De draden van ons Slavernij verleden/ heden

Lokatie Vlissingen

De Keten: van slavernij tot heden

“Ga mee naar zee,” stond er op de muur.

Maar de zee zwijgt niet.

De zee kent namen.

De zee weet van ketens.

Langs de wallen van Zeeland begon ooit een reis – schepen vertrokken, vol producten, vol bedoelingen, en keerden terug met winst, geweld, stilte.

Op die reis werd de mens een nummer.

Een lichaam in een ketting.

Tegenwoordig: een fiscale eenheid/ functie in de loonketen.

Zonder rechten. Zonder erkenning.

En toch bleef het lichaam spreken.

Via borduurwerk.

Via verhalen.

Via vrouwenhanden.


Nieuw licht op het Binnenhof


Waar wetten worden gemaakt, maar het lichaam onzichtbaar bleef.


Eeuwenlang schijnt het politieke licht op structuren, wetten, cijfers.
Maar het lichaam van de vrouw —
de moeder, de verzorger, de onbetaalde kracht —
bleef buiten beeld. Buiten boekhouding. Buiten wet.


Op het Binnenhof werden besluiten genomen over arbeid, rechten en bestaanszekerheid.
Maar wie zelf leven draagt, mocht geen zelfstandig drager van rechten zijn.
Niet in de Grondwet. Niet in het belastingstelsel. Niet in het politieke taalgebruik.


Tijd voor nieuw licht.


Nieuw licht op de zorgplicht zonder loon.
Op moeders als fiscale eenheden in plaats van rechtspersonen.
Op het doorleven van slavernijstructuren in moderne systemen.
Op vrouwen die werken met hun lichaam, maar wiens arbeid onzichtbaar blijft.


Nieuw licht op een geschiedenis die zich nestelt in de wet.
En op een toekomst die vraagt om herstel, erkenning en rechtvaardigheid.


Nieuw licht op het Binnenhof betekent:
zien wat er al die tijd al was.
En eindelijk erkennen wat te lang werd genegeerd.

Die niet de geschiedenis herschrijven,

maar de vergeten hoofdstukken onthullen

soms voor een schEi(n)tje.

In het wandkleed zie je het:

een continent op de rug van een beest,

een zee vol namen,

een kompas zonder richting

en draden die verbonden zijn met het nu.

Want de keten is niet verbroken.

Ze heeft alleen van vorm veranderd.

Loonslavernij. Contracten zonder rechten.

Moeders zonder erkenning.

Vrouwenlichamen als bron van arbeid,

maar zonder status als erfgenaam van zichzelf.

Van slavenschepen naar participatieplicht.

Van handelswaar naar zorgplicht zonder loon.

Van ‘eigendom’ naar economische afhankelijkheid.

En dus zeggen wij:

Er staat geen punt achter het slavernijverleden. Er staat een komma.


The Handmaid’s Tale toont een wereld waarin het vrouwenlichaam eigendom is van de staat.
Fictie, denken we.
Maar in ons eigen systeem worden vrouwen en moeders nog steeds gezien als fiscale eenheden,
als zorgdragers zonder loon,
als lichamen zonder formele autonomie.


Gelijkheid begint pas als het lichaam erkend wordt als zelfstandig.
Niet in dienst van een ander,
maar in eigen recht.

Omdat de doorwerking zichtbaar is, tastbaar, voelbaar.

In textiel.

In rechtspraak.

In ons lichaam.

Wandkleed

Het wandkleed spreekt.

De muur getuigt.

De zee draagt.

En wij?

Wij luisteren. En borduren verder aan een rechtvaardiger verhaal.

Zeeuws Museum – Wij zijn De Stad – Middelburg – Gemeente Middelburg – Eerste Kamer der Staten-Generaal – Tweede Kamer – Zeeuws Archief – UNESCO – Rijksmuseum – het Cultuurfonds – Erfgoed Zeeland – Zeeuws maritiem muZEEum

Woke kapitalisme steelt tegenwoordig het verhaal van de onderdrukte om er winst mee te maken.

