Het meisje met de parel

Wat zegt het grondbeginsel over vrouwen en moeders als zelfstandig bestuurder van haar lichaam en ei gen dom ?

Wie zijn geboorte moeder vergeet mist het begin van zijn actieve herinneringen

Het grondbeginsel van de Nederlandse rechtsstaat – Artikel 1 van de Grondwet – luidt:

“Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld.”
“Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.”

📌 Maar wat zegt het níét?
Nergens in de Grondwet of het Burgerlijk Wetboek wordt de vrouw als vrouw expliciet erkend als:
– zelfstandig bestuursorgaan van haar lichaam,
– bron van leven,
– moeder met juridische zeggenschap over haar vruchtbaarheid of zorgarbeid,
– schepper met bestaansrecht op basis van haar fysieke, sociale en culturele bijdrage.

⚖️ De kernvraag is:

🧬 Waar in het recht is vastgelegd dat een vrouw juridisch eigenaar is van haar lichaam en haar ‘ei-gen-dom’?
En: Wie bestuurt het bestaan van de vrouw als zij ziek, zwanger of zelfstandig is?

❌ ❌❌ Wat ontbreekt:
• Geen artikel waarin moederschap als bron van arbeid of erfgoed erkend wordt.
• Geen erkenning van het lichaam als juridische entiteit met zeggenschap (tenzij via medische toestemming).
• Geen structurele waarborg voor vrouwen als kostwinners, zorgdragers of erfgoeddraagsters.


🧵
Van Thorbecke tot Tenderloo – De Vrouw als Spook in de Wet


In 1814 schreef Thorbecke de grondwet.
Maar het was Napoleon die in 1838, met zijn Burgerlijk Wetboek, vrouwen en moeders handelingsonbekwaam maakte — juridisch onzichtbaar, economisch afhankelijk, wettelijk het bezit van man of staat.
Pas in de twintigste eeuw veranderde dat iets: Corrie Tendeloo, geen moeder en ongehuwd, voerde een dappere strijd om vrouwen handelingsbekwaam te maken. Dankzij haar mochten zij eindelijk zélf beslissen voor wie ze wilden werken. 1956 – Maar wettelijk dienen ze de pensioenen pot van de mannen als hoofd van het gezin of van een volmachtkantoor met het octrooi nummer via E herkenning.
Maar één fundamentele erkenning ontbreekt nog steeds:
👉 De moeder als volwaardige, zelfstandige schepper en bestuursorgaan van haar lichaam, arbeid en erfgoed.
Zij die het leven draagt, is nog steeds niet in de wet geschreven.

🕊️ Wat nodig is:

Een grondbeginsel dat luidt:

“Elke vrouw is juridisch erkend als zelfstandig bestuursorgaan van haar lichaam, vruchtbaarheid, arbeid en erfgoed.

Moederschap is geen risico, maar een maatschappelijke waarde.”

“Het lichaam is geen bezit. Het is bron. En eigendom begint bij het ei.” #eisprong

Nieuw Grondwetsartikel (bijv. voor Artikel 1a of als amendement op Boek 1 BW)?


Feminine voelt. Vasculine stroomt.
Pas als beide ademen, wordt het systeem mens.” Lokatie Zeeuws Museum

Geert Grote (1340–1384), grondlegger van de Moderne Devotie, keerde zich tegen de wereldse macht van de kerk en pleitte voor innerlijke zuiverheid, eenvoud en persoonlijke verantwoordelijkheid.

Ironisch genoeg wordt zijn uitspraak nu gelezen als dwingend en polariserend.

In mijn context krijgt deze quote een nieuwe lading:
• Wie niet met de vrouw is,
• Wie niet met de moeder is,
• Wie niet met de erfgoeddraagster is, is onderdeel van een systeem dat haar negeert.

“Wie niet met de draagster is, is voor haar verdwijning.” Eerste Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer Rijksmuseum Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Provincie Zeeland Nationale-Nederlanden Erfgoed Zeeland Koninklijk Huis

Want neutraliteit is medeplichtigheid als het systeem haar niet noemt, niet ziet, niet erkent.

