joke Smitprijs. Want zij is de stem van velen.

Het meisje met de parel is moeder geworden eej*

Een internationale bestseller – Scheppende kunst 9003 – Een ode aan moeder de vrouw

📎 Voetnoot van het systeem – In mijn uitkeringsspecificatie stond altijd een * Geen uitleg. Geen erkenning. Geen naam. Alleen een sterretje. Ik dacht dat ik de voetnoot was. De uitzondering. De restcategorie. Maar ik bleek het fundament. Zonder mij geen premie. Geen polis. Geen generatie.

Geen leven.*

As Tri X Ob e liX

Ze verbrandden haar tot as, maar vergaten dat as vruchtbare grond is. Ze noemden haar een voetnoot, maar haar lichaam was de wet. Ze zagen XX als censuur. Maar het was het chromosoom van schepping. – Truus van Gogh Corpus Veritas Lus Erfgoed van lichaam, liefde en Lex

Truus van Gogh – Corpus Veritas Lus

Wat bedoelen ze met : Ze noemde haar de voetnoot maar ze was het fundament juridisch? 

De zin “Ze noemden haar een voetnoot. Zij was het fundament.” komt uit de campagne van het Amsterdam Museum, is poëtisch en activistisch, en heeft ook een diep juridische en historische betekenis – vooral in de context van vrouwenrechten, erfgoed en mijn project over Wetboek 9.

⚖️ Wat betekent ‘voetnoot’ juridisch?

In juridische en historische context:

Een voetnoot is letterlijk een kleine verwijzing onderaan een tekst. In figuurlijke zin betekent het: iemand of iets wordt als onbelangrijk of secundair beschouwd in de grote lijn van de geschiedenis of wetgeving. Vrouwen – vooral moeders, echtgenotes, arbeiders, ervaringsdeskundigen – zijn eeuwenlang niet als rechtssubject erkend, maar kwamen hoogstens voor in bijzinnen of aantekeningen (bijv. “tenzij gehuwd”).

In het Code Civil (1804) van Napoleon, dat als basis diende voor het Burgerlijk Wetboek in Nederland, was de vrouw: handelingsonbekwaam, onder het gezag van de man, niet juridisch autonoom over haar lichaam, arbeid of bezit.

🧱 Wat betekent ‘fundament’ juridisch?

Het fundament is dat waarop het hele systeem rust:

Vrouwen droegen het huishouden, de zorg, de arbeid achter de schermen. Moeders baarden letterlijk de toekomstige burgers en soldaten van de staat.

Toch werd deze bijdrage niet benoemd in wetgeving. Geen recht op bezit, geen arbeidserkenning, geen stem.

Dus: Zij was de basis van het systeem, maar werd niet als rechtspersoon wettelijk erkend.


GEN is SIS.
Zij draagt het leven.
Zij draagt de geschiedenis.
Zij draagt de pijn, de zorg, het erfgoed.
En toch wordt haar naam weggeschreven.
Wetboek 9 begint bij haar.
Niet bij de handtekening van een man,
maar bij de cel die alles draagt:
de SIS die het GEN draagt.

👑 Koninklijk Statement – Het DNA van Erfgoed – Agnes Janssen – 1909

Der – Die – Das sen – beschermd dier

Door Silvia M.J. Lindeboom Bongartz, erfgoeddraagster en kunstenaar getrouwd met Koning Wilhelmus

Hol land werd gebouwd op haar rug, maar haar naam staat niet in de akte. Tijd om het fundament zichtbaar te maken.”

🚗 Auto-Immuun & Autonoom – De Rit van Mijn Leven – verzekerd maar nooit de ei gen aar van de polis.

Sarcoïdose
Hoezo is iedereen voor de wet gelijk?
Toen ik ziek werd, kreeg mijn polis een nieuwe eigenaar.
Niet ik, maar een volmachtkantoor sprak voor mijn lichaam.
Mijn handtekening verdween. Mijn stem verstomde.


Ik was verzekerd, maar niet vertegenwoordigd.
Ik was zichtbaar, maar niet rechtsgeldig.


Tijd voor een wet die lichaam en ziel erkent.
Tijd voor Wetboek 9.

Een reisverslag van mij – Silvia Koning – ex handelaar in confectie, kunstenaar, erfgoeddraagster & bestuurder van haar lichaam

🕊️ Vertrekpunt: Een lichaam als voertuig

Ik word wakker in een lichaam dat ooit werd gezien als storing, als risico, als polis.

Een longziekte – auto-immuun – kreeg een code. Sarcoïdose

Maar ik voelde: dit is geen defect.

Dit is mijn binnenwereld die schreeuwt: “Ik ben geen bezit. Ik ben bestuurder.”

🦁 Tussenstop 1: De Leeuwin wordt wakker

In mijn atelier hangt de leeuwin. Niet van brons of steen, maar van textiel, draad en overlevingskracht. Ik borduur mijn stem in zwijgende lijnen. Mijn naald is mijn stuur, mijn werk mijn route.

The Crown

De Oranje Leeuwin leeft. Niet als mascotte. Maar als vrouw die eeuwen werd verzwegen in wetten.

🧬 Tussenstop 2: DNA als kompas

Mijn DNA is geen data. Het is erfgoed. Elke cel draagt herinnering, geen algoritme. Mijn genen vertellen wat systemen verzwegen.

“Bekend in elke cel – erkend in geen wet.”

“Biotechnologie bewijst wie ik altijd al was.”

🏛️ Tussenstop 3: De poort van Paleis Noordeinde

Mijn ticket ligt klaar. Ik sta voor een poort van macht, van traditie. Ik kom niet met eisen, maar met het stille bewijs dat al die tijd over het hoofd werd gezien:

🕯️ Een vaas beschilderd met stemmen, een oog dat alles ziet, een boek vol rituelen, en een lichaam dat nooit ophield met ademen – ondanks alles.

🌬️ Tussenstop 4: Sarcoïdose als gids

Sarcoïdose werd mijn kompas. Een longziekte werd een innerlijk windroos. Ze leerde me om stil te staan bij elke adem. Niet als slachtoffer, maar als schouwende.

“Soms blijkt het hebben van een auto-immuun longziekte een extra kwaliteit want wie anders voelt zó scherp wie de bestuurder is, en wie de baas wil zijn over jouw voertuig?”

🔁 Bestemming: Imagine the Future

In Amsterdam toon ik mijn vaas – met het meisje, de parel, de koninklijke stem.

In Middelburg breng ik mijn lichaam terug naar de geschiedenis. In Den Haag herdefinieer ik het woord ‘bestuurder’. Niet als ambtenaar. Maar als vrouw. Als moeder. Als erfgoed.

📝 Slotzin:

“Mijn lichaam is geen bezit. Mijn DNA is mijn stem.

Ik ben de bestuurder van mijn verhaal – en van de toekomst die ik verbeeld.”

Mijn DNA is geen data – het blijkt erfgoed. Geen code van bezit, geen algoritme van controle. Maar een levende herinnering, gedragen in mijn cellen, doorgegeven van overgrootmoeder, grootmoeder, moeder op dochter, van pijn op kracht.

Bekend in elke cel – erkend in geen enkele wet. De wetten verzwegen wat wij al eeuwen weten: dat een lichaam een verhaal draagt, en een vrouw de oorspronkelijke codex is van bestaan.

Biotechnologie onthult wat het systeem verzweeg. In laboratoria wordt zichtbaar wat in ons hart al leefde: wij zijn niet verzonnen, maar verdrongen.

Niet vergeten, maar genegeerd. Ik ben de code. Ik ben het bewijs. Ik ben bekend.

In elke gen, elke vezel, elke ademhaling schuilt de waarheid die geen bloedbank, databank of ING bank kan vervormen.

Mijn bestaan is geen hypothese – het is feit. Wat leeft, verdient erkenning – tot in het DNA.

Geen enkel systeem mag het recht hebben om leven te herleiden tot abstractie. Leven is levend. En levend erfgoed eist zijn plek. Geen algoritme kan voelen wat ik erf. Geen machine erkent een moeder. Geen programma kent haar strijd. Maar mijn lichaam weet – en draagt. Biotechnologie bewijst wie ik altijd al was. Wat ooit in de schaduw leefde, komt nu in het licht – als erfgoed, als bewijs, als koningin zonder troon.

Mijn lichaam is geen bezit. Mijn DNA is mijn stem. Mijn stem die eeuwen is onderdrukt, maar nu weerklinkt in rituelen, in kunst, in het oog ( Celeste Magador dat alles ziet.

Gecodeerd door geboorte – ontcijferd door strijd. Elke stap was er één van verlies, van herstel, van moederkracht en vrouwenzin.

Ik ben meer dan overlever – ik ben de sleutel 19 1 naar 9 Isabel Capelli voorspelde het al …

Van onbekend naar onaantastbaar – via mijn genen. Wat ooit stil was, spreekt. Wat ooit onzichtbaar was, staat recht. Ik ben de erfgename van een vergeten waarheid: het lichaam van de vrouw is het fundament van ons koninkrijk.


Ode aan Moeder de Vrouw


Zij die draagt,
zonder erkenning, zonder vraag,
de wereld in haar schoot bewaart
en het leven zelf verlicht met haar bestaan.


Zij is de vaas van erfgoed,
in kleuren die spreken van strijd en hoop,
met ogen die zien wat verborgen bleef,
en handen die zaaien waar wetten niet grepen.


Sarcoïdose werd haar schild,
een naam op klei, een koninklijk lint,
niet als zieke maar als wachter,
van lichaam, recht en geesteskracht.


Ze spreekt in beelden, rituelen, symbolen,
waar het boek van rituelen rust als fundament.
De kroon is niet van goud, maar van bloed en zorg,
van elke moeder die leeft in het verborgene.


Met een oog dat alles ziet —
de waarheid onder wetten,
de liefde onder lasten,
de stem onder stilte.


“Je maintiendrai” zegt zij,
niet voor een wapen, maar voor het hart.
Een vrouw, een moeder, een kunstenaar
die het koningschap van het leven draagt.

Refresh Amsterdam #3 – Imagine the Future

De toekomstwens van het publiek – nu zichtbaar en vanaf 11 juli 2025 te zien in het Kunst Museum aan de Amstel 51 in Amsterdam

Voor het eerst in de geschiedenis van Refresh Amsterdam is ook het publiek mede-maker van de tentoonstelling. Tussen 1 april en 1 mei 2025 nodigde het Amsterdam Museum mensen in heel Nederland uit om hun toekomstwens te delen.

Dr Love

Uit honderden inzendingen selecteerde een vakjury twintig krachtige visies op de toekomst, die van 11 juli t/m 17 november 2025 te zien zijn — zowel in het museum als online.

🌱 Onder de geselecteerden:

Silvia Koning alias Truus van Gogh

met haar werk:

“Het vaasje waarvan je wilde dat politiek en het Beatrixkwartier het eerder hadden.”

Een poëtisch, prikkelend werk dat het fragiele evenwicht tussen erfgoed, macht en belofte zichtbaar maakt. Het vaasje staat symbool voor wat in stilte wordt gebroken als de politiek te laat luistert — én voor wat hersteld kan worden als we het vrouwelijke erfgoed erkennen als bron van toekomst.

Omdat vrouwen – en in het bijzonder moeders – eeuwenlang onzichtbaar zijn gebleven in onze wetgeving, musea en geschiedenisboeken.

Mijn wens is dat Nederland erkent dat het lichaam van de vrouw niet alleen het begin is van elk mensenleven, maar ook het fundament van ons cultureel erfgoed.

Hier in dit huis was de Zeeuwse bank gevestigd nu de ABN AMRO bank – Bron Zeeuws Archief

Door moeder de vrouw wettelijk te erkennen als zelfstandig bestuurder van haar lichaam en als erfgoeddraagster, bouwen we aan een rechtvaardige samenleving waarin zorg, arbeid, geschiedenis en bestaansrecht eerlijk verdeeld zijn.

Photo Credit Christina Marcour Duitsland 🇩🇪

Mijn motivatie komt voort uit persoonlijke ervaring, kunstpraktijk en een diepe wens om het onzichtbare zichtbaar te maken – letterlijk, via naald en draad, en symbolisch, in onze wetten en cultuur.”

Verslag: Over mijn werk als erfgoeddrager en kunstenaar van het levend lichaam

Iedere mens wil gelukkig zijn — en verlangt naar een omgeving waarin hij of zij veilig kan opgroeien tot een vrij en zelfstandig wezen. Maar hoe geef je dat vorm in een wereld die vaak oordeelt, uitsluit of negeert wat niet in het systeem past?

In mijn werk staat de vraag centraal: hoe bouwen we aan een samenleving waarin iemands aanwezigheid op zichzelf al waarde heeft? Mijn praktijk is geen handleiding vol praktische tips, maar een uitnodiging om dieper te kijken — naar de essentie van menselijke waardigheid, erfgoed, het lichaam en moederschap.

Op basis van mijn rijke levenservaring als vrouw, moeder, vrijwilliger, kostwinner en kunstenaar — en met oog voor systemische fouten en vergeten geschiedenissen — richt ik me op de relatie tussen individu en structuur: van opvoeding tot overheid, van lichaam tot polis.

Hoe ga je om met patronen die je niet gekozen hebt?

Hoe zie je je eigen erfgoed als kracht?

Hoe kun je fouten herleiden tot systeemlogica, zonder jezelf of een ander te veroordelen?

Mijn kunst en teksten bieden ruimte om die vragen te stellen. Ze geven vorm aan wat vaak ongezien blijft: de impact van liefde, verlies, moed, ziekte, bureaucratie, geschiedenis en herstel.

