Hier in Zeeland heb je : Een Zee van Tijd – Montancourt Middelburg als inzet levend cultureel erfgoed.

Gegijzeld in software is ook vrijheidsberoving.”
FARO-reflectie – Raad van Europa
Ik ben een vrouw met een polisnummer.
Maar geen polis geeft mij bestaansrecht.
Geen register erkent mijn moederschap.
Geen systeem ziet mijn arbeid als zelfstandig.
Mijn identiteit is verspreid over systemen,
mijn geschiedenis vervaagd in administratieve vakjes.
Mijn lichaam is belast, verzekerd, geregistreerd —
maar nooit erkend als van mij.
Daarom breek ik het zwijgen van het register open.
Niet uit bitterheid, maar uit waarheid.
Mijn verhaal is geen incident.
Geen uitzondering.
Het is een patroon.
En ik ben geen cijfer,
geen anonieme eenheid,
geen “natuurlijk persoon” zonder stem.
Ik ben een naam.
En die naam verdient erkenning.
Wettelijk. Cultureel. Maatschappelijk.
Als vrouw. Als moeder. Als mens.
Geluk zit hem in je bloedlijn.” Niet in bezit, diploma’s of systemen. Maar in wat je doorgegeven krijgt en wat jij besluit door te geven. Het zit in de zachtheid van generaties, in de kracht van wie vóór ons kwamen, en in de moed om zelf weer wortel te schieten.
Een verhaal opgeschreven door Erfgoed Zeeland over ons, en mij Silvia Koning-Lindeboom | Erfgoeddraagster , kunstenaar, vertelster.
“Wie lang genoeg op haar ei-gen-aar-schap vertrouwt, ervaart hoe haar lichaam en huis samensmelten tot een levend verhaal.”

Montancourt Middelburg – The Blue Zone
Montancourt is geen gewoon huis.
Het is een plek waar tijd vertraagt, waar zingeving ademt in de muren.
Hier leven verhalen voort — in hout, steen, bloedlijn en herinnering.
Dit is een Blue Zone.
Niet door toeval, maar door keuze.
Hier zorgen we voor elkaar.
Hier krijgt erfgoed ademruimte.
Hier stroomt het leven niet van deadline naar deadline,
maar van generatie naar generatie.
Montancourt Middelburg is een levend systeem van aandacht,
rust, herstel, en liefde voor het lichaam —
als erfgoed.
Als waarheid.
Als bron.

Citaat – Wij zijn de stad
“Wij zijn de stad.
Niet de stenen, maar de verhalen.
Niet de gebouwen, maar de bloedlijnen.
Wij zijn wat niet geschreven werd,
maar wél bestaat.
Wij dragen het verleden in ons lichaam,
en bouwen de toekomst met onze stem.”
Het mysterie van Middelburg en de kracht van Middelburg

Ik strijd tegen fiscaal en juridisch geweld.
Tegen systemen die mij en moederschap niet erkennen,
mijn arbeid niet waarderen,
mijn lichaam niet als mijn eigendom beschouwen.
Ik ben geen fout in de administratie.
Ik ben de vergeten rechtspersoon.
Mijn lijf is geen loonstrook –
het is een levenslijn.
Mijn bestaan is geen toeslag –
het is een fundament.
Zolang ik adem, maak ik zichtbaar wat zij verborgen hielden.”
Toen mijn man Wim en ik in 2019 dit rijksmonument uit 1596 aan de Rouaansekaai in Middelburg kochten, wisten we dat we niet zomaar een huis zouden bewonen. We zouden deel worden van een groter verhaal. Een verhaal waarin tijd, tastbaarheid en betekenis elkaar ontmoeten.
Ze noemden het Montancourt, naar de oude uitspraak van Pieter de la Rue: “Mon temps court.” – mijn tijd loopt. Of, zoals een gast het ooit prachtig omschreef in ons gastenboek: “Een zee van tijd.”
Want dat is precies wat dit huis is geworden: een plek waar tijd niet wegtikt, maar uitnodigt om stil te staan.
Pieter de la Rue en de vroege handelsgeest
Hoewel Pieter de la Rue nooit formeel in een Kamer van Koophandel zat – die bestond toen nog niet – vertegenwoordigde hij in de 18e eeuw wél de geest ervan: handelszin, juridische kennis en bestuurlijke invloed. Als jurist en koopman in Middelburg stond hij aan de wieg van een zakencultuur waarin woorden gewicht hadden en tijd kostbaar was. Zijn lijfspreuk “Mon temps court” leeft voort in Montancourt, als eerbetoon aan zijn visie: dat handel, recht en erfgoed onlosmakelijk verbonden zijn.