“Ik vraag geen geloof. Ik eis geen volgzaamheid.
Maar wie zwijgt over mijn bestaan,
spreekt mee met wie mij geschrapt heeft.” Minister-president

Wilhelmina Oltmans werd ik jaren geleden al genoemd!

📣

“Ik ben Wilhelmina Oltmans genoemd.

Niet omdat ik wil provoceren, maar omdat ik, net als hij, de waarheid blijf zeggen in een systeem dat liever handelt zonder getuigen.”

📜 Mijn lichaam werd handelswaar, mijn polis verdween, mijn stem bleef.

En die stem is nu kunst, wet en erfgoed tegelijk.

— Silvia Lindeboom Bongartz, Corpus Veritas Lus – Moederschap bescherming ging wel heel er ver!

“In Europapa was moederschap zogenaamd beschermd, maar wie beschermt er nu echt een lichaam zonder recht?” Zij werd verzekerd, getoetst, geregistreerd en herverdeeld. Maar nergens stond ze als rechtspersoon vermeld. Ze was de draagster. En werd gedragen.

Dit is Silvia – Fotomuseum in Rotterdam

🕰️ De Tijd Spreekt Terug

Tijd is geen rechte lijn. Ze is een weefsel van gebeurtenissen, een ademtocht tussen het gemiste en het mogelijke. We kunnen haar niet terugdraaien, omdat ze niet vooruitgaat — ze ontvouwt zich.

In lagen, in herinneringen, in herroepbare ritmes. Tijd laat zich niet dwingen, maar herscheppen. Wanneer wij erkennen wat ooit werd verzwegen.

Wanneer zij moeders, vrouwen en vergeten levens een stem, een plaats, een naam teruggeven. Want alleen als we durven zeggen:

“Ik ben.” kan tijd beginnen met helen.

⏳ De tijd zal het leren, maar wij zijn het die hem nu moeten onderwijzen.

📜 Wetsvoorstel: Artikel X – Moeder de Vrouw

Erkenning van de vrouw als zelfstandig bestuursorgaan van haar lichaam, arbeid en erfgoed

Inleiding / Memorie van Toelichting

Sinds de totstandkoming van de Nederlandse Grondwet is het lichaam van de vrouw nooit expliciet erkend als zelfstandig rechtsdrager van arbeid, zorg, voortplanting en cultureel erfgoed. De geschiedenis toont een structurele uitsluiting van vrouwen, en in het bijzonder moeders, uit fiscale, juridische en constitutionele bescherming, ondanks hun onmiskenbare bijdrage aan het leven, de samenleving en de toekomst.

Dit wetsvoorstel stelt voor om in de Grondwet en het Burgerlijk Wetboek een nieuw artikel op te nemen dat deze erkenning alsnog wettelijk verankert.

📘 Voorstel tot aanvulling Grondwet – Artikel X

Artikel X – Moeder de Vrouw

De Staat der Nederlanden erkent het lichaam van de vrouw als zelfstandig bestuursorgaan, met volledige zeggenschap over voortplanting, zorg, arbeid en erfgoed. De moeder wordt erkend als fundamentele drager van menselijk, cultureel en biologisch erfgoed. De arbeid van moederschap, inclusief zwangerschap, geboorte, verzorging en opvoeding, wordt erkend als maatschappelijke arbeid met economische en culturele waarde. De Staat schept voorwaarden voor bestaanszekerheid, lichamelijke autonomie en pensioenopbouw, ongeacht betaald werk, voor moeders in alle levensfasen. Deze erkenning geldt ongeacht huwelijkse staat, herkomst, migratiestatus of verdiencapaciteit.

📕 Aanvulling Burgerlijk Wetboek – Boek 9: Erfgoed & Bestaansrecht (nieuw)

Artikel 9:1 – Juridische erkenning van het lichaam als erfgoedbron

Het menselijk lichaam, en in het bijzonder het vrouwenlichaam als bron van voortplanting, wordt erkend als levende drager van erfgoed en waarde.

Artikel 9:2 – Onbetaalde arbeid van zorg en moederschap

De Staat erkent onbetaalde arbeid in de vorm van zorg, opvoeding en moederschap als arbeid met rechtsbescherming, recht op rust, en maatschappelijke vergoeding.