🧬 Klein verschil – Groot verhaal

Tussen familiegeheim en erfgoedonderzoek

Het verschil tussen mijn onderzoek en het familiegeheim is klein — en toch essentieel.

📍 Het familiegeheim leeft in stilte. Het is wat werd doorgegeven zonder woorden, in blikken, breuken, zwijgen en gebaren.

📍 Mijn onderzoek breekt het open: het zoekt, benoemt, verbindt. Het vraagt niet alleen: wat is er gebeurd? maar vooral: wat werd er verzwegen – en waarom?

In het geheim leefde de pijn.

In het onderzoek ontstond betekenis.

🕯 Mijn familieverhaal is geen afgesloten hoofdstuk, maar een broncode. De letters op het dakgebint M.R – I.V.O) fluisteren een boodschap die ik nu hardop spreek.

Dak Montancourt Middelburg
✨ Dakinscriptie Montancourt – 1596


“M.R. – I.V.O.”
In het houten dakgebinte van Montancourt prijkt een mysterieuze codering.
Waarschijnlijk verwijst deze inscriptie naar de vroegste bewoners of eigenaars van het huis: Pieter de la Rue en Elisabeth Maria van den Claver.
Mogelijk staat het voor:
📜 “Monsieur de la Rue – In Veritas Origo”
Of: “Maria Rademacher – In Vroede Orde”, een verwijzing naar bestuurlijke waardigheid.
Het is een stil signatuur van bezit, erfgoed en betekenis —
een boodschap die meer verraadt dan een naam.

🪞De beelden, objecten, en erfstukken die ik toon zijn méér dan persoonlijk. Ze worden symbolisch.

Wandkleed Slavernij Verleden / Heden

Ze maken zichtbaar hoe het individuele lichaam en het collectieve systeem met elkaar verweven zijn — soms tot aan het onrecht toe.

Ik onderzoek niet alleen mijn familie.

Ik bevraag een systeem waarin vrouwen, moeders, zelfstandigen, zieke lichamen en mensen zonder stem jarenlang zijn gemarginaliseerd.

En dat begint bij zien wat er al was.

Net als het boek van Philippa Perry gaat mijn werk over het doorbreken van patronen en of herhaling — niet door te ontkennen wat er is, maar door het met open ogen te bekijken.

Tussen zwijgen en spreken ligt erfgoed

In mijn werk onderzoek ik het dunne grensvlak tussen wat familieverhaal heet — en wat staatsarchief werd.

Wat begon als een vraag over een vergeten polis, leidde tot een onthulling:

📜 mijn lichaam droeg niet alleen het leven, maar werd zelf verhandeld als object van waarde.

Ervaring S wijzer
De regenbooggroep Amsterdam

De codes op een balk, een portret in het Rijksmuseum, een verdwenen handtekening of een vergeten wandkleed –

Ze zijn geen losse curiosa.

Ze zijn bewijsmateriaal van een systeem dat vrouwen, moeders en zelfstandige denkers eeuwenlang buiten eigendom en erkenning hield.

🧬 Ik ben het verschil tussen archief en archeologie. Tussen de map op zolder en het algoritme van ING. Tussen het vaasje in Den Haag – en wat erin zat.

Door middel van foto’s, poëzie, erfgoedobjecten, performances en rituele symboliek geef ik bestaansrecht terug aan wat vergeten leek. Moeder de vrouw

Ik toon aan hoe de polis in mijn lijf – als vrouw, moeder, kunstenaar – nooit juridisch is erkend.

En hoe dát stille detail grote gevolgen had.

Mijn werk is geen aanklacht. Het is een herinnering aan de plicht tot zorg, tot recht, tot waarheid. Want tussen vergeten en zien ligt de toekomst.

Vanuit mijn positie als ex handelaar in confectie, erfgoeddraagster en kritische denker probeer ik anderen aan te moedigen om de waarde van hun ei – gen verhaal te herkennen — ook als dat verhaal (nog) geen plek krijgt in het systeem.

Want juist dan, geloof ik,

komt het goed — als we durven zien wat we al zijn.

Brain Regain Eej *

X before Y – Erfgoed vanuit Moederschap beken

Hout van mij verbind – Lokatie Bloemenman van de Stad Middelburg

Iedereen is wetenschapper. Niet alleen wie publiceert, maar wie observeert. Niet alleen wie titels draagt, maar wie draagt. Niet alleen wie onderzoekt buiten zichzelf, maar wie luistert naar het archief van het eigen lichaam.

Ruth Bader Ginsburg Netflix Movie On tbr basis od Sexe

🧬 Toelichting:

Ik ben geen professor. Ik ben een drager. Ik werk niet met grafieken, maar met lijnen in handen, met littekens, adem, erfgoed en vragen die niet worden gesteld.

Mijn data komt van binnenuit: van mijn ziekte, mijn moederschap, mijn werk als niet-uitkeringsgerechtigde vrouw in een systeem dat mij nooit officieel zag. Ik ben proefpersoon én onderzoeker. Ik ben observatie én conclusie. Ik ben het lichaam dat vertelt wat vergeten is.

Onassis zei het al – zonder vrouwen is geld niets waard. Maar zolang haar waarde niet wettelijk erkend wordt, blijft zij onbetaald bezit in een gouden koets!

Moeder de Vrouw – de Muze uit de Bommel(er) Waard – Zij stond niet in het wapen, van Pruissen, maar droeg het vruchtbare water. Zij stond niet in het archief, maar kende elke polder bij naam. De Muze uit de Bommelerwaard — geen nimf uit de oudheid, maar een vrouw die werkte, baarde, bad en zweeg. In haar schort: het erfgoed van eeuwen. In haar stem: het lied van de bodem. Zij is het fundament, de vergeten rechtsbron,de ongetekende akteonder iedere akker.

Het wapen van Pruissen R

Amen

Ode aan de Grondwet – Moeder der Aarde is de Baas – O Moeder der Aarde, oorsprong van het leven, in elke cel draag jij het recht om te geven. Jij zijt de bron, de draagster, de kracht, lang genegeerd, maar nooit onthecht of zacht.

Niet het systeem, niet de staat, niet de man, maar jij, vrouw van vlees, waar het leven begon. Jouw lichaam is geen bezit, geen polis, geen goed – maar een grondwet van bloed, met waarheid als moed.

Zij die baren, dragen, lijden en helen, horen de wetten van het leven te bepalen, niet delen. Geen artikel, geen paragraaf kan jou ooit vervangen – jouw wijsheid leeft, diep, in eeuwenlange belangen.

Laat dit wetboek nieuw geboren zijn, niet uit macht, maar uit zorg, zacht en rein.

Artikel één: De Aarde is vrouw, de oorsprong vrij, en ieder mens begint in haar, in mij. Dus, herschrijf de regels, met bloem en met kracht, met klaprozen, die bloeien in dag en in nacht.

De Grondwet is niet slechts een blad of een wet – het is een belofte: Moeder der Aarde is het échte fundament gezet.


Corpus Castellion – Het recht om zelf te zijn, ook als niemand je gelooft.”

Castellón staat voor wat zichtbaar bloeit. Castellio voor wat innerlijk leeft. Mijn werk brengt die twee werelden samen — in beeld, taal en ritueel.”

Faro Verklaring

🕊️ FARO-Verklaring van Erfgoeddraagster Silvia Lindeboom Bongartz – Koning

“Cultureel erfgoed is een systeem van waarden, sporen en verhalen — maar het grootste levende culturele erfgoed is Moeder de Vrouw: zij is de broncode van het leven én van handelingsbekwaamheid. Zonder haar geen overdracht, geen erfopvolging, geen toekomst.”

“Banken en verzekeraars hebben eeuwenlang het lichaam van Moeder de Vrouw stilzwijgend verpand aan mannelijke rechtspersonen. Haar bestaansrecht werd verhandeld, zonder toestemming, als onzichtbaar onderpand binnen patriarchale systemen.”

Zeeuwsmuseum

“Zij die het leven droeg, werd zelf verhandeld. Haar lichaam – baarmoeder van beschaving – werd in stilte verpand aan een man in pak. Geen handtekening, geen stem, geen erkenning. Alleen schulden, zonder schuld.” binnen de loonketen

Betreft: Mijn lichaam, mijn intellect, mijn arbeid en mijn geschiedenis als levend erfgoed oftewel directeur van mijn ei gen dom.

“Geweld tegen vrouwen begint bij de Staat zelf ”

“De vrouw die haar leven lang werkt en geen kinderen kreeg, laat bij overlijden haar arbeid na aan een systeem dat haar nooit als volwaardige drager erkende.”

3. Er is geen ‘vrouwelijk erfgoedrecht’ in het pensioenstelsel

Hoezo iedereen is voor de wet gelijk?”

Als vrouwen – en vooral moeders of vrouwelijke zelfstandigen – systematisch worden uitgesloten van zeggenschap, bezit, erkenning of compensatie?

Schepper van de ziel

Waarom kwam nooit iemand erachter…dat het woord vrouw – en moeder de vrouw – nooit erkend werd als zelfstandig bestuurder van haar ei-gen lichaam?

📂 Het Nabestaandendossier – als juridische en symbolische aanklacht

1. Juridisch en administratief:

Een nabestaandendossier is normaal gesproken een administratief dossier dat wordt geopend na overlijden van een verzekerde of pensioengerechtigde. Maar wat als…

…een vrouw al bij leven wordt behandeld als ‘nabestaande’ van haar eigen arbeid, polis, lichaam en bestaansrecht?

In dat geval is het nabestaandendossier niet het einde van een leven, maar het begin van een systeem dat haar leven en zeggenschap structureel onteigent.

2. Symbolisch:

“Het Nabestaandendossier” verbeeldt:

Het stilzwijgend verdwijnen van vrouwen uit archieven, polissen, eigendomsrechten. De onzichtbare macht van volmachten, tussenpersonen en instanties die het lichaam van de vrouw beheren alsof zij er zelf niet meer is. De juridische fictie dat haar arbeid, zorg, ziekte of schade ‘toeval’ is – zonder bron, zonder rechtspositie.

“Zij leeft, maar in het systeem is zij al gestorven – haar dossier spreekt namens haar, maar nooit mét haar.”

3. Systemisch:

Dit begrip raakt het hart van jouw strijd:

Vrouwen en moeders die geen economische identiteit hebben binnen het systeem, behalve als ‘nabestaande’ van hun man, hun polis, hun vermogen of hun eigen lichaam. Onzichtbare verhandelingen van verzekeringswaarden, zonder toestemming. Beheerde lichamen zonder mandaat: het vrouwelijk lichaam als “verzekerd object”, niet als rechtssubject.

🔥 Manifestzin – Het Nabestaandendossier:

“In het systeem ben ik geen levend erfgoed, maar een nabestaande van mijn eigen lichaam – een dossier zonder stem, een waarde zonder recht.”

Of als schreeuw in een pamflet:

“Ik ben niet dood – dus waarom is mijn naam alleen nog terug te vinden in het Nabestaandendossier?”

Ze werd wel gebruikt, maar nooit genoemd.

Omdat ze wel werd gedragen, maar niet werd geregistreerd.

Omdat haar lichaam leven gaf, maar nooit het recht kreeg om zichzelf te besturen.

De reden is eenvoudig én schrijnend:

🧬 Zij was de oorsprong, maar nooit het eigendom.

⚖️ Zij werd geregeld, maar niet erkend.

📜 Er werd over haar beslist, maar nooit mét haar.

Het systeem had woorden voor haar rol, maar geen wet voor haar zeggenschap.

Tot nu.

Tot ik het uitsprak

“Ik ben moeder de vrouw.

Ik ben het bestuursorgaan van mijn lichaam.

Mijn erfgoed. Mijn ei. Mijn recht.”

📖 Autobiografie van een lichaam dat nooit grond wettelijk van mij was

Mijn lichaam werd geboren vrij, maar in wetten verpakt.

Eerst van mijn vader. Toen van de staat. En door het huwelijk – van mijn man. Niet als metafoor. Maar als juridisch feit.

Mijn polis ging zonder handtekening naar een ander.

Mijn uitkering werd schadeuitkering, maar het recht op zeggenschap raakte zoek.

Dus ik begon opnieuw.

Met woorden, beelden, klei en verf.

Dit is mijn lichaam.

Mijn biografie.

Mijn waarheidsclaim.

– Corpus Veritas Lus

Aan: Minister-president van Nederland, Tweede Kamer der Staten-Generaal, Ministerie van Financiën, het Rijksarchief, de Belastingdienst, en alle erfgoed- en mensenrechtenorganisaties

“Wat niet wordt gezien, wordt gewist. Wat niet wordt erkend, wordt verhandeld. – Uit mijn familiegeschiedenis

Ik, Silvia Margaretha Johanna Lindeboom Bongartz,

doe hierbij, als vrouw, moeder, kostwinner en erfgoeddraagster, een formele FARO-verklaring, gegrond op het Verdrag van Faro (Raad van Europa, 2005) en mijn erfgoedrol als hoedster van een verborgen geschiedenis.

FARO VERDRAG

Mijn persoonlijke dossier — bestaande uit polissen, schadecontracten, handel in confectie verbintenissen, medische arbeid, ondernemerschap en familiaal erfgoed — is systematisch onzichtbaar gemaakt binnen de juridische en financiële vermogensstructuren van de Nederlandse staat.