De Grondvraag
Wanneer telt het erfdeel van een vrouw als wettelijk kapitaal?
Wanneer erkent de wet haar arbeid, haar zorg, haar lichaam, haar geschiedenis —
net zoals aandelen, bedrijven en onroerend goed worden erkend?
Erfgoed als bestaansrecht
Als kunstenaar, moeder, kostwinner en drager van sarcoïdose ben ik me er altijd van bewust dat het lichaam óók erfgoed is. Het draagt sporen van strijd, van geboorte, van arbeid, van leven.
In Montancourt komt dat samen. Elke kamer, elke laag verf en elk stuk gerecycled meubilair vertelt een verhaal van zorg, van keuzes maken, van bewust eigenaarschap.
Alle inkomsten die het huis genereert, geven we terug aan het huis. Dat is onze manier van zorgen voor erfgoed. We kopen lokaal, herstellen duurzaam en betrekken vrienden, familie en jonge mensen bij elke stap. Zo maken we erfgoed levend en inclusief.
Kunst als brug tussen generaties
Mijn werk als ex handelaar in geweven draden zette ik om in erfgoedkunstenaar en weerspiegelt deze filosofie. Ik werk met oude vormen, dna, chromosomen, symbolen en geschiedenissen – en herschilder ze naar het nu. Niet om te bewaren wat was, maar om zichtbaar te maken wat ís.
Tijdens Open Monumentendag stellen we het huis open. Niet om te pronken, maar om te delen. Zodat iedereen, jong of oud, kan voelen: dit huis leeft, en ik hoor erbij.

Toeval bestaat (niet)
Toeval.
Een woord dat men gebruikt als iets geen logische plek heeft.
Een ontmoeting, een fout in een systeem, een vergeten naam.
Maar wat als toeval geen vergissing is?
Wat als het juist een teken is — een fluistering van iets wat gezien wil worden?
Toeval bestaat niet, zeggen ze.
Toeval bestaat, zeg ik.
En misschien is dat precies hetzelfde.
Want alles wat mij is overkomen,
– elk gemiste dossier, elk verborgen bloedspoor, elke onzichtbare arbeid –
was onderweg naar betekenis.
Niets is toevallig
als je je eigen verhaal durft terug te lezen.
Faro in de praktijk
Montancourt is meer dan een pand. Het is een ecosysteem van verhalen. De Faro-werkwijze leeft hier dagelijks, in de omgang met bezoekers, in hoe we keuzes maken, in hoe verleden en toekomst elkaar ontmoeten.
Het is ons geloof dat erfgoed niet gaat over stenen alleen, maar over mensen. Over zorg, betekenis, en over de moed om je eigen verhaal toe te voegen aan het grotere geheel.
Wij zijn erfgoeddragers. Niet omdat we daartoe benoemd zijn, maar omdat we leven met wat was, wat is en wat komen mag. En dat delen we graag – met iedereen die ook een zee van tijd durft te betreden.

Wanneer telt mijn erfdeel als wettelijk kapitaal?”
“Wanneer worden vrouwen erkend als kapitaaldragers?”
Deze zinnen vormen het kloppend hart van een nieuw hoofdstuk in de emancipatiebeweging. Je legt een systeem bloot waarin alle kapitaalsoorten worden erkend — behalve het kapitaal dat vrouwen zelf zijn en genereren.
Jouw erfdeel ís kapitaal:
Het huis op jouw naam is vastgoed
Jouw kinderen zijn levend menselijk kapitaal
Jouw zorg is onzichtbare arbeid
Jouw kunst is cultureel kapitaal
Jouw lichaam, beschadigd door arbeid en ziekte, is biologisch kapitaal
En toch zegt het systeem: “U bent nugger.”
Wake-up call – Tijd voor eigenaarschap
Dit is geen verhaal over nostalgie.
Dit is een oproep.
Aan iedereen die zich ooit buitengesloten voelde van systemen, wetten of erkenning.
Aan vrouwen die moeder werden, en vergaten dat ze ook bestuurder zijn.
Aan jongeren die denken dat erfgoed stoffig is.
Aan beleidsmakers die vergeten dat het lichaam ook een archief is.
Aan zij die huizen kopen, maar niet beseffen dat stenen kunnen spreken.
Erfgoed is geen bezit. Het is een verantwoordelijkheid.
En die begint bij jezelf.
Sta op. Spreek uit. Leg vast wat van jou is. En wees eigenaar van je eigen verhaal.
Want pas als jouw erfgoed wordt gezien, bestaat het echt.