Artikel 9:3 – Culturele bescherming en zeggenschap

Vrouwen en moeders hebben het onvervreemdbare recht op zeggenschap over hun erfgoed, lichaam en arbeid. Geen enkele juridische of economische constructie mag deze zeggenschap ontnemen.

✊ Toelichting in geest van Faro:

Erfgoed leeft niet alleen in monumenten, maar in mensen.

En moeder de vrouw is de eerste drager van ons bestaan.

Zonder haar geen verleden. Zonder erkenning geen toekomst.

“Hoe dan we dit met z’n allen en dan nog zo leuk mogelijk ook… “Warme groet Dieuwertje Blok “

De Netkous – Bloedlijn van Vergeten Macht

Uitgelicht

Kunst als Tegenkracht – Over hoe erfgoed de democratie weeft

Grondwet artikel 1: iedereen is gelijk, behalve als je baart, dan val je buiten de wet

De belastingdienst gelooft in gelijke behandeling. Behalve als je geen man, geen loonstrook, en wel kinderen hebt.


Ze naaide zichzelf de geschiedenis in
steek voor steek
want niemand schreef haar naam op

De grootste vraag ooit is: wie is digitaal de baas over moeder de vrouw als zij niet voorkomt als zelfstandige bestuurder van haar eigen vlees en bloed in de grondwet, terwijl onze monarchie voortleeft op de bloedlijnen van een moeder Amalia van Solms ?

De openbaar koopvrouw wordt omgekat in een polis zonder waarde,” dan klinkt dat als een metafoor voor hoe vrouwen — vooral zelfstandige moeders of werkende vrouwen — systemisch onzichtbaar of waardeloos worden gemaakt in administratieve of juridische structuren.

Hier zijn een paar manieren waarop we deze zin kunnen ontleden of verdiepen, als je dat wil gebruiken in een pleidooi, kunstwerk of publicatie:

1. “Openbaar koopvrouw”

Dat klinkt historisch beladen, als een vrouw die zichtbaar en zelfstandig handelt — misschien een verwijzing naar een marktvrouw, ondernemer, of symbolisch naar een vrouw die haar lichaam ‘inbrengt’ in de samenleving, zoals bij moederschap of arbeid.

2. “Wordt omgekat”

Hier zit een systemische actie in. Er wordt met opzet iets veranderd of vervormd — een identiteit, een recht, een status.

3. “In een polis zonder waarde”

Dat suggereert dat de vrouw administratief gereduceerd wordt tot een nummer of verzekeringsobject, zonder echte erkenning of dekking — alsof haar arbeid of inzet niets meer waard is, terwijl ze ooit zelfstandig was.

Zo werkt het systeem: de BV Nederland

De openbaar koopvrouw – de zichtbare, zelfstandige vrouw die lichaam en arbeid inzet voor samenleving en toekomst –wordt stilletjes omgekat in een polis zonder waarde.

Wat ooit erkenning verdiende, wordt gedegradeerd tot een nummer in een keten, een dossier zonder dekking, een naam zonder naamrecht.

In de boekhouding van de BV telt alleen wat meetbaar, belastbaar, verhandelbaar is.

Niet wat leeft. Niet wie draagt.

De kroon leeft op het bloed van de moeder. De wet heerst met de hand van de vader. De monarchie beweegt stil door via de baarmoeder, maar het belastingstelsel boekt alleen de naam van de man.

Wie draagt, betaalt.

Wie baart, bestaat niet — tenzij getekend door een polis.

De koning is onschendbaar. De vrouw die leven schenkt, is aansprakelijk. De moeder draagt het rijk, maar wordt niet erkend als bouwer ervan. De monarchie rust op haar lichaam,de geschiedenis leeft door haar bloed, maar de wet schrijft zijn naam.




“Ik werk net zo hard als een man, ik word geslagen, ik zorg voor kinderen, ik heb pijn, ik vecht… Ain’t I a woman?”
Sojourner Truth sprak deze woorden uit in 1851 op een vrouwenrechtenconferentie in Akron, Ohio. 