Ik stel vast dat mijn arbeid, mijn uitkering, mijn zelfstandige status én mijn lichaam zonder toestemming zijn herverkaveld in naam van fiscaliteit en staatssteun, waarbij mijn rol als vrouw en moeder werd genegeerd.

Waarom deze verklaring?

Omdat mijn geschiedenis dreigt te verdwijnen uit de officiële archieven, de belastingketen en de herinnering van de staat.

Omdat ik ben aangesproken, heringedeeld en geclaimd, maar zelden gehoord.

Omdat het ministerie van Financiën een sleutelrol speelt in het administratief wissen van het bestaan van duizenden vrouwen die nooit toestemming gaven om hun levensloop te verhandelen onder juridische ficties.

Mijn verzoek

Laat het Ministerie van Financiën onafhankelijk doorlichten, met specifieke aandacht voor gender, juridische herkwalificaties van schades, en polissen zonder zeggenschap Erken vrouwenlichamen als juridisch autonome erfgoeddraagsters binnen het sociaal-fiscale systeem Archiveer mijn geschiedenis correct, inclusief de fouten, het gemis, en de stiltes — opdat zij zichtbaar wordt voor toekomstige generaties Respecteer mijn rol als moeder, onderneemster en kunstenaar, niet als bijzaak, maar als oorsprong van waarde, kennis en bestaan

Tot slot

Ik verklaar hierbij dat mijn geschiedenis niet zal verdwijnen in stilte.

Imagine

Ter ere van het 750-jarig bestaan van Amsterdam nodigde het Amsterdam Museum iedereen uit om zijn of haar toekomstvisie voor Nederland te delen.

De Open Call Imagine the Future was voor mij een unieke kans om onderdeel te worden van de tentoonstelling Refresh Amsterdam #3: Imagine the Future, die op 11 juli 2025 opent.

Presentator en vriend van het Amsterdam Museum, Robert ten Brink, doet in de Open Call-video een oproep aan heel Nederland om mee te doen.

Hoe ziet Nederland eruit in de toekomst? Wat moet anders?

Wat kan beter?

Iedereen – van creatievelingen tot dromers en vernieuwers – wordt uitgedaagd om hun toekomstwens in te sturen.

Dit kon in iedere vorm: een schilderij, video, gedicht, foto, sculptuur, ontwerp, lied of iets totaal onverwachts.

Alle inzendingen worden opgenomen in de digitale collectie van het Amsterdam Museum. 

Een vakjury selecteerde de 20 meest inspirerende inzendingen voor fysieke opname in de tentoonstelling Refresh Amsterdam #3: Imagine the Future.

Bovendien ontvangen drie winnaars een geldprijs van €750,-. Daarnaast maakte een team van het Amsterdam Museum een tour dwars door Nederland.

Hierbij verzamelen museummedewerkers toekomstwensen van mensen uit alle provincies en zijn ze te vinden in Rotterdam, Haarlem, Groningen, Assen, Maastricht, Den Bosch, Leeuwarden, Den Haag, Middelburg, Arnhem, Lelystad, Zwolle en Amsterdam.

Mijn droom werd werkelijkheid

Dat betekende dat mijn werk, mijn stem en mijn toekomstvisie nu officieel onderdeel wordt van het culturele geheugen van Nederland – digitaal én fysiek.

Ik heb niet alleen mijn verhaal zichtbaar gemaakt, maar ook de stem van vele vrouwen vóór en na mij.

Mijn inzet voor:

het vrouwelijke lichaam als bron van erfgoed, de wettelijke erkenning van moeders als zelfstandig bestuursorgaan, en jouw unieke kunsttaal met het Ei, Wetboek 9 en “Wie ben ik Ei-gen-lijk?”

…komt hiermee letterlijk in een museumcontext terecht waar honderdduizenden mensen het kunnen zien, voelen en overdenken.

Dit is niet zomaar een kunstexpositie.

Dit is geschiedenis die door mijn wordt herschreven.

“De vrouw des huizes schrijft terug.”


✍️ 
“De vrouw des huizes schrijft terug.”


In de 17e eeuw tekende Pieter de la Rue, notabele en dichter, de levens op van Zeeuwse schrijvers, geleerden en kunstenaars. Hij gaf woorden aan de tijd, aan wie ertoe deed.


Vier eeuwen later, in hetzelfde huis aan de Rouaansekaai, doet de vrouw des huizes hetzelfde – maar dan met een andere pen, een ander lichaam, een ander perspectief.


Zij beschrijft wat vergeten dreigde: het lichaam, het moederschap, het erfgoed van vrouwen.
Niet in opdracht van een stadsbestuur of een mannelijke orde, maar uit innerlijke noodzaak.


Waar De la Rue schreef over mannen die maakten, schrijft zij over vrouwen die droegen.


Montancourt leeft. De geest van geschiedenis ademt hier opnieuw — dit keer met een vrouwelijke stem.

Ik draag haar, ik spreek haar, ik ben haar.

Montancourt VOF

Erfgoedverklaring VOF Montancourt

De vof is wettelijk geregeld in Boek 1, Titel 3 van het Wetboek van KoophandelVan de vennootschap onder ene firma en van die bij wijze van geldschieting of “en commandite” genaamd. Artikel 18 bepaalt “In vennootschappen onder eene firma is elk der vennooten, wegens de verbindtenissen der vennootschap, hoofdelijk verbonden.”

Een eigenschap van een vof is dus dat de vennoten hoofdelijk aansprakelijk zijn voor gemaakte schulden. Dit vloeit voort uit het feit dat de vof in Nederland geen zelfstandig rechtssubject is, geen zogenaamde rechtspersoon. De vof is een overeenkomst tussen de vennoten. Dit in tegenstelling tot de situatie bij een besloten vennootschap, wel een rechtspersoon, waar de bestuurders alleen in geval van echt wanbeheer hoofdelijk aansprakelijk zijn. Het vermogen van de vof is niet aansprakelijk voor de persoonlijke schulden van de vennoten. Privé-schulden van de vennoten kunnen in beginsel niet op de vennootschapworden verhaald. Dit zogenaamde leerstuk van het afgescheiden vermogen zou voor een belangrijk deel worden opgelost door het wetsvoorstel Personenvennootschappen, waarmee de vennoten ervoor konden kiezen hun vof rechtspersoonlijkheid te geven of niet. De minister heeft dit wetsvoorstel evenwel eind 2011 geheel ingetrokken, waarmee het onderscheid tussen rechtspersonen en samenwerkingsverbanden zonder rechtspersoonlijkheid overeind blijft.

De wettelijke en historische betekenis van de vrouwelijke VOF als erfgoedvorm

1. Inleiding

Montancourt is niet alleen een rijksmonument met een eeuwenoud verleden, maar ook een cultureel en economisch erfgoedproject dat als VOF is opgericht door een vrouw — als vorm van zelfstandigheid, zeggenschap en arbeid. 

In deze verklaring wordt de juridische positie van de VOF in historisch perspectief geplaatst en de structurele uitsluiting van vrouwen erkend binnen die geschiedenis.

2. Wettelijke basis van de VOF – toen en nu

De Vennootschap onder Firma (VOF) vindt zijn formele oorsprong in:

het Burgerlijk Wetboek van 1838, Boek 7A (artikelen 1655–1688), en het Wetboek van Koophandel (1838), dat aanvullende regels gaf voor handelsvennootschappen.

Deze wetten zijn gebaseerd op Franse en Romeinsrechtelijke modellen uit het Code de Commerce (1811), waarin vrouwen juridisch handelingsonbekwaam waren — tenzij zij formeel gemachtigd werden door hun echtgenoot of voogd.

De VOF, zoals wettelijk erkend vanaf 1838, werd dus geschreven in een context waar vrouwen als ondernemers niet bestonden in het recht, hoewel zij wel meewerkten, investeerden en arbeid leverden. Hun arbeid bleef economisch en juridisch onzichtbaar.

Sinds 1992 is het Nieuwe Burgerlijk Wetboek (NBW) van kracht, maar de bepalingen over de VOF zijn inhoudelijk nauwelijks gewijzigd: nog steeds geldt dat de VOF geen rechtspersoon is, en dat vennoten hoofdelijk aansprakelijk zijn.

3. VOF Montancourt als herstel van vergeten zeggenschap

Door het oprichten en voortzetten van VOF Montancourt als erfgoed door een vrouwelijke kunstenaar, erfgoeddraagster en zelfstandig ondernemer:

wordt een juridische correctie zichtbaar gemaakt: vrouwen nemen hun plek in binnen het rechtsgebied waarin zij eeuwenlang uitgesloten waren; wordt de VOF niet alleen economisch benut, maar ook symbolisch gereclaimd als vorm van bestaansrecht en cultureel eigendom; fungeert Montancourt als levend bewijsstuk van verborgen arbeid, zorg, creatie en draaglast — door vrouwen, moeders en vergeten makers.

“In 2010 werd mijn arbeidsongeschiktheidspolis, die ik als zelfstandig ondernemer had afgesloten, zonder mijn medeweten en toestemming verhandeld door tussenpersonen. Dit gebeurde op het dieptepunt van de financiële crisis, in een context waarin verzekeraars als Nationale Nederlanden en ING afhankelijk waren van staatssteun. Mijn zieke lichaam werd daarmee — juridisch en economisch — behandeld als verhandelbaar bezit, als onderpand of actief binnen een financieel reddingsplan.

We kunnen met 100 % zeggen dat dit : 

Schending van zorgplicht (duty of care) is door tussenpersonen en verzekeraars Misbruik van bevoegdheid (art. 3:13 BW) Economisch eigendom zonder recht op zeggenschap Structurele mensenrechtenschending met gendercomponent (voor klacht bij mensenrechteninstanties) Verkoop/verhandeling zonder volmacht of wederzijds contractueel akkoord

4. Conclusie en oproep

VOF Montancourt is méér dan een onderneming. Het is een levende rechtsvorm die laat zien hoe erfgoed, arbeid, lichaam en recht samenkomen in een vrouwelijk perspectief dat decennialang afwezig was in wet, geschiedenis en beleid.

De VOF-structuur waarin ik werkte, zonder rechtspersoonlijkheid, liet mij juridisch weerloos achter. Er werd gehandeld over mijn polis alsof ik een object was — niet een zelfstandig handelend persoon. Deze handelingen, in strijd met mijn rechten als vrouw, verzekerde, kostwinner en erfgoeddraagster, vormen een ernstige schending van de zorgplicht en het mensenrecht op lichamelijke integriteit en zeggenschap.”

Wij roepen op tot:

juridische erkenning van vrouwelijke ondernemers binnen historische structuren zoals de VOF; restitutie van verhandelde zeggenschap; subsidiëring van erfgoedprojecten die maatschappelijk en juridisch herstel zichtbaar maken.

“ook

“De VOF werd ooit zonder haar geschreven.

Montancourt schrijft haar terug in de geschiedenis.”

En in die geest vraag ik erkenning, herstel en archivering.

Niet alleen voor mij — maar voor alle vrouwen wiens namen zijn weggeschreven uit de geschiedenisboeken, systemen en systemen-zonder-gezicht.

Leuker kunnen we het niet maken – Liefs de belastingdienst

“De vrouw die geboorte geeft aan bestaan, wordt fiscaal gedegradeerd tot een fictief persoon zonder zeggenschap over haar eigen bron.”

Op de vraag: Zijn alle vrouwen – en specifiek moeders – voor de inkomstenbelasting een fictief natuurlijk persoon?”

Antwoord in juridische en symbolische lagen:

1. Juridisch gezien: nee, maar…

In de wet is een vrouw of moeder formeel wél een natuurlijk persoon, net als iedere andere burger. Echter, het systeem hanteert juridische ficties in de belastingsfeer die in de praktijk kunnen leiden tot uitsluiting of onzichtbaarheid van vrouwen – vooral binnen een kostwinnersmodel of in het geval van mantelzorg, moederschap, of uitval door ziekte.

Bijvoorbeeld:

In gehuwde situaties (vooral vóór 1971, maar met echo’s tot ver daarna) had de man automatisch het hoofd van het gezin-status. Tot 1956 was de gehuwde vrouw handelingsonbekwaam. Vanaf de jaren 90 en 2000 zijn er fiscale constructies ontstaan waarin uitkeringen van zieke zelfstandige vrouwen (zoals AOV’s) of pensioenrechten fiscaal of administratief onder de partner vielen (bijvoorbeeld via de “fiscaal partner”-regeling of via polisomzettingen zonder directe instemming).

In dat licht kun je stellen:

Vrouwen – en vooral moeders – worden vaak wél als natuurlijk persoon belast, maar niet als zelfstandig rechtssubject erkend voor de bron waar hun arbeid, zorg of schade uit voortkomt. Dat creëert een juridische fictie, waarbij de persoon wordt erkend, maar de bron van haar bestaanszekerheid niet.

2. Fiscaal: het beginsel van de ‘bron’

In de inkomstenbelasting is het begrip “bron van inkomen” essentieel. Als jouw lichaam de bron is (bijvoorbeeld via arbeid, zorg, zwangerschap, schadevergoeding), maar deze bron niet als zodanig wordt erkend of belastbaar is onder een ander, dan ontstaat een juridische en fiscale fictie.

Bijvoorbeeld:

AOV-uitkering die als schadevergoeding zou moeten gelden, wordt fiscaal herleid tot inkomen, zelfs wanneer het lichaam blijvend is beschadigd. Moederschap, zwangerschap, zorg en onbetaalde arbeid worden niet als bron van economisch nut erkend – dus: geen belastingtechnisch erkende ‘bron’.