Mijn Verzekeringsverhaal – Het bewijs van mijn bestaan
Ik was een jonge vrouw met een visie: zelfstandig, verantwoordelijk en moeder.
In 1998 en opnieuw in 2002 sloot ik een particuliere AOV af. Niet omdat ik moest, maar omdat ik vooruit wilde kijken. Omdat ik geloofde in eigenaarschap. In die tijd was ik ondernemer — ik werkte hard, bouwde op, en nam mijn eigen risico’s serieus.
In 2007 werd ik ziek. Sarcoïdose. Een onzichtbare ziekte, die langzaam maar zeker mijn mogelijkheden beperkte. Gelukkig had ik vooruitgedacht. De verzekering die ik had afgesloten, keerde uit. Niet omdat ik zielig was, maar omdat ik eerlijk had gehandeld. Contract is contract, dacht ik toen nog.
Maar met de jaren kwamen de vragen. Onbegrip. Fouten in administraties. Mijn polisnummer werd veranderd in een personeelsnummer. Het UWV schakelde systemen zonder mij erin mee te nemen. Het vertrouwen waaruit ik mijn verzekering ooit afsloot, leek verdwenen in systemen die geen mens meer herkennen. Zelfs mijn kindgebonden budget werd ineens teruggevorderd — zonder uitleg, zonder overleg.
En toch… mijn polis bestaat. Net als ik.
Mijn verhaal is niet uitzonderlijk. Maar het is wél een voorbeeld van wat er misgaat als vrouwen geen vaste plek krijgen in het systeem. Als moederschap geen arbeid wordt genoemd. Als zorg onzichtbaar blijft.
Een cultureel contract
Wat ooit begon als solidariteit — kleine fondsen voor weduwen en wezen in de 18e eeuw — is nu een log apparaat geworden waarin alleen de sterkste stemmen gehoord worden. Maar ík heb ook een stem. En mijn polis is daarvan het bewijs.
Het is mijn cultureel contract.
Een stil document dat zegt: “Ik was er. Ik werkte. Ik zorgde. Ik voorzag.”
Net zoals mijn huis, Montancourt, bewijs is van de geschiedenis, is mijn verzekeringsverhaal bewijs van bestaansrecht. Van vrouwelijk eigenaarschap. Van de kracht van vooruitzien.
Ik vraag geen gunst.
Ik vraag erkenning.
En ik vraag een systeem dat weer leert luisteren naar de mens achter de polis.
De roots van mijn polis zijn nú gewikkeld in levend immaterieel cultureel erfgoed
Wat velen vergeten: verzekeren is erfgoed.
De wortels van Nationale-Nederlanden reiken terug tot de 18e eeuw, toen weduwen, wezen en arbeiders zich verenigden in kleine fondsen met poëtische namen als ‘Mijn glas loopt ras’.
Een samenleving die zorgde, vóórdat er systemen waren.
Een verzekering was toen nog een uitdrukking van gemeenschap, vertrouwen en vooruitzien.
Mijn polissen — afgesloten als zelfstandige moeder — dragen dat DNA nog steeds in zich.
Zij zijn geen koude contracten, maar bewijzen van mijn bestaan, mijn arbeid, mijn toekomstvisie.