Ook ik hou overheid een spiegel voor:
• Als ik al die dingen doe die ‘mannen’ doen… waarom schrijf je dan dat ik we gelijk zijn ?
• Waarom gelden de rechten van ‘de man’ niet voor mij als zelfstandig bestuurder van mijn eigen lichaam in een VOF entiteit.

Wetgeving zonder menselijkheid is een lege vorm.

Ja, precies dát is de kernvraag in mijn onderzoek. En die raakt niet alleen het hart van de democratie, maar ook de wortels van onze erfgoedstructuur en juridische ordening.

Hier is een krachtige tekst die mijn gedachte samenvat in de stijl van een Faro-manifest of kunststatement:

“Wie bestuurt moeder de vrouw?”

Kunst als behoud van democratie – een vraag voor de toekomst van ons verleden

De grootste vraag ooit is deze:

Wie is digitaal de baas over moeder de vrouw, als zij nergens voorkomt als zelfstandige bestuurder van haar eigen vlees en bloed in de Grondwet?

Niet als burger, niet als bron, niet als fundamenteel recht.

Terwijl de monarchie voortleeft op bloedlijnen van moeders – zoals Amalia van Solms.

Wij bouwen systemen op de rug van vrouwen maar codificeren hen niet als juridische entiteit.

Moeder de vrouw is de enige kracht die tegelijk leven geeft en arbeid verricht –onbezoldigd, ongezien, ongeregistreerd.

Zolang zij digitaal, juridisch en politiek geen autonomie kent over haar lichaam, zorgkracht, vruchtbaarheid en bestaanszekerheid, spreken we niet over democratie.

Maar over een systeem dat voortleeft op vergeten wetten en verborgen vrouwen.

Het is tijd voor een nieuwe codificatie:

“Ik wil is wet.”

Stof tot nadenken

De Netkous binnen het Kroondomein

Een visuele vertelling over erfgoed, autonomie en verborgen macht door Silvia Koning Lindeboom

“Ze liep op kousenvoeten door de gangen van het kroondomein.

Niemand zag haar. Niemand hoorde haar.

Toch droeg zij het land.

In haar lichaam. In haar zorg. In haar bloed.”

Make mother great again maar dan zonder pet, met wet.


De papieren vrouw”


Ze noemden haar een arbeidsongeschikte.
Een verzekeringstechnisch probleem.
Een regel in een wetboek dat ooit door mannen zonder baarmoeder geschreven werd.


Maar zij was geen dossier.
Zij was een wandelend wetgevingsarchief.
Een levende bron van ervaring,
die precies wist waar het mis ging
— niet in de ziekte,
maar in de systemen eromheen.


Ze las boeken met titels als
“Onze achterlijkheid in de kunst der wetgeving”
en dacht:
ze vergeten steeds het lichaam dat het draagt.


In haar vaas van porselein zat een barst.
In haar postzegel zat zwijgen.
In haar stem: vuur.


Ze schreef zichzelf terug.
Tussen de regels van rapporten.
In de rand van tijdschriften.
Op muren van musea.
Tot iemand vroeg:
“Maar wie ben jij eigenlijk?”


En ze antwoordde:


“Ik ben Silvia Koning Lindeboom.
En ik ben niet arbeidsongeschikt, ik ben alleen beroepsongeschikt.
Nu ben ik wetgevend erfgoed.”

Wie bestuurt het vrouwenlichaam wanneer de wet haar niet erkent?

Wie bepaalt de waarde van haar arbeid als haar bestaan niet wordt geregistreerd?

Wie is de eigenaar van haar digitale schaduw, nu zij niet als zelfstandig bestuurder van haar lichaam voorkomt in de Grondwet van een monarchie die rust op haar bloedlijn?

De Netkous is gescheurd. Niet uit zwakte, maar omdat het tijd is dat haar verhaal zich weeft in de wet.”