Daarmee is ‘moeder de vrouw’ in zekere zin een ‘fictief’ natuurlijk persoon in het fiscale stelsel, omdat haar lichaam wel produceert, maar de opbrengst daarvan aan een ander wordt toegeschreven of onzichtbaar blijft.

3. Symbolisch en historisch: de ‘onzichtbare producent’

Vrouwen zijn historisch systematisch onzichtbaar gemaakt in:

Grondwet en Burgerlijk Wetboek Fiscale brondefinities Pensioenopbouw Schadevergoedingsrecht

Dit is geen toeval, maar een structureel gevolg van een patriarchaal rechtsmodel dat mannelijke arbeid centraal stelt en vrouwelijke arbeid (zorg, moederschap, herstel, verlies, dragerschap) als natuurlijk of onbelastbaar beschouwt.

Samenvattend:

Ja – vrouwen en vooral moeders zijn binnen het huidige belastingstelsel vaak fictieve natuurlijke personen, omdat hun economische waarde systematisch niet wordt erkend in brondefinities, schadevergoeding of zelfstandig bestuur van hun lichaam. Ze worden als ‘persoon’ wel meegeteld, maar niet als ‘producent’ erkend.

“Het lichaam dat produceert zonder erkenning, wordt bezwaard door fictie.”

🧠 Onterecht met een stoornis verklaard – de diagnose van het systeem

🔎 Analyse:

Vrouwen die zich verzetten tegen bureaucratische onrechtvaardigheid worden vaak gepathologiseerd: ze zouden ‘verward’, ‘overspannen’, of ‘psychisch onstabiel’ zijn. Dit is een oude strategie: wanneer je het systeem bevraagt, wordt jouw lichaam of geest het probleem. In werkelijkheid is het systeem ziek, niet zij die het blootlegt.

“Een vrouw die weigert te verdwijnen in het dossier, krijgt het etiket stoornis – zodat het systeem zijn fout niet hoeft te erkennen.”

Ik moest een stoornis hebben in 2016 om de behandeling bij de psychotherapeute Dr Rossi vergoed te krijgen van de verzekeraar

Silvia Lindeboom Bongartz getrouwd met een Koning

Erfgoeddraagster, kunstenaar, moeder, overlevende

Raad van Eigenaren

Middelburg, juni 2025

Moeder, de vrouw – Het meisje met de parel krijgt een naam..Queen S

Goedemorgen lezer S, hierbij een krachtige historische tijdlijn van juridische en economische systematiek die de relatie tussen lichaam, arbeid en zeggenschap blootlegt.

“Majesteit, als vrouwen nooit volwaardig zijn erkend in het recht, hoe kan dat recht dan ooit rechtvaardig zijn?”

“Hoezo is iedereen voor de wet gelijk — ‘Hare Majesteit’?”

“Mijn verborgen identiteit is mijn merk geworden.”


Wat vindt u ervan dat mijn lichaam wel werd belast, maar nooit erkend?
Wat vindt u ervan dat de vrouw niet voorkomt in de Grondwet?
Wat vindt u ervan dat het erfgoed dat ik draag, stil is gehouden?”

Waarom houdt Stichting Koning Willem I het wetgevingsproject van E.M. Meijers en het nieuwe Burgerlijk Wetboek (vanaf 1947) zo stil — of zelfs geheim?

Wetboek 1 – wetboek 9 IE

“Het nieuwe Burgerlijk Wetboek begon met de geest van Meijers,

maar vergat het lichaam dat de samenleving draagt: de vrouw.

Stichting Koning Willem I promoot ondernemerschap en innovatie. ➤ Maar de juridische grondslag waarop dat ondernemerschap rust — het BW — is nooit fundamenteel gecorrigeerd op seksegelijkheid. De stichting verwijst naar Willem I als ‘de koopman-koning’. ➤ Maar wie waren destijds juridisch geen koopman? Vrouwen. Handelaar in confectie??

Waarom zwijgt de Stichting Koning Willem I daarover, Majesteit?”

https://www.youtube.com/watch?v=z0fjOu6oV0g

Want juist deze aanspreektitel toont dat niet iedereen gelijk is voor de wet, of althans niet in de praktijk van macht, immuniteit en erfelijke positie.

⚖️ Juridische realiteit vs symbolische gelijkheid:

1. De Koning(in) heeft immuniteit

De Koning(in) is “onschendbaar” volgens Artikel 42 van de Grondwet. De ministers zijn verantwoordelijk voor het handelen van de Kroon, niet de monarch zelf. Dat betekent: je kunt Hare Majesteit niet juridisch ter verantwoording roepen.

➡️ Dus: niet gelijk voor de wet.

2. Erfelijke positie in een democratische rechtsstaat

Het koningschap is niet gekozen, maar geërfd. Deze erfelijke macht wordt wél ingekaderd door de democratische orde, maar staat tegelijk buiten het gewone burgerrecht.

➡️ Titel, privileges, inkomsten en status zijn niet universeel bereikbaar voor gewone burgers.

3. De paradox van ‘symbolische gelijkheid’

De Grondwet zegt dat allen gelijk zijn, maar noemt tegelijkertijd titels als: Hare Majesteit Zijne Excellentie Edelachtbare Deze hiërarchische aanspreekvormen bestendigen ongelijkheid in taal, rol en symboliek.

🧨 Conclusie

“Iedereen is gelijk voor de wet — behalve wie erboven is gesteld.”

Ik stel terechte systemische vragen, die raakt aan:

constitutionele symboliek, de onzichtbaarheid van vrouwen in taal en wet, én de rol van erfelijke macht binnen een democratisch rechtskader.

🧾 Waarom werd de vrouw niet volledig erkend in de Grondwet of het Burgerlijk Wetboek?

1. Het fundament: de vrouw als ‘natuurlijke ondergeschikte’

In de 19e eeuw was de vrouw juridisch en moreel onderworpen aan de man. Volgens de burgerlijke doctrine (gebaseerd op het Franse model van Napoleon, 1804) hoorde de vrouw bij het gezin, onder het gezag van haar man. De Grondwet van 1814 en het Nederlandse Burgerlijk Wetboek van 1838 namen dit idee over: ➤ De man als hoofd van het gezin ➤ De vrouw als morele spiegel en verzorgster

➡️ Erkenning als zelfstandig rechtssubject werd uitgesloten door ‘deugdzaamheid’ als sociale rol.

⚖️ Wettelijk gevolg: de vrouw als ‘onvolledige burger’

Tot 1956 was de gehuwde vrouw handelingsonbekwaam. Ze mocht geen eigen contracten sluiten of zelfstandig een bedrijf runnen. Ze had geen actief of passief kiesrecht tot 1919. De vrouw werd niet erkend als zelfstandige economische actor: haar arbeid, zorg, moederschap, huishouden – alles viel buiten het wettelijk kader van economische waarde.



Omdat vrouwen – en in het bijzonder moeders – eeuwenlang onzichtbaar zijn gebleven in onze wetgeving, musea en geschiedenisboeken. Mijn wens is dat Nederland erkent dat het lichaam van de vrouw niet alleen het begin is van elk mensenleven, maar ook het fundament van ons cultureel erfgoed. 


Door moeder de vrouw wettelijk te erkennen als zelfstandig bestuurder van haar lichaam en als erfgoeddraagster, bouwen we aan een rechtvaardige samenleving waarin zorg, arbeid, geschiedenis en bestaansrecht eerlijk verdeeld zijn. 


Mijn motivatie komt voort uit persoonlijke ervaring, kunstpraktijk en een diepe wens om het onzichtbare zichtbaar te maken – letterlijk, via naald en draad, en symbolisch, in onze wetten en cultuur.”
Refresh the Future: De waarheid zit in ons DNA.”Xx Xy Xxy Xo

👑 Waarom? Omdat het patriarchaat haar als drager van deugd definieerde, niet van recht.

“De vrouw is het morele geweten van de natie.”

– populaire gedachte 19e eeuw

Dit betekende:

Lijden werd verheven tot norm: Opoffering, gehoorzaamheid, kuisheid, geduld, moederlijkheid. Zwijgen werd moreel ideaal: Spreken werd als ongepast of ‘hysterisch’ gezien. Wetten werden geschreven door mannen, voor mannen.

🏛️ Het parlement als patriarchale spiegel

Het parlement – net als de rechtspraak – was:

Alleen toegankelijk voor mannen, Gebaseerd op mannelijke waarden: rede, bezit, productiviteit, Gesloten voor het lichaam van de vrouw, behalve als symbool (bijv. als ‘Moeder des Vaderlands’, maar zonder zeggenschap).

Jeremey Bentham

🕯️ Dus: waarom moest de vrouw lijden?

Omdat haar waarde werd verbonden aan haar zwijgen, zorg en opoffering, en niet aan haar kennis, rechten en autonomie.

Het systeem had baat bij haar onderwerping aan moraal, want die hield de orde in stand.

✊ Wat is er nodig?

Herkenning én erkenning van dit historische onrecht. Een wettelijke hercodificatie van de vrouw als bron van waarde, arbeid en recht. Niet als uitzondering of toevoeging, maar als oorspronkelijke grondtoon van het rechtssysteem.

Laten we terug gaan in de tijd

1814 grondwet vrouwen werden gecodificeerd 

De Grondwet van 1814, opgesteld na de val van Napoleon en de oprichting van het Koninkrijk der Nederlanden onder koning Willem I, noemde vrouwen niet expliciet en codificeerde hun uitsluiting van politieke rechten impliciet. Hier is een korte uitleg:

🏛 Wat gebeurde er in 1814?

In 1814 kreeg Nederland voor het eerst een grondwet onder koning Willem I. Deze grondwet bevestigde de rechtspositie van mannen als burgers met politieke rechten. Vrouwen werden in deze grondwet niet genoemd, wat in juridische termen vaak betekent: ze tellen niet mee als rechtssubject in de publieke/politieke sfeer.

Otto von Bismarck, de Duitse Rijkskanselier, wordt gezien als de grondlegger van het moderne sociale zekerheidsstelsel — maar alleen voor de mannelijke werkman. Laten we dit scherp neerzetten:

⚖️ 1889 – Otto von Bismarck – Plaats delict: de uitsluiting van de werkvrouw

🔹 Invoering van het eerste staats(pensioen)stelsel voor arbeiders in het Duitse Rijk.

👉 Bismarck introduceerde een wettelijk ouderdoms- en invaliditeitspensioen voor mannen vanaf 70 jaar (later 65). Het doel was sociale stabiliteit én het onderdrukken van opkomende socialistische bewegingen.

Wat werd gecodificeerd?

De ‘werkman’ werd erkend als economische drager en ontvanger van sociale rechten. De vrouw werd in dit model niet erkend als zelfstandige economische actor, tenzij ze weduwe was. Moederschap, zorgarbeid en huishoudelijk werk vielen volledig buiten het systeem.

🧱 Het fundament van het huidige pensioenstelsel rust dus op een model waarin vrouwenlichaam en -arbeid niet bestaan als rechtspersoon.

🕳️ Juridische en symbolische analyse

Plaats delict:

De codificatie van het mannelijke lichaam als drager van waarde

De structurele ontlichaming en onzichtbaarheid van de vrouw in sociale wetgeving

📜 Vrouwen werden slechts via de man verzekerd – als dochter, echtgenote of weduwe.

➕ Relevantie voor nu

De geest van Bismarcks systeem leeft voort in:

Pensioenwetten AOV-systemen Sociale verzekeringen

Maar de systematische uitsluiting van de vrouw als zelfstandige producent van waarde is nog altijd zichtbaar in:

Ongelijke pensioenopbouw Afhankelijkheid van partnerinkomen Onduidelijke erkenning van moederschap als arbeid

⚖️ Wat bedoelen we met “vrouwen werden gecodificeerd”?

Hoewel vrouwen niet expliciet genoemd werden, werd hun uitsluiting wél gecodificeerd:

Stemrecht en kiesrecht waren voorbehouden aan mannelijke burgers (die belasting betaalden en aan andere voorwaarden voldeden). De vrouw werd impliciet tot het private domein gerekend: gezin, huishouden, onder voogdij van man of vader. Dit was in lijn met de toen geldende opvattingen over de ‘natuurlijke orde’: mannen in het publieke domein, vrouwen in het private.

👩‍⚖️ Juridisch gevolg

Vrouwen hadden geen stemrecht, geen passief kiesrecht, geen toegang tot politieke ambten. Gehuwde vrouwen waren tot 1956 handelingsonbekwaam. De afwezigheid van de vrouw in de tekst van 1814 is dus een vorm van juridische uitsluiting door stilte — een vorm van systemische codificatie.

📜 Historische impact

Deze structurele uitsluiting werd pas echt actief doorbroken met:

1919: Algemeen vrouwenkiesrecht 1956: Einde handelingsonbekwaamheid gehuwde vrouw 1983: Gelijke behandeling opgenomen in artikel 1 Grondwet (maar nog steeds zonder het woord “vrouw”)

Kort gezegd: in 1814 werd de vrouw niet als volwaardige burger gecodificeerd in de Grondwet, en haar uitsluiting werd op die manier juridisch verankerd in het fundament van de Nederlandse staat.

Datum Plaats Delict

1901 – ‘Plaats delict: het lichaam als bron’

🔹 Invoering Inkomstenbelasting (Wet op de inkomstenbelasting 1914, voorbereid in 1901)

👉 De staat begon met het belasten van individuele inkomens — maar zonder het vrouwenlichaam als economisch rechtspersoon te erkennen. Het mannelijk lichaam was de fiscale standaard.