Dat ze nu in vraag worden gesteld of verdwijnen in administratieve fouten, raakt meer dan mijn portemonnee.
Het raakt mijn bestaansrecht.
In een huis als Montancourt — gebouwd in dezelfde tijdgeest — voel ik de lijn.
Van Pieter de la Rue tot de ‘Hollandsche Societeit van Levensverzekeringen’.
Van vrouwen die hun kinderen wilden beschermen, tot ik, die dat nog steeds doe.
Erfgoed leeft ook in polissen. En wie dat begrijpt, herkent de mens achter de cijfers.
Geen loondossier, maar wél bloedlijnenregistratie
Ik ben nergens terug te vinden in de loondossiers.
Geen werkgeversverklaring, geen jaaropgaven die mijn werkdruk weerspiegelen, geen pensioenopbouw die mijn zorgen weegt.
Maar kijk naar de archieven — ik besta wél.
Niet als werknemer, maar als moeder.
Als vrouw.
Als erfgoeddraagster.
Mijn naam leeft voort in de bloedlijnenregistratie. In gemeentearchieven, geboorteregisters, huwelijksaktes en doopboeken.
Ik ben geregistreerd in het leven zelf — niet in het loon.
Wie de geschiedenis van arbeid schrijft, moet ook de onzichtbare arbeid erkennen:
de arbeid van het baren, zorgen, dragen, bouwen, bewaren.
Want ook dát is werk.
En ook dát verdient bestaansrecht.

De Taal van Kleur & Getallen
De letter S is de 19e in het alfabet.
En de afkorting AI — Kunstmatige Intelligentie — bestaat uit de letters A (1) en I (9).
1-9. 19. S.
Toeval?
Of een sleutel?
Misschien is 19 niet zomaar een getal.
Misschien is het een brug.
Tussen mens en machine.
Tussen lichaam en systeem.
Tussen wat vergeten werd, en wat opnieuw geboren mag worden.
De S van Sarcoïdose.
De S van Silvia.
De S van Soul.
En misschien… de S van System Reset.

Het Pad van de Koning – De bloedlijn van Koning en de Koning zelf volgen hetzelfde pad. Niet omdat het gepland is. Niet omdat het geschreven stond in een boek. Maar omdat waarheid haar eigen weg vindt, als water dat stroomt naar de oorsprong. Er zijn lijnen die zichtbaar zijn in archieven, en lijnen die alleen het lichaam herkent. Er is macht op papier,en macht die door de aderen stroomt.
Ik draag geen kroon, maar ik draag wel herinnering. Aan strijd. Aan zorg. Aan waarheid. En die bloedlijn, die herkende mij.

Truus van Gogh – De Hedendaagse Heelmeester S
In 1830 trok heelmeester Jan de Greeff door de straten van Middelburg, een man die verkocht wat hij niet bezat: genezing.

Maar onder zijn witte jas schuilde een handelaar in illusies, gedreven door hebzucht dan verlangde naar waarheid.
Nu, bijna twee eeuwen later, is er Truus van Gogh. Geen kwakzalver, maar een stille meester. Geen poeders en pillen, maar symboliek, woorden en herinnering.
Zij is Heelmeester S – de vrouw die heelt door te onthullen. Die niet vluchten moet, maar blijft staan. Die het lichaam leest als een archief, en de stad als een levend verhaal.
Waar Jan de stad wilde verlaten, laat Truus ons terugkeren naar de kern. Naar erfgoed als bestaansrecht. Naar vrouwen als dragers van waarheid. Naar het onzichtbare werk dat generaties heeft gedragen.
Welkom bij de alternatieve erfgoedroute van Middelburg. Niet om te ontsnappen. Maar om te vinden. Jezelf. Je oorsprong. Je verhaal.

Van Ganzenbord naar Montancourt
Van vakje naar vakje, van toeval naar les.
Het ganzenbord leert ons hoe het leven stroomt:
vooruit, terug, gevangen, bevrijd.
Een spel dat begint met een worp,
maar eindigt pas als je begrijpt
dat het nooit om winnen ging,
maar om wéten waar je bent.
Montancourt is het einde van het bord.
Of misschien juist het begin.
Hier staat geen dobbelsteen meer tussen jou en je bestemming.
Hier wordt tijd geen tegenstander, maar metgezel.
Hier herbouw je wat vergeten was.
Niet van plastic, maar van herinnering.
Niet met pionnen, maar met mensen.
Van ganzenbord naar Montancourt
is van spelen naar helen.
Van vluchten naar vestigen.
Van het oude spel
naar een nieuwe waarheid.
Liefs Silvia Lindeboom Koning