De macht van mannelijke tussenpersonen 

1. Wat bedoelen we met ‘mannelijke tussenpersonen’?

Mannelijke tussenpersonen zijn (historisch en systemisch) vaak de poortenwachters geweest tussen vrouwen en hun rechten, bestaanszekerheid, bezit, erkenning of stem. Denk aan:

• Notarissen, advocaten, artsen, rechters, priesters, ambtenaren, bankiers

• De man als wettelijk vertegenwoordiger van de vrouw (zoals vroeger bij huwelijk of eigendom)

• De ‘neutrale’ beleidsmaker of uitvoerder die vaak vanuit een mannelijke norm redeneert

2. Juridisch en historisch voorbeeld:

• Tot diep in de 20e eeuw kon een gehuwde vrouw in Nederland zonder toestemming van haar man geen rechtshandelingen verrichten (denk aan leningen, werk of contracten).

• Vrouwen konden geen officiële rechtspersoon zijn buiten het huwelijk — de man was tussenpersoon tussen haar en de staat.

3. Symbolisch:

De mannelijke tussenpersoon is niet alleen een figuur, maar ook een structuur:

• Hij staat tussen het lichaam en het recht

• Tussen geboorte en erkenning

• Tussen arbeid en beloning

• Tussen moeder en macht

Of zoals jij het zou kunnen verwoorden:

“Ik besta, maar eerst moet een man me doorgeven.”

“Mijn handtekening werd pas geldig als hij keek.”

“Mijn arbeid werd pas erkend als hij het in een dossier typte.”

Wat als ik een man was geweest?”

Een geweldloze reconstructie van systemisch onrecht aan een zelfstandige vrouw met een AOV-uitkering. Hoe ik geweldloze communicatie + aanpak met andere ogen + de vraag inzet:

“Wat als dit een man was overkomen?”

Mijn zaak raakt direct aan het kernprobleem: structurele blinde vlekken in beleid, belastingwetgeving én erkenning van zorg- en bestaanswerk dat vrouwen – zeker moeders – leveren.

Ik maak zichtbaar wat onzichtbaar is geworden: hoe regels, systemen en wetten gemaakt zijn zonder de realiteit van vrouwenlevens mee te nemen.

Think Again

“Wat als ik een man was geweest?”

Een geweldloze reconstructie van systemisch onrecht aan een zelfstandige vrouw met een AOV-uitkering

“Met zachte kracht. In verbondenheid. Met een open hart en een scherpe geest.”

In dit document neem ik u mee in een persoonlijke en tegelijkertijd universele geschiedenis van hoe systemen falen als ze mensen niet écht zien.

Wat u leest, is geen aanklacht, maar een uitnodiging tot herziening. Wat als ik een man was geweest? Had het systeem dan beter gewerkt?

2. De feiten: een tijdlijn

1998 & 2002 – privéverzekeringen afgesloten.

2007 – ziek: sarcoïdose.

2007 – start AOV-uitkering.

2008–2010 – aangiftes lopen mis.

2010 – fiscale wijziging: uitkeringen in één keer belast.

Gevolg: toeslagen teruggevorderd, bijna in de schulden, bestaansonzekerheid.

3.Reflectie: een systeem zonder vrouwenlichaam

“Mijn verzekering werd mijn redding maar ook mijn val. Niet omdat ik fraudeerde. Niet omdat ik profiteerde. Maar omdat ik een vrouw ben, een moeder, een zelfstandige – en onzichtbaar was in het fiscale model.”

De vraag die alles kantelt:

Wat als ik een man was geweest?

Had men dan:

• Gevraagd naar mijn verdienmodel?

• Mijn ‘moederschap’ in rekenschap gebracht?

• Mijn kinderen ontnomen via toeslagen?

5. Oproep tot herstel

“Ik vraag geen medelijden. Ik vraag maatwerk. Gelijkwaardigheid. Wetgeving die ook vrouwen meerekent. En een register dat erkent dat vrouwen bestuurders zijn van hun lichaam, hun werk en hun inkomen.”

6. Mijn bijdrage: vanuit de Aanpak Met Andere Ogen

Mijn werk, visie en inzet voor:

• Faro Cultureel Erfgoed,

• Ieder(in),

• en de netwerkclub Aanpak Met Andere Ogen tonen aan dat je niet enkel je eigen verhaal vertelt, maar namens velen spreekt.

Een overheid die klem zit gebruikt artikel 80 A.