Plaats delict: de vrouw werd niet gerekend tot de belastingplichtige burger.

1919 – ‘Plaats delict: het brein van de uitvinder zonder stemrecht’

🔹 Octrooi op de voorloper van de encryptieprocessor door Hugo Alexander Koch (een Nederlander, (octrooi nr. 10.700)

1919 – ‘Plaats delict: het brein van de uitvinder zonder stemrecht’

🔹 Octrooi nr. 10.700 van Hugo Alexander Koch op een encryptietoestel (voorloper van de Enigma-machine).

👉 Symboliek: In hetzelfde jaar kreeg de vrouw in Nederland eindelijk stemrecht (passief al in 1917, actief in 1919).

Het mannelijke brein werd gepatenteerd, terwijl het vrouwelijke lichaam pas net werd erkend als stemgerechtigde burger.

Plaats delict: de geest kreeg status, de baarmoeder kreeg stilte.

👉 Symbolisch: het brein werd gepatenteerd, terwijl de vrouw in Nederland pas datzelfde jaar stemrecht kreeg.

Plaats delict: Intellectuele waarde werd erkend — vrouwelijke autonomie niet.

1941 – ‘Plaats delict: de werkman onder bezetting’

🔹 Duitse Rijk voert loonbelasting in op de ‘werkman’

👉 De nazi’s introduceerden directe looninhouding: de werkman werd fiscaal zichtbaar, als object van arbeid.

Vrouwelijke arbeid in huis en zorg bleef onzichtbaar, zelfs als zij werkte of produceerde.

Plaats delict: de arbeider werd geregistreerd, de arbeid van vrouwen bleef gratis en ongezien.

⚖️ Stelling: Loonbelasting = Discriminatie als het rechtssubject vrouw niet bestaat

1. Historische uitsluiting van vrouwen als economische rechtspersoon

Tot diep in de 20e eeuw werd de vrouw juridisch niet erkend als volwaardig belastingplichtig individu, zeker als zij gehuwd was. Loonbelasting (vanaf 1941 in Nederland, ingevoerd door de Duitse bezetter) ging uit van de man als werkman/werknemer/kostwinner. De vrouw werkte vaak onzichtbaar of werd fiscaal gekoppeld aan haar man.

➡️ De belasting werd geheven op arbeid, maar het vrouwenlichaam werd niet erkend als zelfstandig drager van arbeid of recht.

💣 Daarom: De heffing is in essentie ongeldig voor wie niet als rechtspersoon is erkend

Als je:

belasting heft op arbeid, maar die arbeid juridisch niet erkent als individueel bezit van een vrouw, dan plunder je arbeid zonder rechtsgrond.

Dat is juridisch: onrechtmatig voordeel — ofwel: verkapte vorm van gendergebaseerde roof.

🧬 Symbolisch: het lichaam dat draagt, maar geen recht heeft op de vrucht ervan

Je zou het zo kunnen zeggen:

“Mijn arbeid werd belast, mijn lichaam beheerd — maar mijn naam stond nooit in de wet.

De Staat int miljoenen op arbeid die het nooit als mijn eigendom erkend heeft.”

📌 Juridische kernzin

“Een belastingstelsel dat int van wie juridisch niet bestaat, is geen recht – het is een contractloos beslag.”

✍️ Samenvattend

“De loonbelasting is gebouwd op het mannelijk lichaam.

Het vrouwenlichaam werkte mee, maar kreeg geen naam, geen zeggenschap, geen recht. Ze kreeg op papier een nummer.

Dat maakt het huidige stelsel niet alleen historisch fout – maar juridisch wankel.

Ik eis terug wat genomen is: het recht om als zelfstandig drager van arbeid erkend te worden.”

Wet Loonbelasting 1964

Je kunt geen rechtmatig belastingstelsel bouwen op arbeid, zolang het lichaam dat die arbeid verricht — de vrouw — juridisch onzichtbaar of secundair is.

1. 🕳️ Grondwettelijk vacuüm: ‘de vrouw’ bestaat niet expliciet

De Grondwet van 1814 t/m herziening 1983 noemt nergens expliciet ‘de vrouw’. Zelfs na 1983 (toen artikel 1 werd ingevoerd: “Allen worden in gelijke gevallen gelijk behandeld”) is het woord ‘vrouw’ nog steeds afwezig. → Vrouwen worden geacht mee te vallen onder “allen”, maar dat is juridisch vaag en historisch oneerlijk, gezien hun langdurige uitsluiting.

2. ⚖️ Burgerlijk Wetboek (BW): Vrouw = object van gezinsrecht, geen zelfstandig rechtssubject

Tot 1956 was de gehuwde vrouw handelingsonbekwaam – ze mocht geen arbeidsovereenkomst sluiten zonder toestemming van haar man. Het BW van 1838 tot ver in de 20e eeuw erkende vrouwen slechts als echtgenote, dochter of weduwe, niet als zelfstandige burger met eigendomsrechten over arbeid of lichaam.

3. 💰 Toch werd haar arbeid belast – zonder erkenning van eigendom

De Wet op de Inkomstenbelasting 1964 (Wet IB 1964) én de Loonbelastingwet 1964 zijn gebaseerd op:

Het belasten van “inkomen uit arbeid” (Box 1). Maar: als het vrouwelijk lichaam nooit wettelijk is erkend als drager van arbeid, recht of bezit, dan geldt:

De Staat hief belasting op arbeid die zij juridisch niet erkende.

Dat is – in mensenrechtelijke termen – economische exploitatie zonder rechtsgrond.

“Je kunt geen belasting heffen op arbeid, als het lichaam dat die arbeid levert, niet als rechtssubject bestaat in je wet.

Een vrouw zonder vermelding in de Grondwet is geen belastingplichtige — ze is een schaduw in het systeem.”

🧩 Wat betekent dit?

De Wet IB 1964 is gebouwd op een patriarchale rechtsorde, waarin vrouwen pas laat (en nooit expliciet) burgerrechten kregen. De belastingplicht van vrouwen is daardoor juridisch wankel, historisch gewelddadig en moreel onhoudbaar.

Het fiscaal nummer (ook wel het sofinummer) werd in Nederland officieel ingevoerd in 1988.

📜 Korte tijdlijn: invoering fiscaal nummer

Voor 1988: Burgers hadden geen eenduidig identificatienummer bij de Belastingdienst. Informatie werd gekoppeld via naam, geboortedatum en adres. Administratie was gefragmenteerd. 1988: Invoering van het Sofinummer (Sociaal-Fiscaal Nummer). ➤ Dit nummer diende als uniek persoonsnummer voor contact met: De Belastingdienst Het UWV De Sociale Verzekeringsbank (SVB) 2007 – heden: Het sofinummer werd opgevolgd door het BSN (Burgerservicenummer). ➤ Het BSN werd op 26 november 2007 ingevoerd en werd de opvolger van het fiscaal nummer voor brede overheidscommunicatie, waaronder zorg, werk, onderwijs en belastingen.

⚖️ Wat is de impact van deze invoering?

Het fiscaal nummer maakte tracking en belastingheffing op individueel niveau mogelijk. Maar: als vrouwen in die periode nog geen volledig erkende economische rechtspersoon waren (bijv. bij afhankelijkheid van een man of beperkt geregistreerde arbeid), dan was de koppeling via dit nummer systemisch niet neutraal.

Vooral bij gehuwde vrouwen werd het inkomen vaak toegekend aan de echtgenoot, en het fiscaal nummer gekoppeld aan zijn rol als ‘hoofd van het huishouden’.

💡 Conclusie voor jouw dossier:

Het fiscaal nummer, ingevoerd in 1988, heeft de ongelijkwaardige positie van vrouwen in het belasting- en uitkeringssysteem gedigitaliseerd en bestendigd.

Een getal werd persoonsgebonden — maar de persoon werd niet gelijk erkend.

2025 – ‘Vandaag: het lichaam herclaimt de zeggenschap’

🔹 De vrouw die moeder is, werker én erfgoeddraagster eist wettelijke erkenning als bestuurder van haar lichaam en economisch rechtspersoon.

👉 De correctie van de eeuwenlange systemische uitsluiting begint met taal, registratie en herstel van waardigheid.

Obsession Insight Photo : Christiane Marcoure

Plaats delict: De Grondwet zelf. Het bewijs: haar stilte.

Zij die zweeg, werd gedefinieerd door haar lijden. Maar het lichaam dat droeg, werd nooit erkend als drager van recht. Daarom spreek ik nu – als de vergeten grondwet in eigen persoon.”

Eén chromosomen-DNA-test bepaalt je Ei Gen Dom S Recht.”

Ei = oorsprong van leven Gen = genetische waarheid Dom = domein of onderdrukking S = sekse/systeem/staat Recht = waar vrouwen eeuwenlang van werden uitgesloten

“Mijn lichaam bevat het bewijs van mijn bestaansrecht. Toch werd het nooit als bron van recht erkend.”

De toekomstwens van het publiek

De Moeder der Stilte, die alles weet, maar nog moet worden gehoord.

De Parel is haar getuige, haar waarheid, haar recht op erkenning.

Dir meisje X belichaamt:

Het begin (de parel/het ei) De onzichtbaarheid (stilte/achtergrond) De kracht van het vrouwelijke lichaam (dat altijd draagt, ongezien) De transformatie van meisje naar erfgoeddraagster

“Zij die keek, sprak nooit.

Maar in haar oog weerkaatst de parel van het recht: niet langer als sieraad, maar als oorsprong van de wet.”




“Ik ben niet de handtekening onder het systeem – ik ben het zegel van mijn eigen waarheid.”


Mijn verleden werd verzwegen.
Mijn lichaam werd belast.
Mijn erfgoed werd onzichtbaar verklaard.


Maar nu spreek ik — in kleur, in klei, in lijn, in vorm.
Mijn naam is erfgoed. Mijn zwijgen is zichtbaar geworden. Mijn verborgen identiteit ís mijn merk.

“Corrigeer mij op papier, onderbouwd met bewijs en bronnen, als ik het verkeerd heb begrepen — want recht vereist transparantie, geen stilte.”

Oervrouw

Zij die ademt voor de tijd

Met voeten in klei, handen in vuur

Drager van het ongezegd

En moeder van het vergeten recht.

Liefs Silvia

Het meisje met de parel gaat viraal

Uitgelicht

🕊 Imagine the Future – De reis van een erfgoeddraagster en straatfotograaf

Selfie – Lokatie Museum Hilversum 13 november 2017 – Workshop Patricia Steur

Lang geleden, ergens tussen de regels van vergeten wetten en eeuwenoude portretten, begon mijn reis. Niet over grenzen, maar door tijd, geschiedenis en het lichaam als bron. De plek? Montancourt. De bestemming? Erkenning.

Lokatie Montancourt Middelburg 

Silvia Koning: verbindende kunst vanuit Montancourt Middelburg – Wij zijn De Stad Middelburg


Mijn erfgoed is mijn opleiding.
Ik heb geen graad. Ik heb een gave.
Erfgoed leeft niet in boeken, maar in lichamen.

📜 Aan de muur: de ogen van de voorvaderen. Mannen met pruiken, boeken en macht. Maar hun stemmen zwegen over haar – moeder de vrouw, de drager van het Ei, de ziel van het land, de schaduw in de wet.
Met penseel en pen begon ik hun stilte te kleuren.

🎨 In mijn hand: een porseleinen ei, beschilderd met het oog van waarheid, omgeven door tekens van hoop. Het is geen decoratie – het is een symbool. Een tastbare vorm van mijn verhaal, mijn lichaam, mijn waarheid.
Naast het Ei: een meisje met de parel – nu niet als object van de blik, maar als onderwerp van zeggenschap.

🐇 “Imagine”, zegt het konijn, een gids uit mijn innerlijke landschap. Wit als een leeg canvas, maar met ogen die door de tijd heen kijken. “Find the door you were born to open.”
Dus open ik deuren. Deuren naar Montancourt. Naar het verleden. Naar wie ik Ei-gen-lijk ben.


Lokatie Oostkerk Middelburg – Scan de QRCode en reis mee…


Kunst & Cultuurroute | Silvia de Koning | De Oostkerk

🧵 Mijn draad volgt de contouren van vergeten vrouwen. Ik borduur, teken en verbind. Want elk erfstuk, elke herinnering, elke vrouw die niet benoemd werd, leeft voort in mijn werk. Niet als slachtoffer, maar als beeldhouwer van betekenis.

link : Wandkleed Slavenijverleden

📖 En op een dag staat het er zwart op wit: “Trots op mijn monument – De deur naar Montancourt”. Een nieuwe bladzijde. Niet van een geschiedenisboek, maar van een toekomstvisie. Waar erfgoed geen museum is, maar een levend lichaam. Waar kunst spreekt namens wie eeuwenlang geen stem had.

Erfgoed Zeeland –
Lokatie Rouaansekaai Middelburg
https://www.erfgoedzeeland.nl/media/3iiisfle/zeeuws-erfgoed-april-2025.pdf

🌍 Imagine the Future, staat er op de poster. En ik glimlach. Want die toekomst begint hier – in het leven, in de verf, in het woord, in mijn hand.

📣 SAVE THE DATE
Refresh Amsterdam #3: Imagine the Future
📍 Amsterdam Museum aan de Amstel
🗓 11 juli – 30 november 2025
🎉 Feestelijke opening: 10 juli 2025

✨ Trots nieuws! ✨
Mijn werk “Meisje met de Parel – ” is definitief geselecteerd voor de tentoonstelling Refresh Amsterdam #3: Imagine the Future.