Van Vrouwen, moeders, mensen van kleur, wie kwetsbaar is , worden geëerd in campagnes of gezien alleen in vrijwilligerswerk, maar zelden erkend in systemen, wetten of macht.

Nog altijd niet in de Grondwet

Vrouwen en moeders zijn fiscale eenheden binnen het binaire belastingsysteem en dat is een schending van mensenrechten .

Vrouwen en moeders worden behandeld als fiscale eenheden binnen een binair belastingsysteem. Dat is geen administratie. Dat is een schending van mensenrechten.

Wij zijn geen fiscale eenheden. Wij zijn geen bijlages bij andermans aangifte. Wij zijn vrouwen. Wij zijn moeders. Wij eisen erkenning buiten het binaire belastingsysteem.

The Handmade’s Tail versus equality 

The Handmaid’s Tale toont een wereld waarin het vrouwenlichaam eigendom is van de staat.

Fictie, denken we.

Maar in ons eigen systeem worden vrouwen en moeders nog steeds gezien als fiscale eenheden,

als zorgdragers zonder loon,

als lichamen zonder formele autonomie.

Gelijkheid begint pas als het lichaam erkend wordt als zelfstandig.

Niet in dienst van een ander, maar in eigen recht.

The Handmaid’s Tale is geen dystopie.

Het is een spiegel.

Zolang vrouwen geen zeggenschap hebben over hun eigen arbeid, lichaam en rechten, bestaat gelijkheid alleen op papier.

Handmaid’s Tale was bedoeld als waarschuwing. Niet als handleiding voor het belastingstelsel.

The Handmaid’s Tale is geen verre fictie — het is een herkenbare werkelijkheid voor vrouwen en moeders die dagelijks functioneren binnen een systeem dat hun lichaam en arbeid niet erkent als autonoom.

Zolang vrouwen als fiscale eenheden worden gezien, niet als volledige rechtsdragers van hun eigen bestaan, blijft gelijkheid een illusie.

Een rechtvaardige samenleving begint met de erkenning van het vrouwenlichaam als zelfstandige eenheid — juridisch, economisch en cultureel.

Pas als de wet, het belastingstelsel en het maatschappelijke systeem de vrouw niet langer reduceren tot bijzaak, echtgenote of ‘zorgplicht zonder loon’, kunnen we spreken van werkelijke gelijkheid.

Tot die tijd?

We blijven spreken.

We blijven borduren.

We blijven zichtbaar.

Het kompas van klei

Van slavenschepen naar rituele urnen

Van handelswaar naar erfgoed

Waar vroeger schepen voeren met menselijke lading,

staan nu keramieken vazen — elk een lichaam, een verhaal,

een stil monument van wat niet vergeten mag worden.

“Ga mee naar zee,” zegt de muur.

Maar de zee zwijgt niet.

De zee weet.

En het kompas — met al zijn richtingen —

draait rond in cirkels zolang het verleden niet erkend is.

De keramische vormen dragen geen ketens,

maar lagen. Verf, symbolen, geschiedenis.

Ze spreken niet de taal van winst,

maar van ritueel. Van rouw. Van terugvordering van stem.

Want waar ooit het lichaam tot handelswaar werd gedegradeerd,

eist het nu zijn vorm terug in klei, in beeld, in recht.

Niet als bezit, maar als bron.

Niet als economische eenheid, maar als erfgenaam van zichzelf.

De slavernijgeschiedenis eindigde niet in een haven.

Ze ging aan wal,

vestigde zich in systemen, belastingen, zorgplichten zonder loon —

en nestelde zich in het vrouwenlichaam, het moederschap, het onzichtbare werk.

Deze vazen spreken.

Ze zijn geen decoratie.

Ze zijn herinnering.

Ze zijn correctie.

Ze zijn kompas.

Een nieuw begin — met één stap, één vaas, één verhaal.

Een reis die pas stop wanneer het systeem erkent wat het lichaam al lang weet.

Amen