Inderdaad, Artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie (Wet RO) is een instrument dat soms wordt ingezet wanneer de overheid ‘klem zit’, of liever: wanneer hoger beroep of cassatie ongewenste precedenten kan scheppen of de Staat juridisch kwetsbaar wordt.

Wat is Artikel 80a precies?

Artikel 80a Wet RO stelt de Hoge Raad in staat om zaken af te wijzen zonder inhoudelijke motivering als:

1. het middel van cassatie klaarblijkelijk ongegrond is, of

2. het geen behandeling in cassatie behoeft, bijvoorbeeld omdat de rechtsvraag al is beantwoord.

Kortom: de Hoge Raad zegt dan: “We behandelen deze zaak niet inhoudelijk, punt.”

Waarom is dit controversieel in zaken tegen de Staat?

Omdat de Hoge Raad dan géén motivering hoeft te geven, wordt er geen jurisprudentie gecreëerd. Dit betekent dat:

• De burger geen inhoudelijk oordeel krijgt.

• De overheid geen precedentrisico loopt.

• Het systeem dus zichzelf beschermt, vooral als de zaak maatschappelijk of financieel gevoelig ligt.

In mijn context (fiscale AOV-fout en bestaansrecht):

Als mijn zaak – of die van mensen in vergelijkbare situaties – ooit voor de rechter komt en de overheid ‘klem zit’, dan zou Artikel 80a kunnen worden ingeroepen om te voorkomen dat een uitspraak bredere werking krijgt.

Bijvoorbeeld:

• Een erkenning dat de belastingdruk op AOV-uitkeringen van zelfstandige moeders onrechtvaardig was, zou kunnen leiden tot massale schadeclaims.

• Daarom zou men zo’n zaak afwijzen op vorm, niet op inhoud.

Wat kun je daartegen doen?

• Ik zorg nu dat ik de maatschappelijke druk en aandacht opbouw – zoals ik dit nu al doet via kunst, erfgoed en netwerken.

Uit welke klei kom jij?

Toen…. toen brak de wereld open….

Een mythe over Moeder de Vrouw

Er was ooit eens een wereld die dacht dat zij zichzelf had geschapen. Ze bouwde torens van geld, wetten van ijzer en kroonde vaders tot koningen van het denken.

Maar toen de zon voor de duizendste keer opkwam, riep iemand vanaf de onderkant van de vaas:

“En wie heeft de scherven gelijmd?”

Toen zwegen de wetten. En de vaders.


“Uit welk ei kom jij? Hopelijk geen systeem of fabrieksversie.”

Want daar, onder lagen van glazuur, stond zij al eeuwen.

Met een kind op de heup, een doek in haar hand en de kracht van de schepping in haar schoot.

Moeder de Vrouw — niet de Madonna, niet de heks,

maar de onzichtbare ruggengraat van alles wat ooit overeind bleef staan.

Zij was de eerste die bloedde zonder te sterven,

de eerste die gaf zonder erkenning te krijgen,

de eerste die wist:

God was misschien een man, maar geboorte was van haar. Toen brak de wereld. Niet uit woede, maar uit waarheid. En tussen de barsten groeide iets nieuws. Geen mythe. Geen offer. Maar bestaansrecht.


Hoe ik mezelf terugvond in een baksteen


Ik was zoekgeraakt. Versnipperd tussen systemen, definities en loketten.
Tot ik op een dag mijn hand legde op een oude baksteen in een muur die al vier eeuwen stond.


Hij zei niets.
Maar ik hoorde alles.


Hij had scheuren, precies zoals ik.
Hij droeg lagen, precies zoals ik.
En toch — hij hield iets overeind.
Niet omdat hij perfect was,
maar omdat hij wist waar hij hoorde.


Ik besefte:
Ik ben geen puzzelstuk in andermans plan.
Ik ben een bouwsteen.
Met herinnering in mijn poriën.
Met draagkracht in mijn stilte.
Met bestaansrecht in mijn vorm.


Sindsdien weet ik —
Ik ben erfgoed.
En erfgoed beweegt niet,
maar het beweegt jou.

Liefs Silvia