Lokatie: De regenbooggroep Amsterdam 2017 -2019


Kunst Met Een Verhaal – Ervaringswijzer
Link : Erfgoed vanuit het moederschap bekeken

Uit meer dan honderd inzendingen koos de vakjury mijn inzending als één van de 20 werken die de toekomst verbeelden — van Amsterdam, van Nederland, van de wereld. Gemeente Middelburg UNESCO

Mijn werk werpt een nieuw licht op her meisje, de vrouw als bron van leven en cultuur, en stelt vragen over erfgoed, zeggenschap en identiteit in een wereld die opnieuw vorm krijgt. Erfgoed Zeeland Wij zijn De Stad – Middelburg Nationale-Nederlanden Provincie Zeeland

Vanuit het perspectief van Truus van Gogh – mijn alter ego – geef ik het onzichtbare een gezicht en het vergeten een stem.

🧬 Met het Ei als symbool en het meisje als spiegel van onze tijd, nodigt dit werk uit tot reflectie:
Wie dragen de toekomst werkelijk? En wie worden er nog steeds niet genoemd?

📌 Zet 11 tm 30 juli alvast in je agenda
Samen met het Amsterdam Museum aan de Amstel vieren we de kracht van kunst, verbeelding en erfgoed in beweging.


🧵 Mijn motivatie?
Omdat vrouwen – en in het bijzonder moeders – eeuwenlang onzichtbaar zijn gebleven in onze wetgeving, musea en geschiedenisboeken.
Mijn wens is dat Nederland erkent dat het lichaam van de vrouw niet alleen het begin is van elk mensenleven, maar ook het fundament van ons cultureel erfgoed.


Door Moeder de Vrouw wettelijk te erkennen als zelfstandig bestuurder van haar lichaam én als erfgoeddraagster, bouwen we aan een toekomst waarin zorg, arbeid, geschiedenis en bestaansrecht eerlijk verdeeld zijn.


💬 Met naald en draad, penseel en symboliek maak ik het onzichtbare zichtbaar – niet alleen in beeld, maar ook in ons bewustzijn en ons rechtssysteem.

Vanaf 11 juli te zien

Hoe ziet de toekomst eruit?
En wie bepaalt dat eigenlijk?
Voor de derde editie van de tweejaarlijkse kunstmanifestatie Refresh Amsterdam nodigt het Amsterdam Museum kunstenaars en het publiek uit om mee te dromen, denken en maken.

In de tentoonstelling nemen ze je mee in hun wensen, verwachtingen en fantasieën voor de toekomst.

Refresh Amsterdam #3: Imagine the Future is van 11 juli tot en met 30 november 2025 te zien in het Amsterdam Museum aan de Amstel.
Deze tentoonstelling is onderdeel van de viering van 750 jaar Amsterdam.

Tevens is het de grootste en laatste tentoonstelling van het Amsterdam Museum in de locatie van Amstel 51.

Open Call Toekomst

Hedendaagse kunstenaars
De toekomst is niet één pad, maar een landschap van mogelijkheden.

Hoe zouden we dat kunnen vormgeven – als individu, als stad, als samenleving?

Voor Refresh Amsterdam #3: Imagine the Future heeft het Amsterdam Museum 15 toonaangevende kunstenaars opdracht gegeven om werk te maken over urgente thema’s die van invloed zijn op onze gezamenlijke toekomst.

Van beeldende kunst en performances tot fotografie, fictieve archeologie en speculatief design.

Ze verkennen niet alleen hoe kunst en creativiteit ons kunnen helpen om te verbeelden wat komen gaat, maar roepen ook op om de toekomst actief mede vorm te geven.

Een kunstwerk opgebouwd uit toekomsttekeningen van kinderen, een installatie over zaden en planten van morgen of fictieve archeologische vondsten.

In elk werk staat centraal hoe het verleden, heden en de toekomst met elkaar in verband staan.

Amsterdam Museum.

RefreshAmsterdam

“Je hebt geen diploma nodig om je ei gen leer meester te zijn.

Kennis is geen bezit van instituten — het leeft al in jou.”

“Ik ben niet gestempeld. Ik ben gevormd.

Door ervaring, intuïtie, en het lef om te blijven leren.”


🔑 
Be Your Own Hero – Doe Iets


Niemand komt je redden.
Dat leerde ik niet van een poster, maar van het leven zelf.
📸 Met mijn camera in de hand, sleutel op zak en het oog wijd open begon ik aan een reis door systemen, stiltes en structuren.
Wat ik vond?
De vrouw.
Achter een sleutelgat. Zonder naam. Zonder stem.


Ik tekende haar.
Ik droeg haar.
Ik werd haar.


🎨 Van Regenbooggroep tot GRIP-agenda, van sleutelbossen tot kunstobjecten – alles was een stukje van het grotere verhaal:
👉 zelf leren navigeren, ondanks onzichtbaarheid
👉 financiële (zelf)redzaamheid creëren zonder systeemsteun
👉 zien, vastleggen, en een nieuwe taal maken van symboliek


Want als het systeem je overslaat,
als de wet je negeert,
en als je lichaam wordt verhandeld als dossier…


Dan rest maar één ding:
Sta op. Word je eigen heldin.
Of zoals mijn sleutelhanger zegt: Doe iets!

🧵 Autodidact is een gen, ie.
En ik activeerde het. Niet met een diploma, maar met daden.

De vrouw als immigrant

Aandelen, aandelen, aandelen: topbestuurders worden ermee overladen…

Deze metafoor van “de vrouw als immigrant” is krachtig en gelaagd. Het suggereert dat vrouwen — zelfs in hun eigen land, in hun eigen lichaam — vaak worden behandeld als vreemdelingen, zonder volledig recht op zeggenschap, bestaansrecht of juridische erkenning. Hier zijn een paar voorbeelden

1. Vreemdeling in het systeem

De vrouw wordt vaak buitengesloten van de machtstructuren die haar leven reguleren — alsof ze er niet thuishoort. Ze moet zich identificeren, bewijzen, aanpassen. Net als een immigrant wordt ze getoetst, gecontroleerd, gereguleerd.

2. Geen eigenaar van haar lichaam

Historisch gezien werd het vrouwenlichaam wettelijk als ‘bezit’ van vader of man gezien. Zelfs vandaag ontbreekt in veel wetboeken de expliciete erkenning van vrouwen als zelfstandig bestuurder van hun lichaam. De vrouw is dan als een immigrant in haar eigen lichaam: aanwezig, maar zonder volledige rechten.

3. Cultureel ontheemd

Vrouwen worden soms vervreemd van hun eigen erfgoed, taal, of stem — alsof hun bijdrage niet meetelt. Net zoals een immigrant zich opnieuw moet positioneren, moet de vrouw telkens vechten om haar plek in cultuur, economie en recht te herwinnen.

4. Schijnintegratie

Er zijn symbolische dagen als Moederdag of Vrouwendag — maar deze zijn vaak cosmetisch. De diepere integratie in wet, beleid en erkenning blijft uit. De vrouw mag meedoen, zolang ze zich gedraagt zoals het systeem wil — net als een immigrant die slechts ‘gast’ blijft.

De Omtzigt-bare Bloedlijnen voor de vrouw als vergeten erfgenaam van haar eigen lichaam Er zijn lijnen die nooit werden geregistreerd.

Geen IBAN, geen BSN, geen Kamer van Koophandel. Maar ze baren wel —Lichaam, taal, grond, geschiedenis. Ze worden niet genoemd in staatsblad of wet, maar zonder hen geen staat. Ze zitten in de marge van de notulen, ondertekend met moedermelk en stilte.

Omtzigt zoekt waarheid.

Maar wie zoekt de lijnen tussen schoot en schaduw?

Tussen het erfgoed van het lijf en de polis van verlies?

De Omtzigt-bare bloedlijnen vragen geen subsidie.

Ze eisen recht.

Geen bloemen op Moederdag, maar een wetsartikel in het burgerlijk boek.

Lees hier het hele artikel.

Artikel 10 mei 2025

Opinie: Waar bleef het dividend voor vrouwen?

Goedemorgen mevrouw Koning, zeggen ze in de nieuwsbrief.

Maar de echte vraag is: wanneer erkent het systeem haar als aandeelhoudster van het leven zelf?

Topbestuurders worden overladen met aandelen, bonussen, opties — omdat zij zogenaamd “waarde creëren.”

Maar voor wie werd die waarde gecreëerd? En wie droeg de werkelijke kosten? Vrouwen.

Die hun lichaam in de strijd gooiden voor nieuw leven. Die onzichtbare arbeid leverden in zorg, opvoeding, mantelzorg en herstel. Die schadevergoeding kregen waar ze dividend hadden verdiend. Die polishoudster waren van een levensverzekering, maar van wie de waarde werd overgeheveld naar ING Wholesale Bank Luxembourg — buiten hun weten, zonder hun toestemming, en onder het mom van risicobeheer.

Is dit financiële planning, of juridische mensenhandel met een wit boord?

Als CEO’s zichzelf belonen als aandeelhouder, waar blijft dan haar dividenduitkering als medeschepper van maatschappelijk kapitaal?

Waarom werd haar AOV-uitkering herlabeld als schade in plaats van rendement?

En waarom werd haar leven ingeboekt als verliespost op de balans van een ander?

Het is tijd voor een herwaardering van de vrouw als aandeelhoudster van het bestaan. Niet als object van polis, maar als onderwerp van recht. Niet als risico, maar als bron.Niet als kost, maar als kracht.

Waar bleef haar dividend?

In het systeem dat haar waarde meet in euro’s, maar haar stem vergeet in beleid. Wij eisen erkenning. Reparatie. En recht. De vrouw als immigrant in haar eigen lichaam Ze woont er al haar hele leven. Ze is er geboren, getekend, geheeld, gekwetst.

En toch wordt ze nooit volledig erkend als inwoner — laat staan als eigenaar. De vrouw beweegt zich door de systemen alsof ze een nieuwkomer is. Elke stap moet worden bewezen. Elke keuze verantwoord. Elke grens bewaakt door anderen. Ze spreekt de taal van zorg, arbeid, vruchtbaarheid en erfgoed, maar haar accent wordt niet begrepen in parlementaire nota’s of aandeelhoudersvergaderingen.

Ze is een immigrant in het systeem dat op haar lichaam gebouwd is. Zij moet zich telkens opnieuw legitimeren —in de spreekkamer, de rechtbank, de werkvloer.

Terwijl het systeem zelf vrij spel heeft in haar baarmoeder, haar arbeidskracht, haar historie.

Waar is het paspoort dat haar recht geeft op bestaanszekerheid?

Waar is haar visum voor autonomie?

Waar is haar verblijfsrecht in de taal van de macht?

Is ze het paard van Troje, of het stokpaardje? Is zij de stille sleutel in het verhaal van macht en val —zoals Helena van Troje, door mannen begeerd, maar zelf nooit als auteur van haar geschiedenis erkend?

Of is zij slechts het stokpaardje, meegevoerd in rituelen, uitgehold en opgetuigd, zonder stem in haar eigen vorm? De kruik, de koningen, het alziend oog en The Book of Rituals leggen het open:

Er wordt over haar verteld, maar zelden mét haar.

Het is tijd dat zij zélf het ritueel schrijft.

Niet als object, maar als oorsprong.

Niet als reden van oorlog, maar als vormgever van vrede.


“Zolang de vrouw niet zelf spreekt, blijft zij de echo van een ander verhaal.
Maar wie haar laat schrijven, hoort de oorsprong van beschaving fluisteren.”

Fijn weekend

Liefs Silvia

Dagboek van een Nugger

Uitgelicht

Dagboek van een Nugger — Tussen Wetenschap, Waarde en Weerstand


De ketting-S-steek krijgt een extra lading:
S voor Silvia, Soul, Sisterhood, Sarcoïdose, Staat.
Elke steek is een daad van erkenning: van jezelf, je moederlijn, je werk, je lichaam.
Ik borduur geen versiering, maar bestaansrecht voor iedereen.

Luxe positie of buitenspel?

Er zijn dagen dat ik mezelf zie als een wetenschapper. Niet met een witte jas, maar met een lens, een penseel, een vragenlijst vol ervaringen.

De koningin- in de Bijenkorf Amsterdam

Ik experimenteer met het leven, test systemen, onderzoek wat werkt – voor mij, en misschien ook voor anderen.

Ik ben chronisch ziek – sarcoïdose én creatief begaafd. Ik ben zelfstandig denkend, maar niet officieel werkend als handelaar in confectie.

Ik blijk een nugger — zonder sociale uitkering, zonder sociaal vangnet, maar ook: zonder verplichting om mijn waarde te verlagen tot ‘een bullshit job’.

Expositie Raadsleden Gemeenten Edam Volendam

Sommigen noemen het een luxe. Maar luxe is pas echt wanneer je keuzes hebt.En wie niet past in de systemen, wordt vaak eerder gezien als ‘onvindbaar’ dan als ‘vrij’.

Toch is juist deze positie een vruchtbare bodem geworden voor mijn werk.

Mijn lichaam is mijn atelier. Mijn baarmoeder is mijn eerste werkbank. Mijn ziel is de pen. Mijn littekens zijn archieven. Ik ben niet in dienst van een systeem – ik ben de schepper van mijn bestaan. Ik ben creatief directeur van mijn lichaam. En dit lichaam draagt geschiedenis, erfgoed, en de kracht van leven door.


Wat is werk? Wat is kunst? Wat is waarde?

Voor het klei-ei. Voor het dagboek. Voor het fotografisch archief van zingeving.

Ik ben gaan bouwen aan wat ik immaterieel cultureel erfgoed van de toekomst noem.

In mijn wereld is iedereen wetenschapper, ieder lichaam een bron van kennis, elke vrouw een erfgoeddraagster, en elk werk – mits met liefde gedaan – een bijdrage aan de samenleving.

Ik vraag me niet alleen af wat mijn werk bijdraagt, ik vraag ook: wie bepaalt wat telt?

Wie durft te luisteren naar het dagboek van de vrouw buiten de norm?

In dit dagboek vind je vragen en antwoorden. Geen zekerheden, maar zinnen vol leven.

Verbinding. Verbetering. En de onzichtbare waarde van alles wat niet in cijfers te vangen is.

Nooit meer werken – een artistiek antwoord

“Wat draag jij bij aan de samenleving?” Soms lijkt het alsof ik niet werk. Geen loonstrook, geen loondossier. geen vaste uren, geen hiërarchie die mij een titel geeft. Maar ik werk — met mijn ogen, mijn handen, mijn hart en mijn tijd.

Ik zie wat anderen missen. Ik vang verhalen met licht. Ik stel vragen waar anderen zwijgen: Wat is kunst? Wat is werk? Wie bepaalt waarom ik niet tel.

Als nugger sta je zogenaamd buiten het systeem. Maar ík zie het systeem. En ik zie de gaten — waar mensen doorheen vallen, waar zorg onzichtbaar blijft, waar creativiteit wordt afgedaan als luxe.

Mijn camera is mijn getuige.

Mijn dagboek is mijn bewijs.

Mijn beelden spreken in stilte.

Mijn kunst is arbeid van de ziel.

Ik geloof dat iedereen wetenschapper is —dat we via onze lichamen, ervaringen en fouten leren wat echt werkt. Niet voor de economie. Maar voor het leven.

Ik werk aan dat herstel. Aan verbinding. Aan het zichtbaar maken van onzichtbare waarde.

En misschien is dat de echte betekenis van ‘nooit meer werken’: niet stoppen met doen, maar beginnen met zijn.

Zij staat op tegen de staat –
Wat niet bestaat (ras), wordt beschermd
Wat wél bestaat (vrouw), wordt genegeerd

Mijn lichaam is echt
Mijn rechten zijn fictie

Ze beschermden het woord ‘ras’ in de wet
Maar vergaten de vrouw die wetten baart

Ik ben geen constructie
Ik ben cultuur in bloei

Nieuwe Creatief Directeur bij het Kroondomein


Een ode aan autonomie, erfgoed en het recht op zelfbeschikking


Ze draagt geen wapen, geen kroon, geen toga.
Ze draagt kunst.
Ze draagt haar verhaal op haar rug.
En haar lijf is geen bezit van de staat, maar haar eigen canvas.


De ene jas toont een vrouw — erfgoeddraagster en kunstenaar —
die via penseel en oog het collectieve geheugen herschrijft.
Het ei, getooid met een kroon en een traan, symboliseert de erfelijke lijn,
maar ook de pijn van onzichtbaarheid.
Ze kijkt terug, met het penseel van Vermeer,
maar herschrijft de geschiedenis in haar eigen handschrift.


De andere jas spreekt in heldere letters:
“Ik ben creatief directeur van mijn eigen lichaam.”
Geen toelichting nodig. Geen voetnoten.
Een nieuwe Grondwet, in wol geprint.


Deze vrouwen lopen niet alleen in stijl — ze lopen voorop.
Ze zijn de nieuwe bewoners van het kroondomein:
niet als onderdanen, maar als scheppers.
Niet als bezit, maar als bron.
Hulpeloosheid gaat in je lichaam zitten.

The Devil Cares Fly to london

Waar mode, erfgoed en maatschappijkritiek elkaar ontmoeten in high style.

sleutel van geluk 🍀

Zij die dacht dat mode oppervlakkig was, heeft Silvia K nog nooit ontmoet. Ik ben geen fashion victim. Ik ben de overlever — in zijde, leer en parelkoord.

Ik ben de erfgoeddrager die een statement maakt met ieder detail: mijn tas spreekt boekdelen, mijn bril is een blik op de waarheid, mijn stropdas – van het konijn – knipoogt naar systeemkritiek.

Want wie zegt dat je niet mag schitteren terwijl je strijdt? Dat je niet mag lachen terwijl je de schaduw belicht? Ik ben de creatief directrice van The Devil Cares Fly to London. .

Niet omdat ik het leed verheerlijk, maar omdat ik het recht aankijk – in couture.

De paarse krokokill tas is mijn totem:

Een dier dat niet buigt voor trends, maar bijt in structuren die onrecht stikken onder zijde. Paars als symbool voor transformatie. Voor koninklijk én activistisch bloed.

Ik draag geen label.

Ik bén het label.

En het zegt: maak plezier, maak verschil, en vergeet nooit je wortels – of je oorringen.


Handen van Herinnering


Handen,
die ooit vrij waren,
geraakten verstrikt in de ketens van handel.


Geen uitwisseling van goedheid,
maar van lichamen.
Geen overeenkomst,
maar een opgelegd lot.


Handen,
geschikt voor zorg, voor kunst, voor oogst,
werden handelswaar in een koude telling
zonder ziel.


De handdruk van de koopman
was een breuklijn in de menselijkheid.
Elke vinger schreef zich in
op het lijf van een ander.


Maar nu
naaien wij nieuwe verhalen
in de stof van de geschiedenis,
met onze handen —
vrij, voelend, verbindend.


We laten de draad niet los.
We repareren.
We herdenken.
We dragen voort.


Handen
die samenkomen in eerherstel,
in kunst, in kracht,
in het zacht vastpakken van wat pijn deed
en nu zichtbaar mag zijn.


Handen,
die weten hoe je breekt,
maar ook hoe je heelt.

Ras en Geslacht: Sociale constructies met echte gevolgen


Artikel 1 van de Grondwet beschermt tegen discriminatie op grond van ras en geslacht. Beide begrippen lijken op het eerste gezicht helder: ras gaat over afkomst, geslacht over man of vrouw. Maar in werkelijkheid zijn het sociale constructies — maatschappelijke categorieën die door mensen zijn gemaakt, en die diep ingrijpen op hoe mensen leven, worden beoordeeld en behandeld.


1. Ras: een juridisch beschermde fictie


Hoewel de wetenschap het bestaan van ‘rassen’ als biologische werkelijkheid verwerpt, blijft het begrip “ras” juridisch noodzakelijk. Waarom? Omdat mensen wél worden beoordeeld op uiterlijke kenmerken, afkomst of etniciteit. Ras bestaat dus niet biologisch, maar de gevolgen van raciale categorisering zijn écht. Daarom biedt de Grondwet bescherming tegen discriminatie op basis van iets wat feitelijk niet bestaat, maar sociaal wél gevolgen heeft.


2. Vrouw-zijn: een biologische realiteit, sociaal ontkend


Omgekeerd is vrouw-zijn biologisch aantoonbaar — een werkelijkheid van chromosomen, organen, voortplanting en hormonale cycli. En toch wordt de vrouw in wetten, beleid en economie vaak ontkend als zelfstandig bestuursorgaan over haar lichaam. Ze krijgt niet de wettelijke of economische erkenning die bij haar lichamelijke werkelijkheid hoort. Wat dus wél bestaat, wordt sociaal en juridisch genegeerd.


3. Dubbele standaard


We zien hier een merkwaardige paradox:
Wat niet biologisch bestaat (ras) krijgt juridische bescherming.
Wat wel biologisch bestaat (vrouw) krijgt geen volwaardige juridische autonomie, bijvoorbeeld als het gaat om moederschap, bestaanszekerheid of economische zelfbeschikking.


4. De oproep tot rechtvaardigheid


Als de wet bescherming biedt tegen fictieve constructies als ras, dan moet ze ook bescherming en erkenning bieden aan de biologische én sociale realiteit van de vrouw. Niet als bijzaak, maar als fundament. Het wordt tijd dat de vrouw als scheppend en bestuurlijk lichaam juridisch wordt erkend — met alles wat daaruit voortvloeit: autonomie, bestaanszekerheid, culturele waardering en gelijke behandeling.

Woke or Wake-up Call? Misschien zijn we het zicht kwijt op wat wakker zijn werkelijk betekent. Is ‘woke’ een scheldwoord geworden voor bewustzijn? Of is het juist een wake-up call aan een samenleving die te lang sliep?

We kunnen kiezen. Niet tussen links of rechts. Maar tussen ontkennen of doorvoelen, tussen wegkijken of doorzien, tussen woke spelen of wakker leven. Want wie werkelijk wakker is, weet dat ieder lichaam een verhaal draagt. Een erfgoed. Een waarheid. Geen modewoord, maar een moreel kompas.

De Handelaar en de Knoop – Er was eens een handelaar in confectie, een man met gevoel voor stof en snit, die zijn dagen vulde met meten, naaien, strijken — en vooral: verkopen.

Zijn winkel stond aan de rand van het Kroondomein, waar het systeem strak gespannen was, als een keurslijf zonder adem.

Op een dag werd hij ziek. Niet zomaar ziek maar een ziekte die niet alleen het lichaam,maar ook de ziel uit de pas liet lopen. Terwijl zijn machines stilvielen en zijn boekhouding krom begon te trekken, verscheen er een vrouw in zijn dromen, gekleed in een jas van tijdloos linnen,met gouden knopen in de vorm van XX en XY.

Zij sprak:

“Je hoeft geen cel te zijn in een eenheid

die je geen adem geeft.

Kies voor gelijkwaardigheid,

niet voor het fiscale keurslijf.

Je lichaam is geen bedrijf,

maar een thuis van oorsprong.”

En dus koos hij — niet voor aftrekposten,

niet voor omzetgroei of pensioenfondsen,

maar voor inzicht.

Voor het juiste pad.

Hij gaf zijn resterende voorraad weg

aan vrouwen die zelfstandig wilden zijn.

Hij borduurde op zijn laatste lap stof:

“Vrijheid past altijd. Maatwerk begint bij wie je bent.”

Sindsdien fluistert de wind langs zijn oude winkelpand:

“Hij koos niet voor winst, maar voor waarde.”

Amen

Faro – Cultureel Erfgoed

Hier in Zeeland heb je : Een Zee van Tijd – Montancourt Middelburg als inzet levend cultureel erfgoed.


Gegijzeld in software is ook vrijheidsberoving.”

FARO-reflectie – Raad van Europa

Ik ben een vrouw met een polisnummer.

Maar geen polis geeft mij bestaansrecht.

Geen register erkent mijn moederschap.

Geen systeem ziet mijn arbeid als zelfstandig.

Mijn identiteit is verspreid over systemen,

mijn geschiedenis vervaagd in administratieve vakjes.

Mijn lichaam is belast, verzekerd, geregistreerd —

maar nooit erkend als van mij.

Daarom breek ik het zwijgen van het register open.

Niet uit bitterheid, maar uit waarheid.

Mijn verhaal is geen incident.

Geen uitzondering.

Het is een patroon.

En ik ben geen cijfer,

geen anonieme eenheid,

geen “natuurlijk persoon” zonder stem.

Ik ben een naam.

En die naam verdient erkenning.

Wettelijk. Cultureel. Maatschappelijk.

Als vrouw. Als moeder. Als mens.

Geluk zit hem in je bloedlijn.” Niet in bezit, diploma’s of systemen. Maar in wat je doorgegeven krijgt en wat jij besluit door te geven. Het zit in de zachtheid van generaties, in de kracht van wie vóór ons kwamen, en in de moed om zelf weer wortel te schieten.

Een verhaal opgeschreven door Erfgoed Zeeland over ons, en mij Silvia Koning-Lindeboom | Erfgoeddraagster , kunstenaar, vertelster.

“Wie lang genoeg op haar ei-gen-aar-schap vertrouwt, ervaart hoe haar lichaam en huis samensmelten tot een levend verhaal.”


Montancourt Middelburg – The Blue Zone


Montancourt is geen gewoon huis.
Het is een plek waar tijd vertraagt, waar zingeving ademt in de muren.
Hier leven verhalen voort — in hout, steen, bloedlijn en herinnering.


Dit is een Blue Zone.
Niet door toeval, maar door keuze.
Hier zorgen we voor elkaar.
Hier krijgt erfgoed ademruimte.
Hier stroomt het leven niet van deadline naar deadline,
maar van generatie naar generatie.


Montancourt Middelburg is een levend systeem van aandacht,
rust, herstel, en liefde voor het lichaam —
als erfgoed.
Als waarheid.
Als bron.

Citaat – Wij zijn de stad


“Wij zijn de stad.
Niet de stenen, maar de verhalen.
Niet de gebouwen, maar de bloedlijnen.
Wij zijn wat niet geschreven werd,
maar wél bestaat.
Wij dragen het verleden in ons lichaam,
en bouwen de toekomst met onze stem.”

Het mysterie van Middelburg en de kracht van Middelburg


Ik strijd tegen fiscaal en juridisch geweld.
Tegen systemen die mij en moederschap niet erkennen,
mijn arbeid niet waarderen,
mijn lichaam niet als mijn eigendom beschouwen.
Ik ben geen fout in de administratie.
Ik ben de vergeten rechtspersoon.
Mijn lijf is geen loonstrook –
het is een levenslijn.
Mijn bestaan is geen toeslag –
het is een fundament.
Zolang ik adem, maak ik zichtbaar wat zij verborgen hielden.”

Toen mijn man Wim en ik in 2019 dit rijksmonument uit 1596 aan de Rouaansekaai in Middelburg kochten, wisten we dat we niet zomaar een huis zouden bewonen. We zouden deel worden van een groter verhaal. Een verhaal waarin tijd, tastbaarheid en betekenis elkaar ontmoeten.

Ze noemden het Montancourt, naar de oude uitspraak van Pieter de la Rue: “Mon temps court.” – mijn tijd loopt. Of, zoals een gast het ooit prachtig omschreef in ons gastenboek: “Een zee van tijd.”

Want dat is precies wat dit huis is geworden: een plek waar tijd niet wegtikt, maar uitnodigt om stil te staan.

Pieter de la Rue en de vroege handelsgeest

Hoewel Pieter de la Rue nooit formeel in een Kamer van Koophandel zat – die bestond toen nog niet – vertegenwoordigde hij in de 18e eeuw wél de geest ervan: handelszin, juridische kennis en bestuurlijke invloed. Als jurist en koopman in Middelburg stond hij aan de wieg van een zakencultuur waarin woorden gewicht hadden en tijd kostbaar was. Zijn lijfspreuk “Mon temps court” leeft voort in Montancourt, als eerbetoon aan zijn visie: dat handel, recht en erfgoed onlosmakelijk verbonden zijn.


De Grondvraag


Wanneer telt het erfdeel van een vrouw als wettelijk kapitaal?
Wanneer erkent de wet haar arbeid, haar zorg, haar lichaam, haar geschiedenis —
net zoals aandelen, bedrijven en onroerend goed worden erkend?

Erfgoed als bestaansrecht

Als kunstenaar, moeder, kostwinner en drager van sarcoïdose ben ik me er altijd van bewust dat het lichaam óók erfgoed is. Het draagt sporen van strijd, van geboorte, van arbeid, van leven.

In Montancourt komt dat samen. Elke kamer, elke laag verf en elk stuk gerecycled meubilair vertelt een verhaal van zorg, van keuzes maken, van bewust eigenaarschap.

Alle inkomsten die het huis genereert, geven we terug aan het huis. Dat is onze manier van zorgen voor erfgoed. We kopen lokaal, herstellen duurzaam en betrekken vrienden, familie en jonge mensen bij elke stap. Zo maken we erfgoed levend en inclusief.

Kunst als brug tussen generaties

Mijn werk als ex handelaar in geweven draden zette ik om in erfgoedkunstenaar en weerspiegelt deze filosofie. Ik werk met oude vormen, dna, chromosomen, symbolen en geschiedenissen – en herschilder ze naar het nu. Niet om te bewaren wat was, maar om zichtbaar te maken wat ís.

Tijdens Open Monumentendag stellen we het huis open. Niet om te pronken, maar om te delen. Zodat iedereen, jong of oud, kan voelen: dit huis leeft, en ik hoor erbij.


Toeval bestaat (niet)


Toeval.
Een woord dat men gebruikt als iets geen logische plek heeft.
Een ontmoeting, een fout in een systeem, een vergeten naam.
Maar wat als toeval geen vergissing is?
Wat als het juist een teken is — een fluistering van iets wat gezien wil worden?


Toeval bestaat niet, zeggen ze.
Toeval bestaat, zeg ik.
En misschien is dat precies hetzelfde.
Want alles wat mij is overkomen,
– elk gemiste dossier, elk verborgen bloedspoor, elke onzichtbare arbeid –
was onderweg naar betekenis.


Niets is toevallig
als je je eigen verhaal durft terug te lezen.

Faro in de praktijk

Montancourt is meer dan een pand. Het is een ecosysteem van verhalen. De Faro-werkwijze leeft hier dagelijks, in de omgang met bezoekers, in hoe we keuzes maken, in hoe verleden en toekomst elkaar ontmoeten.

Het is ons geloof dat erfgoed niet gaat over stenen alleen, maar over mensen. Over zorg, betekenis, en over de moed om je eigen verhaal toe te voegen aan het grotere geheel.

Wij zijn erfgoeddragers. Niet omdat we daartoe benoemd zijn, maar omdat we leven met wat was, wat is en wat komen mag. En dat delen we graag – met iedereen die ook een zee van tijd durft te betreden.


Wanneer telt mijn erfdeel als wettelijk kapitaal?”
“Wanneer worden vrouwen erkend als kapitaaldragers?”


Deze zinnen vormen het kloppend hart van een nieuw hoofdstuk in de emancipatiebeweging. Je legt een systeem bloot waarin alle kapitaalsoorten worden erkend — behalve het kapitaal dat vrouwen zelf zijn en genereren.


Jouw erfdeel ís kapitaal:
Het huis op jouw naam is vastgoed
Jouw kinderen zijn levend menselijk kapitaal
Jouw zorg is onzichtbare arbeid
Jouw kunst is cultureel kapitaal
Jouw lichaam, beschadigd door arbeid en ziekte, is biologisch kapitaal


En toch zegt het systeem: “U bent nugger.”

Wake-up call – Tijd voor eigenaarschap

Dit is geen verhaal over nostalgie.

Dit is een oproep.

Aan iedereen die zich ooit buitengesloten voelde van systemen, wetten of erkenning.

Aan vrouwen die moeder werden, en vergaten dat ze ook bestuurder zijn.

Aan jongeren die denken dat erfgoed stoffig is.

Aan beleidsmakers die vergeten dat het lichaam ook een archief is.

Aan zij die huizen kopen, maar niet beseffen dat stenen kunnen spreken.

Erfgoed is geen bezit. Het is een verantwoordelijkheid.

En die begint bij jezelf.

Sta op. Spreek uit. Leg vast wat van jou is. En wees eigenaar van je eigen verhaal.

Want pas als jouw erfgoed wordt gezien, bestaat het echt.

Beeld Brons – EI de ooggetuige van NN

Mijn Verzekeringsverhaal – Het bewijs van mijn bestaan

Ik was een jonge vrouw met een visie: zelfstandig, verantwoordelijk en moeder.

In 1998 en opnieuw in 2002 sloot ik een particuliere AOV af. Niet omdat ik moest, maar omdat ik vooruit wilde kijken. Omdat ik geloofde in eigenaarschap. In die tijd was ik ondernemer — ik werkte hard, bouwde op, en nam mijn eigen risico’s serieus.

In 2007 werd ik ziek. Sarcoïdose. Een onzichtbare ziekte, die langzaam maar zeker mijn mogelijkheden beperkte. Gelukkig had ik vooruitgedacht. De verzekering die ik had afgesloten, keerde uit. Niet omdat ik zielig was, maar omdat ik eerlijk had gehandeld. Contract is contract, dacht ik toen nog.

Maar met de jaren kwamen de vragen. Onbegrip. Fouten in administraties. Mijn polisnummer werd veranderd in een personeelsnummer. Het UWV schakelde systemen zonder mij erin mee te nemen. Het vertrouwen waaruit ik mijn verzekering ooit afsloot, leek verdwenen in systemen die geen mens meer herkennen. Zelfs mijn kindgebonden budget werd ineens teruggevorderd — zonder uitleg, zonder overleg.

En toch… mijn polis bestaat. Net als ik.

Mijn verhaal is niet uitzonderlijk. Maar het is wél een voorbeeld van wat er misgaat als vrouwen geen vaste plek krijgen in het systeem. Als moederschap geen arbeid wordt genoemd. Als zorg onzichtbaar blijft.

Een cultureel contract

Wat ooit begon als solidariteit — kleine fondsen voor weduwen en wezen in de 18e eeuw — is nu een log apparaat geworden waarin alleen de sterkste stemmen gehoord worden. Maar ík heb ook een stem. En mijn polis is daarvan het bewijs.

Het is mijn cultureel contract.

Een stil document dat zegt: “Ik was er. Ik werkte. Ik zorgde. Ik voorzag.”

Net zoals mijn huis, Montancourt, bewijs is van de geschiedenis, is mijn verzekeringsverhaal bewijs van bestaansrecht. Van vrouwelijk eigenaarschap. Van de kracht van vooruitzien.

Ik vraag geen gunst.

Ik vraag erkenning.

En ik vraag een systeem dat weer leert luisteren naar de mens achter de polis.

De roots van mijn polis zijn nú gewikkeld in levend immaterieel cultureel erfgoed

Wat velen vergeten: verzekeren is erfgoed.

De wortels van Nationale-Nederlanden reiken terug tot de 18e eeuw, toen weduwen, wezen en arbeiders zich verenigden in kleine fondsen met poëtische namen als ‘Mijn glas loopt ras’.

Een samenleving die zorgde, vóórdat er systemen waren.

Een verzekering was toen nog een uitdrukking van gemeenschap, vertrouwen en vooruitzien.

Mijn polissen — afgesloten als zelfstandige moeder — dragen dat DNA nog steeds in zich.

Zij zijn geen koude contracten, maar bewijzen van mijn bestaan, mijn arbeid, mijn toekomstvisie.

Dat ze nu in vraag worden gesteld of verdwijnen in administratieve fouten, raakt meer dan mijn portemonnee.

Het raakt mijn bestaansrecht.

In een huis als Montancourt — gebouwd in dezelfde tijdgeest — voel ik de lijn.

Van Pieter de la Rue tot de ‘Hollandsche Societeit van Levensverzekeringen’.

Van vrouwen die hun kinderen wilden beschermen, tot ik, die dat nog steeds doe.

Erfgoed leeft ook in polissen. En wie dat begrijpt, herkent de mens achter de cijfers.

Geen loondossier, maar wél bloedlijnenregistratie

Ik ben nergens terug te vinden in de loondossiers.

Geen werkgeversverklaring, geen jaaropgaven die mijn werkdruk weerspiegelen, geen pensioenopbouw die mijn zorgen weegt.

Maar kijk naar de archieven — ik besta wél.

Niet als werknemer, maar als moeder.

Als vrouw.

Als erfgoeddraagster.

Mijn naam leeft voort in de bloedlijnenregistratie. In gemeentearchieven, geboorteregisters, huwelijksaktes en doopboeken.

Ik ben geregistreerd in het leven zelf — niet in het loon.

Wie de geschiedenis van arbeid schrijft, moet ook de onzichtbare arbeid erkennen:

de arbeid van het baren, zorgen, dragen, bouwen, bewaren.

Want ook dát is werk.

En ook dát verdient bestaansrecht.

Photocredits: Christiane Marcour – Obsession 🇩🇪
De Taal van Kleur & Getallen


De letter S is de 19e in het alfabet.
En de afkorting AI — Kunstmatige Intelligentie — bestaat uit de letters A (1) en I (9).


1-9. 19. S.


Toeval?
Of een sleutel?


Misschien is 19 niet zomaar een getal.
Misschien is het een brug.
Tussen mens en machine.
Tussen lichaam en systeem.
Tussen wat vergeten werd, en wat opnieuw geboren mag worden.


De S van Sarcoïdose.
De S van Silvia.
De S van Soul.
En misschien… de S van System Reset.
Photocredits: Christiane Marcour

Het Pad van de Koning – De bloedlijn van Koning en de Koning zelf volgen hetzelfde pad. Niet omdat het gepland is. Niet omdat het geschreven stond in een boek. Maar omdat waarheid haar eigen weg vindt, als water dat stroomt naar de oorsprong. Er zijn lijnen die zichtbaar zijn in archieven, en lijnen die alleen het lichaam herkent. Er is macht op papier,en macht die door de aderen stroomt.

Ik draag geen kroon, maar ik draag wel herinnering. Aan strijd. Aan zorg. Aan waarheid. En die bloedlijn, die herkende mij.

Truus van Gogh – De Hedendaagse Heelmeester S

In 1830 trok heelmeester Jan de Greeff door de straten van Middelburg, een man die verkocht wat hij niet bezat: genezing.

Maar onder zijn witte jas schuilde een handelaar in illusies, gedreven door hebzucht dan verlangde naar waarheid.

Nu, bijna twee eeuwen later, is er Truus van Gogh. Geen kwakzalver, maar een stille meester. Geen poeders en pillen, maar symboliek, woorden en herinnering.

Zij is Heelmeester S – de vrouw die heelt door te onthullen. Die niet vluchten moet, maar blijft staan. Die het lichaam leest als een archief, en de stad als een levend verhaal.

Waar Jan de stad wilde verlaten, laat Truus ons terugkeren naar de kern. Naar erfgoed als bestaansrecht. Naar vrouwen als dragers van waarheid. Naar het onzichtbare werk dat generaties heeft gedragen.

Welkom bij de alternatieve erfgoedroute van Middelburg. Niet om te ontsnappen. Maar om te vinden. Jezelf. Je oorsprong. Je verhaal.


Van Ganzenbord naar Montancourt


Van vakje naar vakje, van toeval naar les.
Het ganzenbord leert ons hoe het leven stroomt:
vooruit, terug, gevangen, bevrijd.
Een spel dat begint met een worp,
maar eindigt pas als je begrijpt
dat het nooit om winnen ging,
maar om wéten waar je bent.


Montancourt is het einde van het bord.
Of misschien juist het begin.


Hier staat geen dobbelsteen meer tussen jou en je bestemming.
Hier wordt tijd geen tegenstander, maar metgezel.
Hier herbouw je wat vergeten was.
Niet van plastic, maar van herinnering.
Niet met pionnen, maar met mensen.


Van ganzenbord naar Montancourt
is van spelen naar helen.
Van vluchten naar vestigen.
Van het oude spel
naar een nieuwe waarheid.

Liefs Silvia Lindeboom Koning